ECLI:NL:RBHAA:2008:BI9313
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.A. Otter
- Rechtspraak.nl
Vervangende toestemming voor erkenning van een minderjarig kind na een relatiebreuk
In deze zaak heeft de rechtbank Haarlem op 23 december 2008 uitspraak gedaan over een verzoek tot vervangende toestemming voor de erkenning van een minderjarig kind, geboren uit een relatie tussen de man en de moeder. De man, bijgestaan door zijn advocaat mr. D.J. Klock, verzocht de rechtbank om toestemming om het kind, dat hij als verwekker beschouwt, te erkennen, ondanks de weigering van de moeder. De moeder, vertegenwoordigd door haar advocaat mr. J.’t Hart, betwistte de erkenning en voerde aan dat de zwangerschap ongewenst was en dat zij tijdens de zwangerschap door de man was mishandeld. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden zorgvuldig gewogen, waaronder de belangen van het kind en de moeder. De rechtbank oordeelde dat de erkenning van het kind in het belang van het kind zou zijn, omdat het kind dan dezelfde juridische status zou krijgen als de andere kinderen van de man, die wel erkend zijn. De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder onvoldoende bewijs heeft geleverd voor haar claims van mishandeling en dat de man zich actief heeft ingezet voor de relatie met zijn kinderen. De rechtbank verleende de man vervangende toestemming om het kind te erkennen, maar wees het verzoek van de man om de geslachtsnaam van het kind te wijzigen af, omdat de wet bepaalt dat alle kinderen van dezelfde ouders dezelfde geslachtsnaam moeten dragen als het eerste kind. De rechtbank concludeerde dat de erkenning van het kind niet in strijd was met de belangen van de moeder of het kind, en dat het in het belang van het kind was om de familierechtelijke relatie met de man te erkennen.