ECLI:NL:RBHAA:2012:BW3888
Rechtbank Haarlem
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot wraking van rechters in strafzaak
Op 16 maart 2012 heeft de Rechtbank Haarlem een verzoek tot wraking afgewezen dat was ingediend door de verzoeker in een strafzaak. De verzoeker, bijgestaan door zijn raadsman W.A.L. de Boer, had de wraking aangevraagd van de rechters mrs. [X], [Y] en [Z] op basis van vermeende vooringenomenheid. Tijdens de openbare zitting werd het standpunt van de verzoeker toegelicht, waarbij de raadsman stelde dat de rechtbank eerder verzoeken tot schorsing van de vervolging had afgewezen, wat leidde tot een gevoel van vooringenomenheid. De officier van justitie, mr. R. Hagemeier, betwistte deze claim en stelde dat de afwijzing van de verzoeken door de rechtbank gerechtvaardigd was.
De rechtbank oordeelde dat een procesbeslissing, zoals de afwijzing van de verzoeken, op zichzelf onvoldoende grond biedt voor wraking. De rechters worden geacht onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die wijzen op vooringenomenheid. De rechtbank concludeerde dat er geen aanwijzingen waren voor een gebrek aan onpartijdigheid en dat de argumenten van de verdediging niet voldoende waren om de wraking te rechtvaardigen. De rechtbank wees het verzoek om wraking af en beval dat het proces in de hoofdzaak voortgezet zou worden.
De beslissing werd openbaar uitgesproken door mr. W.J. van Andel, voorzitter van de wrakingskamer, en de leden mrs. J.M. Janse van Mantgem-Verdonk en M. Flipse. De griffier, mr. D.M.A. Richelle, was aanwezig bij de uitspraak. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.