ECLI:NL:RBLEE:2010:BN7175

Rechtbank Leeuwarden

Datum uitspraak
16 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
17/880066-09 VEV
Instantie
Rechtbank Leeuwarden
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Meervoudige strafzaak tegen verdachte wegens meerdere gewapende overvallen en diefstallen

In deze strafzaak heeft de Rechtbank Leeuwarden op 16 september 2010 uitspraak gedaan in een meervoudige kamer over de verdachte, die wordt beschuldigd van meerdere gewapende overvallen en diefstallen. De verdachte, geboren op [geboortedatum] en thans gedetineerd in PI Leeuwarden, is bijgestaan door zijn advocaat mr. R.P.G. van der Weide. De tenlastelegging omvat onder andere overvallen op coffeeshops en juwelierszaken, waarbij geweld en bedreiging met geweld zijn gebruikt. De rechtbank heeft geconstateerd dat de verdachte samen met anderen op verschillende data in 2008 en 2009 in Leeuwarden en Rotterdam heeft ingebroken en goederen heeft gestolen, waaronder geld en sieraden, met gebruik van wapens en geweld tegen medewerkers en klanten. De rechtbank heeft de verklaringen van medeverdachten en getuigen als betrouwbaar beoordeeld en heeft vastgesteld dat de verdachte wist dat hij betrokken was bij deze misdrijven. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven jaar en terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege opgelegd, gezien de ernst van de feiten en de verminderd toerekeningsvatbaarheid van de verdachte. Daarnaast zijn er schadevergoedingen opgelegd aan de benadeelde partijen, die ook in het proces zijn betrokken. De rechtbank heeft de inbeslaggenomen goederen, waaronder een vuurwapen en een geldbedrag, onttrokken aan het verkeer en verbeurd verklaard. De uitspraak is gedaan in het kader van de artikelen 33, 33a, 36b, 36c, 36f, 37a, 37b, 43a, 43b, 57, 310, 311, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht en de Wet wapens en munitie.

