ECLI:NL:RBHAA:2009:BH0589
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.J. Udo de Haes
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot verwerping van de nalatenschap door wettelijk vertegenwoordiger van een minderjarige
In deze zaak verzocht de wettelijk vertegenwoordiger van een minderjarige om bevestiging van de verwerping van de nalatenschap van de overleden [XXX], die de Duitse nationaliteit had en in Duitsland is overleden. Het verzoekschrift werd ingediend op 7 augustus 2008 en ontving de griffie op 8 augustus 2008. De Nederlandse rechter is internationaal bevoegd op basis van artikel 8 van de Verordening (EG) nummer 2201/2003, die de bevoegdheid en erkenning van beslissingen in huwelijkszaken en inzake ouderlijke verantwoordelijkheid regelt. Aangezien de minderjarige woonachtig is in Heemstede, is de kantonrechter te Haarlem bevoegd om op dit verzoek te beslissen.
De kantonrechter oordeelde dat, nu het gaat om een minderjarige, ook het Haags Kinderbeschermingsverdrag 1961 van toepassing is. Artikel 2 van dit verdrag stelt dat wanneer de Nederlandse rechter bevoegd is, deze ook Nederlands recht toepast. De kantonrechter begreep het verzoek van de wettelijk vertegenwoordiger zo dat zij verzocht om de nalatenschap van [XXX] namens haar minderjarige zoon te mogen verwerpen. In het Nederlandse recht bestaat er echter geen bevestiging van de verwerping van een nalatenschap.
De kantonrechter verleende machtiging aan de wettelijk vertegenwoordiger om de nalatenschap van [XXX] namens haar minderjarige zoon te verwerpen. Het verzoek was tijdig ingediend en de kantonrechter heeft de machtiging verleend, waarmee de wettelijk vertegenwoordiger de bevoegdheid kreeg om deze handeling uit te voeren. De uitspraak vond plaats op 20 januari 2009, en werd ondertekend door de kantonrechter en de griffier.