Uitspraak
RECHTBANK HAARLEM
1.Verloop van de procedure
2.Beoordeling
3.Beslissing
19 september 2008 met nummer 16 XVI M 841 waarbij de minderjarigen:
-[minderjarigen], beiden geboren op [geboortedatum] in[geboorteplaats]
Rechtbank Haarlem
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 21 februari 2012 uitspraak gedaan over de erkenning van een Duitse adoptie van twee minderjarigen door verzoekers. De rechtbank heeft onderzocht of de adoptie op de juiste wijze tot stand is gekomen en of deze kan worden erkend in Nederland, ondanks dat noch het Haags adoptieverdrag, noch de Wet op de Centrale Autoriteit voor Adoptie (WCAd) van toepassing is. De rechtbank heeft aansluiting gezocht bij de regels van artikel 6 lid 4 WCAd voor de erkenning van buitenlandse adopties van niet-verdragslanden, die overeenkomen met de ongeschreven regels van het Nederlands internationaal privaatrecht.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de biologische ouders van de minderjarigen op de juiste wijze hebben ingestemd met de adoptie, en dat de adoptie is uitgevoerd door een bevoegde autoriteit in Duitsland. De rechtbank heeft ook beoordeeld of er een behoorlijke rechtspleging heeft plaatsgevonden en of de erkenning van de adoptiebeslissing in strijd zou zijn met de Nederlandse openbare orde. De rechtbank concludeert dat er geen belemmeringen zijn voor erkenning en dat de adoptiebeslissing van het kantongerecht te Mönchengladbach, Duitsland, op 19 september 2008, voor erkenning vatbaar is.
De rechtbank heeft vervolgens verklaard voor recht dat de beslissing van het Duitse kantongerecht overeenkomstig de plaatselijke voorschriften door een bevoegde instantie is gedaan en dat deze naar zijn aard voor erkenning vatbaar is. Het meer of anders verzochte is afgewezen. Deze beschikking is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.