ECLI:NL:RBLEE:2000:AA5231
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Overtredingen van de Natuurbeschermingswet door meerdere verdachten
Op 9 maart 2000 heeft de economische politierechter G.M. van der Meer uitspraak gedaan in drie zaken tegen verschillende verdachten, allen beschuldigd van overtredingen van de Natuurbeschermingswet. De eerste zaak betreft een verdachte, geboren in 1972, die op 8 juli 1999 een voorschrift van artikel 24 lid 3 van de Natuurbeschermingswet heeft overtreden. De rechter legt een geldboete op van Fl. 500,00, subsidiair 10 dagen hechtenis, te betalen in twee maandelijkse termijnen van Fl. 250,00 elk.
In de tweede zaak, eveneens op dezelfde datum, wordt een verdachte, geboren in 1967, aangeklaagd voor een soortgelijke overtreding. De rechter legt een geldboete op van Fl. 600,00, subsidiair 12 dagen hechtenis.
De derde zaak betreft een verdachte, geboren in 1969, die zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland is. Deze verdachte wordt aangeklaagd voor twee feiten: de eerste overtreding betreft artikel 17 van de Natuurbeschermingswet en de tweede betreft opnieuw artikel 24 lid 3 van dezelfde wet. Voor de eerste overtreding legt de rechter een geldboete op van Fl. 250,00, subsidiair 5 dagen hechtenis, en voor de tweede overtreding een geldboete van Fl. 750,00, subsidiair 15 dagen hechtenis.
De rechter heeft in alle zaken de toepasselijke artikelen van het Wetboek van Strafrecht en de Natuurbeschermingswet in acht genomen, evenals de Wet economische delicten. De uitspraken zijn gedaan in enkelvoudige behandeling, waarbij de rechter de feiten en de omstandigheden van elke zaak zorgvuldig heeft gewogen.