ECLI:NL:RBHAA:2009:BJ9919
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Ontbinding van een zorgovereenkomst tussen een budgethouder en een zorgverlener
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Haarlem op 9 oktober 2009 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van een arbeidsovereenkomst tussen een verzoeker en een verweerder, die een zorgovereenkomst hadden gesloten. De verzoeker, die een persoonsgebonden budget ontving op grond van de AWBZ, had de verweerder ingehuurd voor persoonlijke verzorging en huishoudelijke hulp. De verweerder had zich op 21 februari 2008 ziek gemeld en de verzoeker had het loon tot en met 31 augustus 2008 doorbetaald. De verzoeker verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst, onder andere omdat de onderlinge verhoudingen verstoord waren geraakt door de handelwijze van de verweerder. De verweerder voerde verweer en beroept zich op het opzegverbod tijdens ziekte, en eiste een vergoeding van € 12.960,- bruto indien het verzoek zou worden toegewezen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verhoudingen tussen partijen onherstelbaar verstoord zijn en dat er geen perspectief is op werkhervatting voor de verweerder, gezien zijn arbeidsongeschiktheid. De kantonrechter heeft het verzoek tot ontbinding toegewezen, maar geen vergoeding toegekend aan de verweerder. Dit werd onderbouwd door het bijzondere karakter van de arbeidsrelatie, het geringe toekomstperspectief en het feit dat de verweerder geen juridisch relevant financieel nadeel ondervond door het verlies van deze werkkring. De kantonrechter heeft ook overwogen dat de verzoeker geen onderneming drijft en dat de zorgverlening gefinancierd wordt uit publieke middelen. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij partijen hun eigen kosten dragen. De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.