ECLI:NL:RBLEE:2001:AD7134
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- W.K.F. Hangelbroek
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid voor schade door aftrillen van de weg met een trilplaat
In deze zaak vorderde eiser, een particulier, schadevergoeding van gedaagde, een wegenbouwbedrijf, voor schade aan porseleinen voorwerpen die volgens eiser was ontstaan door werkzaamheden die gedaagde had uitgevoerd. De werkzaamheden bestonden uit het herstraten en aftrillen van de weg, waarbij eiser stelde dat door het aftrillen zijn porseleinen voorwerpen uit een vitrinekast waren gevallen. Eiser had gedaagde aansprakelijk gesteld, maar de schadeclaim was door de verzekeringsmaatschappij van gedaagde afgewezen. Eiser vorderde in deze procedure een bedrag van ƒ 1.900,00, bestaande uit de waarde van de beschadigde voorwerpen. Gedaagde betwistte de aansprakelijkheid en stelde dat eiser het causaal verband tussen de schade en de werkzaamheden niet had aangetoond. Gedaagde voerde aan dat het aftrillen een gebruikelijke handeling was en dat er geen verplichting bestond om dit vooraf aan te kondigen. De kantonrechter oordeelde dat het aftrillen van de weg met een trilplaat een gebruikelijke werkzaamheid is en dat gedaagde niet onrechtmatig had gehandeld. Eiser had bovendien kunnen anticiperen op de werkzaamheden, aangezien hij had kunnen zien dat het herstraten was begonnen. De vordering van eiser werd afgewezen en hij werd veroordeeld in de proceskosten.