Uitspraak

RECHTBANK LEEUWARDEN
Sector straf
parketnummer 17/880066-09 VEV
ad informandum gevoegd parketnummer 17/756127-08
verkort vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 16 september 2010 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte
[verdachte],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
postadres te [adres],
thans gedetineerd in PI Leeuwarden, De Marwei, te Leeuwarden.
De rechtbank heeft gelet op het ter terechtzitting gehouden onderzoek van 2 september 2010.
De verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. R.P.G. van der Weide, advocaat te Amsterdam.
Tenlastelegging
Aan verdachte is, na nadere omschrijving van de tenlastelegging overeenkomstig het bepaalde in artikel 314a van het Wetboek van Strafvordering ter terechtzitting van 22 juni 2009 en na mondelinge aanvulling door de officier van justitie ter terechtzitting van 22 juni 2009, ten laste gelegd dat:
1.
(zaak 1)
hij op of omstreeks 12 november 2008, te Leeuwarden, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening in en/of uit het bedrijfspand (van coffeeshop "[naam ]",
gevestigd aan of bij het [adres],) heeft weggenomen een hoeveelheid geld
(te weten een bedrag van (ongeveer) 875,80 euro uit de kassa en/of 250 euro
muntgeld uit de kluis en/of (ongeveer) 200 euro aan fooiengeld uit de kluis)
en/of een hoeveelheid weed (hennep), in elk geval enig goed, geheel of ten
dele toebehorende aan coffeeshop "[naam ]" en/of [naam] en/of een
hoeveelheid geld, toebehorende aan een of meerdere klanten van die coffeeshop,
in elk geval (telkens) aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd
van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [naam] (een
medewerkster) en/of [naam] en/of [naam] en/of [naam] en/of [naam] en/of [naam], te weten klanten van die coffeeshop, en/of een of
meerdere andere klant(en)/perso(o)n(en) gepleegd met het oogmerk om die
diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping
op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht
mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk
geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of zijn mededader(s)
- in die coffeeshop de woorden heeft gezegd/geroepen:"Dit is een overval.",
althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- [naam] een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) (op korte afstand) op
het hoofd heeft gericht en/of
- die [naam] de woorden heeft toegevoegd: "Dit is een overval, geef wat je
hebt.", althans woorden van gelijke aard of strekking, en/of
- die [naam] tegen het lichaam heeft gestompt en/of geslagen en/of
- die [naam] in een hoek van de bar heeft geduwd en/of
- een mes aan die [naam] en/of die een of meerdere klant(en) van die
coffeeshop heeft getoond en/of
- een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) aan die [naam] en/of
die een of meerdere klant(en) van die coffeeshop heeft getoond en/of heeft
gericht op die [naam] en/of die een of meerdere klant(en) en/of
- die [naam] aan haar kleding heeft meegetrokken in de richting van
de in die coffeeshop aanwezige kluis en/of
- die [naam] een mes in de zij heeft geduwd/gedrukt en/of
- die [naam] de woorden heeft toegevoegd: "Maak de kluis open en
snel.", althans woorden van gelijke aard of strekking en/of
- die een of meerdere klant(en) de woorden heeft toegevoegd: "Pak allemaal
geld uit jullie broekzak." en/of "Beurs op tafel. Schiet op, ik heb geen
tijd." en/of "Alle zakken leeg, ik wil alles op tafel zien.", althans
(telkens) woorden van gelijke aard of strekking;
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
(artikel 312 lid 1 onder 2 van het Wetboek van Strafrecht)
2.
(zaak 2)
hij in of omstreeks de periode omvattende de dagen 12 november 2008 en 13
november 2008 te Leeuwarden tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft
weggenomen een personenauto (van het merk Ford, type Escort [kenteken], in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de
plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen
goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak,
verbreking en/of inklimming;
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
(artikel 311 lid 1 onder 4 en/of 5 van het Wetboek van Strafrecht)
3.
(zaak 3)
hij op of omstreeks 22 november 2008, te Leeuwarden, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening in/uit een bedrijfspand (van coffeeshop "[naam]",
gevestigd aan of bij [adres],) heeft weggenomen een hoeveelheid
(meerdere zakjes) weed en/of een hoeveelheid voorgedraaide weedjoints en/of
een beurs met geld (ongeveer 500/600 euro) en/of een hoeveelheid geld uit de
kassa (ongeveer 100 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele
toebehorende aan [naam] en/of coffeeshop "[naam]", in elk geval
aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke
diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of
bedreiging met geweld tegen een medewerker van coffeeshop "[naam]", te
weten [benadeelde partij 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te
bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan
zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken,
hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren, welk geweld en/of welke
bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s)
- een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) op die
[benadeelde partij 1] heeft gericht en/of
- die [benadeelde partij 1] de woorden heeft toegeroepen: "Geld, geld." en/of "Waar
is de hash.", althans (telkens) woorden van gelijke aard of strekking en/of
- een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) op een
klant (een onbekend gebleven persoon) van die coffeeshop heeft gericht
(welke op dat moment de coffeeshop binnenkwam) en/of die klant heeft
toegevoegd: "Liggen, liggen.", althans woorden van gelijke aard of strekking;
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
(artikel 312 lid 2 onder 2 van het Wetboek van Strafrecht)
4.
(zaak 5)
hij op of omstreeks 13 december 2008, te Leeuwarden, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening in en/of uit een winkelpand (van juwelierszaak "De Gouden Engel", gevestigd aan of bij [adres],) heeft weggenomen een hoeveelheid
sieraden (gouden kettingen/armbanden, geschat op een waarde tussen de 50.000
en 70.000 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan
[naam], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd
van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [naam] en/of [naam]
en/of [naam] en/of [naam] (verkoopster), gepleegd met het oogmerk om
