ECLI:NL:RBHAA:2012:BY1461
Rechtbank Haarlem
- Voorlopige voorziening
- A.C. Terwiel - Kuneman
- Rechtspraak.nl
Toekenning van een Wwb-uitkering en voorlopige voorziening in het bestuursrecht
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Haarlem op 6 september 2012 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van de Wet werk en bijstand (Wwb). Verzoeker had bezwaar gemaakt tegen een besluit van verweerder, het college van burgemeester en wethouders van Purmerend, dat zijn aanvraag voor een Wwb-uitkering had afgewezen. De afwijzing was gebaseerd op de veronderstelling dat verzoeker een gezamenlijke huishouding voerde met een andere persoon, wat volgens de wet zou betekenen dat hij niet in aanmerking kwam voor de uitkering als alleenstaande.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de mate van wederzijdse zorg tussen verzoeker en de andere persoon zodanig gering was dat dit niet in de weg stond aan het verlenen van de Wwb-uitkering. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening toegewezen en het primaire besluit geschorst, waardoor verzoeker met terugwerkende kracht vanaf 7 augustus 2012 recht had op een Wwb-uitkering ter hoogte van 90% van de voor hem geldende bijstandsnorm. Daarnaast is verweerder veroordeeld in de proceskosten van verzoeker, die op € 874,-- zijn vastgesteld, en is gelast dat het door verzoeker betaalde griffierecht van € 42,-- aan hem moet worden vergoed.
De uitspraak is openbaar gedaan en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing. De zaak benadrukt de belangrijke overwegingen die de voorzieningenrechter maakt bij de beoordeling van de mate van zorg in een gezamenlijke huishouding en de voorwaarden voor het toekennen van een uitkering onder de Wwb.