ECLI:NL:RBLEE:2003:AF6258
Rechtbank Leeuwarden
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot ontruiming van bedrijfsruimte en schadevergoeding in kort geding
In deze zaak hebben eisers, bestaande uit een vennootschap onder firma en twee natuurlijke personen, een kort geding aangespannen tegen gedaagde, de eigenaar van een winkelpand. De eisers vorderden ontruiming van het pand en schadevergoeding, omdat gedaagde hen de toegang tot het pand had ontzegd door de sloten te vervangen. De huurovereenkomst was op 8 januari 2003 ondertekend door eisers, maar niet door gedaagde. Eisers stelden dat zij de sleutels van het pand in goed vertrouwen hadden ontvangen en dat er een definitieve huurovereenkomst tot stand was gekomen. Gedaagde betwistte dit en voerde aan dat de overeenkomst onder een opschortende voorwaarde was gesloten, namelijk dat de huur op de dag van ondertekening zou worden voldaan. De rechter oordeelde dat er voldoende bewijs was dat de huurovereenkomst definitief was en dat gedaagde de toegang tot het pand niet had mogen ontzeggen. De rechter wees de vorderingen van eisers toe, inclusief de ontruiming van het pand en de kosten van het geding, en veroordeelde gedaagde om de sleutels binnen twee dagen na betekening van het vonnis aan eisers te overhandigen. Dit vonnis werd uitgesproken op 19 maart 2003.