ECLI:NL:RBLEE:2001:AC0951
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.T. Vos
- Rechtspraak.nl
Merkenrechtelijke geschil tussen Wafels-Cakes-Biscuits Hoppe B.V. en Friesland Product Promotion Company B.V. over het gebruik van het merk BOPPE
In deze zaak, die op 22 augustus 2001 door de Rechtbank Leeuwarden is behandeld, vorderde de besloten vennootschap Wafels-Cakes-Biscuits Hoppe B.V. (hierna: Hoppe) nietigheid van het Benelux woordmerkdepot van het merk BOPPE, dat wordt gebruikt door Friesland Product Promotion Company B.V. (hierna: FPPC) en de stichting DBF. De vordering was gebaseerd op merkinbreuk en verwatering van het merk HOPPE. De rechtbank heeft vastgesteld dat de zaak is aangebracht door dagvaarding op 15 juni 2000 en dat partijen hun standpunten hebben bepleit op 12 juni 2001. De rechtbank heeft de vorderingen van Hoppe afgewezen, omdat er geen verwarring kon ontstaan tussen de merken HOPPE en BOPPE. De rechtbank oordeelde dat de gemiddelde consument de producten onder de merken niet met elkaar zou verwarren, gezien de verschillende herkomst en presentatie van de producten. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat er geen sprake was van merkinbreuk en dat de vorderingen van Hoppe om die reden moesten worden afgewezen. Daarnaast werd Hoppe veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden. De uitspraak benadrukt het belang van de presentatie en de regionale herkomst van de producten in het merkenrecht.