ECLI:NL:RBHAA:2010:BK9096
Rechtbank Haarlem
- Raadkamer
- Rechtspraak.nl
Beslaglegging en ontnemingsmaatregel in de Klimop-zaak
Op 12 januari 2010 heeft de rechtbank Haarlem uitspraak gedaan in de zaak met registratienummer 09/1401, waarin klaagster, [A & B] N.V., een klaagschrift indiende tegen de gelegde beslagen. Het klaagschrift, ingediend door mr. C.A.M.J. Raymakers, strekte tot opheffing van het beslag van € 1.355.324,69. De rechtbank heeft op 18 december 2009 de zaak behandeld in raadkamer, waarbij klaagster werd vertegenwoordigd door mr. C.A.M.J. Raymakers en mr. C.M. Slangen, en de officier van justitie mr. C.J. Zweers aanwezig was.
De rechtbank oordeelde dat de gelegde beslagen niet disproportioneel zijn, ook al overlappen ze mogelijk gedeeltelijk. De rechtbank benadrukte dat de vermelding van het maximumbedrag niet betekent dat dit het maximale bedrag is waarvoor beslag kan worden gelegd, maar dat het gaat om het bedrag waarvoor de beslaglegger een vordering pretendeert. De rechtbank concludeerde dat het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter later een ontnemingsmaatregel zal opleggen, en dat de rechtmatigheid van de beslagen niet in het geding is, zelfs niet bij meerdere (rechts)personen die beslag hebben gelegd op hetzelfde wederrechtelijk verkregen voordeel.
De rechtbank verklaarde het beklag ongegrond, en dit werd openbaar uitgesproken door de meervoudige raadkamer, bestaande uit mr. M.J.A. Plaisier, mr. J.J. Dijk en mr. K.G. Witteman, in tegenwoordigheid van griffier mr. D. Ket. De uitspraak is gedaan in het kader van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering, waarbij de rechtbank de eisen van de wet heeft getoetst en de rechtmatigheid van de beslaglegging heeft bevestigd.