ECLI:NL:RBHAA:2011:BR2441
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- A.C.M. Rutten
- P.M. Wamsteker
- S. Jongeling
- Rechtspraak.nl
Toelaatbaarheid van uitlevering aan de Verenigde Staten van Amerika
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 4 februari 2011 uitspraak gedaan over een verzoek tot uitlevering van een opgeëiste persoon aan de Verenigde Staten van Amerika. Het verzoek tot uitlevering was ingediend door de Amerikaanse autoriteiten en betrof strafbare feiten die de opgeëiste persoon zou hebben gepleegd, waaronder poging tot oplichting en valsheid in geschrift. De rechtbank heeft vastgesteld dat de overgelegde stukken voldoen aan de vereisten van het Uitleveringsverdrag tussen Nederland en de VS, en dat de feiten waarvoor uitlevering wordt verzocht ook strafbaar zijn naar Nederlands recht. De rechtbank heeft de identiteit van de opgeëiste persoon bevestigd en geoordeeld dat er voldoende bewijs is voor de rechtsmacht van de VS over de verweten gedragingen. De verdediging voerde aan dat de stukken onvolledig waren en dat er sprake was van een mogelijke dubbele vervolging, maar de rechtbank verwierp deze argumenten. De persoonlijke omstandigheden van de opgeëiste persoon, waaronder gezondheidsproblemen, werden ook besproken, maar de rechtbank oordeelde dat deze omstandigheden op zichzelf geen reden vormden om de uitlevering ontoelaatbaar te verklaren. Uiteindelijk verklaarde de rechtbank de uitlevering toelaatbaar, waarbij zij de relevante artikelen van het Uitleveringsverdrag en de Uitleveringswet in acht nam.