ECLI:NL:RBHAA:2011:BP5990
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- R.A. Otter
- Rechtspraak.nl
Gerechtelijke vaststelling van vaderschap na postmortale inseminatie
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 15 februari 2011 uitspraak gedaan over de gerechtelijke vaststelling van het vaderschap van een kind dat is geboren uit postmortale inseminatie. De moeder, die met de overleden man was getrouwd, heeft op 10 november 2010 een verzoekschrift ingediend om het vaderschap van het kind vast te stellen. De man, die in 2008 overleed, had voor zijn overlijden toestemming gegeven voor het gebruik van zijn ingevroren zaad voor een zwangerschap na zijn dood. De rechtbank heeft vastgesteld dat de man de verwekker van het kind is, ondanks het ontbreken van een testamentaire verklaring. De bijzondere curator, mr. G.F.H. Velthuizen, heeft het verzoek van de moeder ondersteund en bevestigd dat het in het belang van het kind is om duidelijkheid te scheppen over zijn afstamming. De rechtbank heeft de relevante documenten, waaronder een labverslag van het fertiliteitslaboratorium, in overweging genomen en geconcludeerd dat het vaderschap van de man voldoende vaststaat. De rechtbank heeft het verzoek van de moeder toegewezen en bepaald dat de griffier een afschrift van de beschikking moet zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Purmerend, drie maanden na de uitspraak, mits er geen hoger beroep is ingesteld. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.