ECLI:NL:RBHAA:2009:BJ6146
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- J.C.M. Swinkels
- R.C.M. Gerritsen-Martens
- Rechtspraak.nl
Adoptie van een ongeboren vrucht en de vereisten voor identificatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 11 augustus 2009 uitspraak gedaan over een verzoek tot adoptie van een ongeboren vrucht. De verzoekster, die samen met de moeder van het kind in een affectieve relatie verkeert, heeft het verzoek tot adoptie ingediend vóór de geboorte van het kind. De rechtbank overweegt dat, om een behoorlijke identificatie van het adoptief kind te waarborgen, de beslissing op het verzoek pas kan worden uitgesproken nadat de geboorteakte van het kind is ontvangen. Dit is noodzakelijk omdat de naam en overige geboortegegevens van het kind in de adoptiebeschikking moeten worden vermeld.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de moeder instemt met het verzoek tot adoptie en dat aan de wettelijke voorwaarden is voldaan. De rechtbank wijst erop dat het verzoekschrift op 12 mei 2009 is ingediend, terwijl de uitgerekende datum van de geboorte op 26 augustus 2009 ligt. De rechtbank merkt op dat, zelfs als de beschikking op de dag van indiening van het verzoek zou zijn gegeven, inschrijving in de registers van de Burgerlijke Stand niet eerder mogelijk zou zijn dan drie maanden na de beschikking. Dit betekent dat de adoptie niet vóór de geboortedatum kan worden ingeschreven, wat de verzoekster had beoogd.
De rechtbank concludeert dat het verzoek tot adoptie, hoewel het in het belang van de minderjarige is, niet kan worden toegewezen voordat de geboorteakte is ontvangen. De rechtbank spreekt de adoptie uit van de minderjarige van het mannelijk geslacht, maar benadrukt dat de formele adoptie pas kan plaatsvinden na de geboorte en ontvangst van de benodigde documenten. De beschikking is gegeven door mr. J.C.M. Swinkels, kinderrechter, en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van mr. R.C.M. Gerritsen-Martens als griffier.