ECLI:NL:RBHAA:2010:BN3555
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Benoeming van een derde bewindvoerder in een meerderjarigenbewind
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Haarlem op 26 juli 2010 uitspraak gedaan in een verzoek tot benoeming van een derde bewindvoerder in het kader van een meerderjarigenbewind. Het verzoek is ingediend op 31 mei 2010 en betreft de benoeming van een derde bewindvoerder over de goederen van de rechthebbende. De kantonrechter heeft kennisgenomen van verschillende documenten, waaronder een bereidverklaring van de voorgestelde derde bewindvoerder en akkoordverklaringen van de rechthebbende en de tweede bewindvoerder, die tevens de echtgenote van de voorgestelde derde bewindvoerder is. De belanghebbenden zijn in de gelegenheid gesteld hun mening te geven over het verzoek.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de eerste bewindvoerder, gezien haar leeftijd, mogelijk niet in staat zal zijn om haar taken naar behoren uit te voeren. De tweede bewindvoerder, die de dochter van de eerste bewindvoerder is, kan samen met de voorgestelde derde bewindvoerder de taken op zich nemen wanneer dat nodig is. De kantonrechter oordeelt dat er voldoende aanleiding is voor de benoeming van een derde bewindvoerder, vooral omdat er geen bezwaren zijn gerezen tegen de voorgestelde kandidaat.
De beslissing van de kantonrechter houdt in dat de voorgestelde derde bewindvoerder wordt benoemd, naast de huidige bewindvoerders. Dit biedt de mogelijkheid voor de derde bewindvoerder om zich in de tussentijd in de materie te verdiepen. De beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, en de kantonrechter heeft de beslissing formeel vastgelegd.