ECLI:NL:RBHAA:2012:BY8828

Rechtbank Haarlem

Datum uitspraak
16 november 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AWB 12/4783
Instantie
Rechtbank Haarlem
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • W.J. van Brussel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening Ziektewet na niet-naleving re-integratieverplichtingen

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Haarlem op 16 november 2012 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van de Ziektewet. Verzoeker had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de verweerder, het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, dat zijn Ziektewetuitkering met ingang van 17 september 2012 had geschorst. Dit besluit was genomen omdat verzoeker niet had gereageerd op oproepen van het re-integratiebedrijf Work2Work, waar hij zich moest melden in het kader van zijn re-integratieverplichtingen. Tijdens de zitting heeft verzoeker aangegeven dat hij het niet eens was met de inschakeling van Work2Work en dat hij vanwege medische beperkingen niet in staat was om naar de vestiging in Lisse te gaan. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat verzoeker niet had voldaan aan zijn verplichtingen op grond van de Ziektewet door niet te reageren op de oproepen van Work2Work. De voorzieningenrechter concludeerde dat verweerder in redelijkheid gebruik had kunnen maken van zijn bevoegdheid om de betaling van het ziekengeld te schorsen totdat verzoeker weer aan zijn verplichtingen voldoet. De voorzieningenrechter wees het verzoek om voorlopige voorziening af en gaf aan dat indien verzoeker zijn re-integratieverplichtingen nakomt, de schorsing van de betaling van het ziekengeld in de toekomst kan worden opgeheven.

Uitspraak

RECHTBANK Haarlem
Sector bestuursrecht
zaaknummer: AWB 12/4783
proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van
16 november 2012 in de zaak tussen
[naam verzoeker], te [woonplaats], verzoeker
(gemachtigde: mr. S. Singh),
en
de raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, verweerder
(gemachtigde: A.J.G. Lindeman).
Procesverloop
Bij besluit van 19 september 2012 (het primaire besluit) heeft verweerder de Ziektewetuitkering van verzoeker met ingang van 17 september 2012 geschorst, omdat verzoeker geen gehoor heeft gegeven aan de oproep om te verschijnen op het spreekuur van de re-integratiebegeleider.
Verzoeker heeft tegen het primaire besluit bezwaar gemaakt. Hij heeft voorts de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 16 november 2012. Verzoeker is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. Tevens was de moeder van verzoeker ter zitting aanwezig.
Na afloop van de zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk uitspraak gedaan.
Beslissing
De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Overwegingen
1. De voorzieningenrechter geeft hiervoor de volgende motivering.
2. Verzoeker heeft in het kader van de Ziektewet de verplichting mee te werken aan re-integratie. Hierover heeft hij afspraken gemaakt met de verweerders arbeidsdeskundige, [naam arbeidsdeskundige] (de arbeidsdeskundige). Verzoeker heeft ter zitting aangegeven dat hij het er niet mee is dat verweerder hem naar het re-integratiebedrijf Work2Work te Lisse heeft gestuurd. Volgens verzoeker is het voor hem vanwege zijn medische beperkingen niet mogelijk bij de vestiging van Work2Work in Lisse te komen. Bovendien had verzoeker naar zijn mening met de arbeidsdeskundige afgesproken dat een ander, voor hem beter bereikbaar, re-integratiebedrijf zou worden ingeschakeld.
3. Uit de stukken en het verhandelde ter zitting komt naar voren dat het re-integratiebedrijf Work2Work verschillende pogingen heeft gedaan om contact op te nemen met verzoeker. Verzoeker heeft erkend dat hij de oproepen heeft ontvangen, maar dat hij hierop niet heeft gereageerd, omdat hij het niet eens was met de inschakeling van Work2Work.
4. Nu verzoeker niets van zich heeft laten horen op de oproepen van Work2Work heeft hij niet voldaan aan zijn verplichtingen op grond van de Ziektewet. Als verzoeker het niet eens was met de inschakeling van Work2Work had hij hierover contact op moeten nemen met Work2Work of met de arbeidsdeskundige. Niet reageren op oproepen is niet de juiste weg. Op grond hiervan is verweerder, gelet op het bepaalde in artikel 47a, tweede lid en onder c, Ziektewet bevoegd om de betaling van het ziekengeld te schorsen totdat verzoeker weer aan zijn verplichtingen voldoet. De voorzieningenrechter is van oordeel dat verweerder in het geval van verzoeker in redelijkheid van deze bevoegdheid gebruik heeft kunnen maken.
5. Daar komt bij dat verweerder ter zitting heeft aangegeven dat hij overweegt om aan verzoeker een maatregel op te leggen wegens het onvoldoende meewerken aan zijn re-integratie. Volgens de gemachtigde van verweerder is deze maatregel in beginsel een gehele weigering van de uitkering over vier maanden. Dat zou betekenen dat uitkering wordt geweigerd tot 5 december 2012, de datum waarop verzoekers recht op ziekengeld eindigt vanwege het bereiken van de maximale uitkeringsduur. In dit licht bezien is de duur van de schorsing niet onredelijk.
6. Het voorgaande leidt ertoe dat de voorzieningenrechter het verzoek om voorlopige voorziening afwijst.
7. Ter zitting is met verzoeker de afspraak gemaakt dat hij onmiddellijk contact zal opnemen met de arbeidsdeskundige, [naam arbeidsdeskundige]. De voorzieningenrechter gaat ervan uit dat, indien dit contact ertoe leidt dat verzoeker zijn re-integratieverplichting daadwerkelijk nakomt, de schorsing van de betaling van het ziekengeld voor de toekomst zal worden opgeheven.
Deze uitspraak is gedaan door mr. W.J. van Brussel, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van P.M. van der Pol, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op
16 november 2012.
griffier voorzieningenrechter
Afschrift verzonden aan partijen op:
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.