ECLI:NL:RBHAA:2012:BV8138
Rechtbank Haarlem
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak voor verdachte in gewelddadige overval op juwelierszaak te Haarlem
In deze zaak heeft de Rechtbank Haarlem op 5 maart 2012 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een 23-jarige man, die werd verdacht van betrokkenheid bij een gewelddadige overval op een juwelierszaak in Haarlem op 27 oktober 2010. De rechtbank heeft vastgesteld dat er aanwijzingen waren voor de betrokkenheid van de verdachte, maar dat deze aanwijzingen, hypotheses en vermoedens niet voldoende waren om tot een bewezenverklaring te komen. Het wettig en overtuigend bewijs ontbrak, waardoor de rechtbank tot de conclusie kwam dat de verdachte vrijgesproken moest worden van de ten laste gelegde feiten.
De tenlastelegging omvatte onder andere het wegnemen van een hoeveelheid juwelen, met een gezamenlijk gewicht van ongeveer 5600 gram, en het gebruik van geweld en bedreiging met geweld tegen meerdere slachtoffers. De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat, hoewel er aanwijzingen waren voor de betrokkenheid van de verdachte bij de voorbereidingen van de overval, deze niet voldoende waren om tot een veroordeling te komen. De verdachte had zich beroepen op zijn zwijgrecht en ontkende betrokkenheid bij de overval.
De officier van justitie had gevorderd tot bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit en een gevangenisstraf van achttien maanden geëist. Echter, de rechtbank oordeelde dat de bewijsvoering niet voldeed aan de eisen voor een veroordeling. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken en het bevel tot voorlopige hechtenis opgeheven. Dit vonnis is gewezen door een meervoudige strafkamer en is openbaar uitgesproken op de zitting.