ECLI:NL:RBHAA:2012:BY8837
Rechtbank Haarlem
- Voorlopige voorziening
- J.M. Janse van Mantgem
- Rechtspraak.nl
Sluiting van horecagelegenheid wegens aanwezigheid van drugs en verstoring van de openbare orde
In deze zaak heeft de rechtbank Haarlem op 28 december 2012 uitspraak gedaan in een geschil tussen Café Nador VOF en de burgemeester van Haarlem. De burgemeester had op 18 april 2012 besloten om het café met onmiddellijke ingang te sluiten vanwege de aanwezigheid van een handelshoeveelheid drugs. Dit besluit was gebaseerd op artikel 13b, eerste lid, van de Opiumwet, dat de burgemeester de bevoegdheid geeft om bestuursdwang toe te passen bij overtredingen van de Opiumwet. De rechtbank oordeelde dat de sluiting van het café voor een periode van twaalf maanden niet onredelijk was, gezien de verzwarende omstandigheden, waaronder eerdere incidenten van drugshandel en een bedreiging met een vuurwapen. De rechtbank overwoog dat de burgemeester zich op basis van de beleidsregels van het Openbaar Ministerie had kunnen beroepen op de aanwezigheid van drugs als rechtvaardiging voor de sluiting. Eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde, betoogde dat de sluiting niet in verhouding stond tot het doel en dat de exploitanten niet verantwoordelijk waren voor de aanwezigheid van drugs bij klanten. De rechtbank verwierp deze argumenten en verklaarde het beroep ongegrond, waarbij zij het belang van de openbare orde zwaarder liet wegen dan de belangen van de exploitanten van het café. De rechtbank concludeerde dat de burgemeester voldoende had gemotiveerd waarom de sluiting voor een langere periode gerechtvaardigd was en dat er geen aanleiding was voor een veroordeling in de proceskosten.