ECLI:NL:RBHAA:2012:BW9346

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
18 juni 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
192809 / HA RK 12-63
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Wraking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wraking van de rechtbank in bestuursrechtelijke zaak

In deze zaak heeft verzoeker op 24 april 2012 schriftelijk verzocht om wraking van de rechtbank in een aanhangige bestuursrechtelijke zaak met zaaknummer 12/1391 GGH V00. Verzoeker stelde dat de rechtbank zijn verzoeken niet serieus behandelde en dat er daardoor geen sprake meer was van een betrouwbare en onpartijdige rechtspraak. De rechtbank heeft het verzoek om wraking beoordeeld aan de hand van artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht, dat bepaalt dat alleen rechters gewraakt kunnen worden, niet de rechtbank zelf. De rechtbank concludeerde dat uit het wrakingsverzoek en het dossier niet kon worden opgemaakt dat verzoeker specifieke rechters had gewraakt. Bovendien kan een griffier niet worden gewraakt. Daarom heeft de rechtbank verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek om wraking. De beslissing werd openbaar uitgesproken op 18 juni 2012, waarbij de rechtbank ook heeft bevolen dat het proces in de hoofdzaak voortgezet wordt in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het wrakingsverzoek. De rechtbank heeft de griffier opgedragen om een gewaarmerkt afschrift van de beslissing toe te zenden aan verzoeker en de wederpartij, de Gemeente Zaanstad, sector Belastingen.

Uitspraak

beslissing
RECHTBANK HAARLEM
Wrakingskamer
zaaknummer: 192809 / HA RK 12-63
datum beslissing: 18 juni 2012
Op verzoek van:
[verzoeker],
wonende te ([postcode]) [plaats] aan [adres],
verzoeker.
1. Procesverloop
1.1 Bij schriftelijk verzoek van 24 april 2012 heeft verzoeker de wraking verzocht van de rechtbank in de bij deze rechtbank, sector bestuursrecht (belastingkamer), aanhangige zaak met zaaknummer 12/1391 GGH V00, hierna te noemen: de hoofdzaak.
1.2 Verzoeker is niet gehoord op zijn verzoek op grond van navolgende overwegingen.
2. Het standpunt van verzoeker.
2.1 Verzoeker heeft ter onderbouwing van zijn verzoek aangevoerd, dat de rechtbank een door hem gedaan verzoek niet afhandelt. De rechtbank zou verzoeker niet serieus behandelen door diens verzoeken te ontkennen, niet te behandelen en niet te beantwoorden. Daardoor zou er volgens verzoeker niet langer meer sprake zijn van een betrouwbare en een geloofwaardige onpartijdige en onafhankelijke feitenrechtspraak.
3. Beoordeling
3.1 Artikel 8:15 van de Algemene wet bestuursrecht bepaalt dat op verzoek van een partij elk van de rechters die een zaak behandelen kan worden gewraakt op grond van feiten en omstandigheden waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden.
3.2 Het voorgaande houdt in dat alleen rechters kunnen worden gewraakt, niet de rechtbank.
3.3 Verzoeker reageert met zijn wrakingsverzoek op een brief d.d. 20 april 2012 van de griffier van de zittingsadministratie van de belastingkamer, onder meer inhoudende dat verzoeker, na de ontvangst van een verweerschrift waarvan verzoeker een kopie werd toegestuurd, op de hoogte zou worden gehouden van de voortgang van de procedure.
3.4 Nu uit het wrakingsverzoek en ook overigens uit het wrakingsdossier niet kan worden opgemaakt dat verzoeker bij de indiening van zijn verzoek één of meer bepaalde rechters van de rechtbank op het oog heeft die bemoeienis met de zaak zou(den) hebben en een griffier niet kan worden gewraakt, kan verzoeker in zijn verzoekschrift niet worden ontvangen.
3.5 De rechtbank zal verzoeker dan ook niet ontvankelijk verklaren in zijn wrakingsverzoek.
4. Beslissing
De rechtbank:
4.1 verklaart verzoeker niet ontvankelijk in zijn verzoek om wraking van de rechtbank;
4.2 beveelt de griffier onverwijld aan verzoeker en de wederpartij (de Gemeente Zaanstad, sector Belastingen, Postbus 2000, 1500 GA Zaandam) een voor eensluidend gewaarmerkt afschrift van deze beslissing toe te zenden;
4.3 beveelt dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het verzoek.
Deze beslissing is gegeven door mr. A.E. Patijn, voorzitter, en mrs. M.J. Kronenberg en
K.I. de Jong, leden van de wrakingskamer, en in het openbaar uitgesproken op 18 juni 2012 in tegenwoordigheid van mr S.J. Giling als griffier.
Rechtsmiddel
Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.