De feiten
Als enerzijds gesteld en anderzijds erkend, dan wel niet of onvoldoende betwist en/of op grond van de onweerspro¬ken inhoud van de producties, staat tussen partij¬en het volgende vast:
a. [X.], geboren op [datum], is sinds 29 juli 1992 bij Connexxion in dienst, laatstelijk in de functie van chauffeur tegen een salaris van €1.900,57 bruto per maand exclusief vakantiegeld (en overige emolumenten).
b. Bij brief van 19 december 2006 heeft UWV het volgende aan [X.] geschreven:
“U heeft ons 6 november 2006 verzocht om een deskundigenoordeel inzake passende arbeid bij uw werkgever.
Op grond van de resultaten van ons onderzoek zijn wij van oordeel dat u door ziekte beperkt bent voor het werk in wisseldiensten, u bent aangewezen op vaste werktijden.
(…)
Uw werkgever en de arbodienst van uw werkgever krijgen een kopie van deze brief.(…)”
c. Bij brief van 1 februari 2010 heeft Connexxion [X.] erop gewezen dat zijn chauffeurspas moest worden verlengd en heeft zij hem verzocht daartoe de nodige stappen te zetten.
d. Op 1 februari 2010 is door het Ministerie van Justitie een “Verklaring omtrent het gedrag” afgegeven ten gunste van [X.].
e. Bij brief van 6 mei 2010 heeft Connexxion het volgende aan [X.] geschreven:
“(…)
Aanleiding tot dit gesprek was het feit dat u tot op heden nog (steeds) niet in het bezit bent van een geldige chauffeurspas. En dat u met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid naar aanleiding van de medische keuring om bovengenoemde pas te behalen van het CBR een beperkende aantekening op uw rijbewijs kan verwachten.
(…)
Wij spraken vervolgens af dat u betaald verlof geniet tot het moment dat u aan ons een geldige chauffeurspas kan overhandigen.
(,…)”
f. Voor de periode van 4 mei 2010 tot en met 1 juni 2010 is aan [X.] een “Tijdelijk Bewijsschrift Taxi” afgegeven door de Inspectie Verkeer en Waterstaat (hierna IVW).
g. Bij brief van 25 mei 2010 heeft Connexxion aan [X.] geschreven dat de salarisbetaling met ingang van 25 mei 2010 zal worden stopgezet wegens het feit dat [X.] volgens Connexxion op 25 mei 2010 ongeoorloofd afwezig was.
h. Bij e-mail bericht van 25 mei 2010 heeft [S.] (hierna: [S.]) van de instantie die de chauffeurspas verstrekt, het volgende aan de toenmalige gemachtigde van [X.] geschreven:
“Dhr. [X.] is niet goedgekeurd door de bedrijfsarts. In eerste instantie is de geneeskundige verklaring niet volledig ingevuld maar dit was niet opgemerkt door de behandelaar. De arts was in eerste instantie vergeten aan te geven of dhr. [X.] goedgekeurd was en voor hoe lang en of afgekeurd. Bij navraag bleek dat hij was afgekeurd. Aan dhr [X.] was toen al ten onrechte een tijdelijk bewijsschrift taxi verzonden.
Indien dhr. [X.] alsnog een geneeskundige verklaring kan overleggen waaruit blijkt dat hij is goedgekeurd kan de pas verstrekt worden.
(…)”
i. Op 27 mei 2010 heeft Connexxion aan de gemachtigde van [X.] onder meer het volgende geschreven:
“Voor ons is de maat nagenoeg vol. Wij stellen ons, los van de (actuele) beschikbaarheid van een geldige taxipas, ernstig de vraag of het nog zinvol is om het dienstverband met de heer [X.] voort te zetten. Niet alleen de directe aanleiding daarvoor maar ook de optelling van eerdere en zorgvuldige gedocumenteerde incidenten bewerkstelligen dat ons vertrouwen in de heer [X.] volledig verdwenen is. Wij hebben stellig de indruk gekregen dat de heer [X.] er ook op uit was om een conflict tot stand te brengen en een breuk te forceren.
Wij kunnen dan ook niet anders concluderen dan dat de heer [X.], wij mochten immers sedert 25 mei jl. taal noch teken van de heer [X.] vernemen, willens en wetens en bij voortduring het recht in eigen hand neemt, werk weigert, onrechtmatig afwezig is, afspraken niet nakomt, regels negeert en steeds ons duidelijk probeert te maken geen prijs meer te stellen op een voortzetting van het dienstverband.
(…)”
j. Bij brief van 15 juni 2010 heeft Connexxion aan [X.] geschreven dat het salaris zal worden opgeschort, omdat [X.] zich niet aan een tussen partijen gemaakte afspraak zou hebben gehouden en Connexxion daardoor niet had kunnen vaststellen of de afwezigheid van [X.] geoorloofd was.
k. Op 25 juni 2010 heeft [W.], arts bij Arbo Advies, een “Geneeskundige verklaring taxi” afgegeven waarop hij heeft vermeld dat [X.] voor de functie van taxichauffeur medisch geschikt is voor 5 jaar.
l. Bij diverse brieven heeft Connexxion [X.] erop gewezen en ervoor gewaarschuwd dat hij zich niet aan afspraken met betrekking tot zijn re-integratie en de arbeidstherapeutische werkzaamheden houdt en dat zij daarom de salarisbetaling aan [X.] voor de betrokken dagen zal stopzetten.
m. Op 16 februari 2011 heeft [S.] het volgende geschreven aan de gemachtigde van [X.]:
“Het dossier stond op gesloten daar de aanvraag was afgewezen.
Doordat de op 12 juli 2010 door aanvrager ingestuurde geneeskundige verklaring niet op de juiste wijze is ingescand is het dossier nooit in behandeling gekomen en dus buiten het gezichtsveld van de behandelaren gebleven.
Vandaar dat het dossier van dhr. [X.] pas na contact met het advocatenkantoor is afgehandeld.”
n. Aan [X.] is een geldige chauffeurspas verstekt voor de periode van 10 mei 2010 tot 10 mei 2015.
o. Connexxion heeft [X.] ter re-integratie de volgende vervangende werkzaamheden laten verrichten:
- mei/juni 2010: als mentorchauffeur helpen met het inwerken van nieuwe chauffeurs;
- juli/september 2010: ondersteuning medewerker wagenparkbeheer, inventariseren van de inhoud van de voertuigen volgens TX Keur;
- oktober/november 2010: ondersteunen medewerker Exploitatie en Planning en planner met inventarisatie vraag/levering (telling aantal wagens) op Schiphol,
- december 2010: begeleiden/inwerken van wagenwassers van re-integratiebureau Pantar,
- december2010/januari 2011: schoonmaakwerkzaamheden op het terrein van Connexxion,
- mei 2010/december 2010: als aanvulling op de re-integratiewerkzaamheden ook schoonmaakwerkzaamheden op het terrein van Connexxion.