ECLI:NL:RBLEE:2004:AU0821

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
13 januari 2004
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
17/080098-01 VON
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • B. Kuizenga
  • H.G. Aaldriks
  • H.R. Bax
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie wegens overschrijding van de redelijke termijn

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Leeuwarden op 13 januari 2004, is de niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie aan de orde. De verdachte, die niet verschenen was, had een raadman, mr. K.E. Wielenga, die ter terechtzitting aanwezig was. De rechtbank constateerde dat de processen-verbaal met betrekking tot de zaak en de ontnemingsvordering respectievelijk op 11 juni 2001 en 27 augustus 2001 waren gesloten. Tussen deze data en de datum van de behandeling van de zaak was er een periode van meer dan twee jaar verstreken zonder dat er enige voortgang was geboekt. De rechtbank oordeelde dat er geen feiten of omstandigheden waren die het verstrijken van deze termijn konden rechtvaardigen. Dit leidde tot de conclusie dat de redelijke termijn was overschreden, wat volgens de wet moet resulteren in de niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie. De rechtbank verklaarde de officier van justitie niet-ontvankelijk in de vervolging. Het vonnis werd uitgesproken door de meervoudige kamer, met mr. B. Kuizenga als voorzitter, en de andere rechters mr. H.G. Aaldriks en mr. H.R. Bax. Mr. Bax was echter buiten staat om het vonnis mede te ondertekenen. Dit vonnis is een belangrijke uitspraak met betrekking tot de waarborging van de redelijke termijn in strafzaken.

Uitspraak

Rechtbank Leeuwarden
Sector strafrecht
VONNIS
Uitspraak: 13 januari 2004
Parketnummer: 17/080098-01
VONNIS van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
wonende te [adres]
De rechtbank heeft gelet op het ter terechtzitting gehouden onderzoek van 13 januari 2004.
Tegen de niet verschenen verdachte is verstek verleend.
De raadman van verdachte, mr. K.E. Wielenga, advocaat te Joure is ter terechtzitting verschenen.
TELASTELEGGING
Aan dit vonnis is een door de griffier gewaarmerkte fotokopie van de dagvaarding gehecht, waaruit de inhoud van de telastelegging geacht moet worden hier te zijn overgenomen.
NIET-ONTVANKELIJKHEID OPENBAAR MINISTERIE
De rechtbank is gebleken dat de processen-verbaal opgemaakt met betrekking tot de onderhavige zaak en de daarop betrekking hebbende en gelijktijdig aangebrachte ontnemingsvordering respectievelijk zijn gesloten op 11 juni 2001 en 27 augustus 2001. De rechtbank heeft op grond van het dossier en het verhandelde ter terechtzitting geconstateerd dat de zaken vanaf voornoemde data tot aan de datum waarop ze zijn aangebracht ruim twee jaren hebben stilgelegen. Nu er zich naar het oordeel van de rechtbank geen feiten en omstandigheden hebben voorgedaan die het verstrijken van genoemde periode verklaren en rechtvaardigen, is de rechtbank van oordeel dat de redelijke termijn is overschreden, hetgeen in de onderhavige zaak dient te leiden tot de niet-ontvankelijkheid van de officier van justitie.
RECHTDOENDE
Verklaart de officier van justitie niet-ontvankelijk in de vervolging.
Dit vonnis is gewezen door mr. B. Kuizenga, voorzitter, mr. H.G. Aaldriks en mr. H.R. Bax, rechters, bijgestaan door mr. B.E. Martini, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 13 januari 2004.
Mr. Bax is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.