ECLI:NL:RBHAA:2011:BP1261
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- G.W.S. de Groot
- Rechtspraak.nl
Kennelijk onredelijk ontslag en schadevergoeding na beëindiging arbeidsovereenkomst
In deze zaak vorderde de werknemer, wiens arbeidsovereenkomst met toestemming van het UWV was beëindigd, schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag. De kantonrechter oordeelde dat de opzegging van de arbeidsovereenkomst in beginsel niet kennelijk onredelijk was. De werknemer had 17 jaar bij de werkgever, Rosaflor B.V., gewerkt als productiemedewerker en vorderde een schadevergoeding van € 20.000,00. De werkgever had een ontslagvergunning aangevraagd bij het UWV, die was verleend op basis van dalende omzet en toenemende verliezen. De kantonrechter concludeerde dat er geen bijkomende omstandigheden waren die de opzegging in een ander licht stelden. De werknemer had geen recht op schadevergoeding, omdat de noodzaak tot sanering van het bedrijf voldoende was aangetoond en er geen reële mogelijkheden waren voor herplaatsing. De kantonrechter wees de vordering van de werknemer af en veroordeelde hem in de proceskosten van de werkgever.