ECLI:NL:RBHAA:2009:BH6367
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- C.E. Heyning-Huydecoper
- J.M. Janse van Mantgem
- L. Beijen
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding in verband met de uitbreiding van luchthaven Schiphol
In deze zaak hebben eisers, wonende te [woonplaats], beroep ingesteld tegen een besluit van de besliscommissie van het Schadeschap Luchthaven Schiphol. Dit besluit, genomen op 12 januari 2006, kende eisers een schadevergoeding toe van € 8.800,- op basis van artikel 49 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO). De verlening van deze schadevergoeding was gebaseerd op een advies van de Adviescommissie Schadeschap Luchthaven Schiphol van 15 november 2005. Eisers maakten bezwaar tegen dit besluit, wat leidde tot een ongegrondverklaring van hun bezwaar op 7 juli 2008, waarbij verweerder opnieuw verwees naar een nadere advies van de Adviescommissie van 11 februari 2008.
Eisers stelden dat de schadevergoeding te laag was en voerden aan dat de WOZ-waarde van hun woning op de peildatum € 313.108,- bedroeg, terwijl een taxatierapport van een makelaar de waarde op € 315.000,- taxeerde. De rechtbank oordeelde dat verweerder onvoldoende had vergewist of het onderzoek van de adviescommissie zorgvuldig was uitgevoerd, met name omdat het advies geen rekenkundige onderbouwing gaf voor de vastgestelde verkoopwaarde van de woning. De rechtbank concludeerde dat de beslissing van verweerder niet in stand kon blijven wegens schending van artikel 3:9 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank verklaarde het beroep van eisers gegrond, vernietigde het besluit van verweerder en veroordeelde verweerster in de proceskosten van eisers tot een bedrag van € 300,-. Tevens werd gelast dat het Schadeschap Luchthaven Schiphol het door eisers betaalde griffierecht van € 145,- aan hen vergoedt. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.