die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de
vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of zijn mededader(s)
- dat winkelpand met een bivakmuts over het hoofd is binnengegaan en/of
- een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp), tegen/op
het hoofd van die [naam] heeft gezet en/of gehouden en/of
- die [naam] de woorden heeft toegevoegd: "Kassa open!", althans
woorden van gelijke aarde of strekking, en/of
- een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp), omhoog
heeft gehouden en/of getoond aan die [naam] en/of [naam] en/of
[naam] en/of [naam] en/of
- een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp) in dat
winkelpand heeft afgevuurd en/of
- met een moker/hamer, althans een voorwerp, een of meerdere vitrine(s) in dat
winkelpand heeft vernield;
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
(artikel 312 lid 2 onder 2 van het Wetboek van Strafrecht)
5.
(zaak 7)
hij op of omstreeks 23 januari 2009, te Leeuwarden, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening, in en/of uit een winkelpand (van juwelierszaak "De Gouden Engel", gevestigd aan of bij [adres],) heeft weggenomen een hoeveelheid
sieraden (te weten onder meer kettingen en/of armbanden en/of ringen (geschat
op een waarde tussen de 225.000 en 250.000 euro) en/of een luchtdrukpistool,
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam], in elk
geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen die [naam], gepleegd met het oogmerk om
die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de
vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of zijn mededader(s)
- die [naam] heeft vastgepakt en/of tegen de grond heeft geduwd en/of
- die [naam] in de nek heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of
- die [naam] een mes tegen de keel/hals heeft gehouden en/of (daarbij)
- die [naam] de woorden heeft toegevoegd: "Waar is de Kluis.", althans
woorden van gelijke aard of strekking, en/of
- met een moker/hamer, althans een voorwerp, een of meerdere vitrine(s) en/of
een ruit in/van dat winkelpand heeft vernield;
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
(artikel 312 lid 2 onder 2 van het Wetboek van Strafrecht)
6.
(zaak 8)
hij in of omstreeks de periode omvattende de dagen 22 januari 2009 en 23
januari 2009 te Rotterdam tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft
weggenomen een personenauto (van het merk Ford, type Escort, voorzien van het
kenteken [kenteken]), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende
aan [benadeelde partij 2], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of
zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang
tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen
goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van braak,
verbreking en/of inklimming;
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
(artikel 311 lid 1 onder 4 en/of 5 van het Wetboek van Strafrecht)
7.
(zaak 9)
hij op of omstreeks 2 februari 2009 te Strijen, (althans) in de gemeente
Strijen, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
in/uit een woning, (gelegen aan of bij de Nieuwestraat, aldaar,)
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een
portemonnee en/of een hoeveelheid geld (ongeveer 1200 euro) en/of een of twee
mobiele telefoon(s) (van het merk Nokia), in elk geval enig goed,
geheel of ten dele toebehorende aan [benadeelde partij 4] en/of
[benadeelde partij 3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of
zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld
en/of bedreiging met geweld tegen [benadeelde partij 4] en/of
[benadeelde partij 3], met als gevolg zwaar lichamelijk letsel voor [benadeelde partij 3],
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of
gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of
aan zijn mededader(s) hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van
het gestolene te verzekeren,
en/of
met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen
door geweld en/of bedreiging met geweld [benadeelde partij 4] en/of
[benadeelde partij 3] heeft gedwongen tot de afgifte van een (kluis)sleutel, in elk
geval van enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan genoemde [benadeelde partij 4] en/of [benadeelde partij 3], in elk geval aan een ander of
anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld (telkens) hierin bestond(en) dat
hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) meermalen, althans eenmaal,
- tegen die [benadeelde partij 4] en/of [benadeelde partij 3] heeft gezegd:
* "Dit is een overval!" en/of
* "Ik maak je dood! Geld! De Kluis!" en/of
* "Waar is de kluis, waar is de kluis." en/of
* "Geef de (kluis)sleutel!" en/of "Waar is de kluis/sleutel?!" en/of
* "Er moet meer geld zijn. Ik maak je dood!" en/of
* "Niet kijken!" en/of
* "Plat liggen!" en/of
* "Ik schiet/maak je dood!",
althans, (telkens) woorden van gelijke aard of strekking, en/of
- een (vuur)wapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp, gericht
heeft (gehouden) op, althans heeft getoond aan, genoemde [benadeelde partij 3]-van
Steensel en/of [benadeelde partij 3] en/of
- die [benadeelde partij 3] met mes heeft gestoken en/of gesneden, althans verwond, in elk
geval gewapend met een mes heeft belaagd, en/of
- tegen/aan het lichaam van die [benadeelde partij 4] en/of [benadeelde partij 3] heeft
geduwd en/of getrokken en/of
- die [benadeelde partij 4] en/of [benadeelde partij 3] aan het lichaam en/of de kleding
heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of
- die [benadeelde partij 4] en/of [benadeelde partijj 3] heeft gedwongen om op de grond te
knielen en/of liggen, althans plaats te nemen (met de kleding over het
hoofd) en/of
- die [benadeelde partij 4] en/of [benadeelde partij 3] tegen het hoofd en/of het lichaam
en/of in het gezicht heeft geschopt en/of getrapt en/of geslagen en/of
gestompt en/of
- met een (vuur)wapen, althans een op een (vuur)wapen gelijkend voorwerp,
tegen het hoofd van die [benadeelde partij 3] heeft geslagen en/of
- die [benadeelde partij 4] heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of
(vervolgens) mee naar beneden (kelder) getrokken en/of
- de broek van die [benadeelde partij 3] naar beneden heeft getrokken en/of
- de polsen en/of voeten van die [benadeelde partij 3] heeft vastgetapet;
met als gevolg zwaar lichamelijk letsel voor [benadeelde partij 3],
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
(artikel 312 lid 2 onder 2 en/of artikel 317 lid 3 van het Wetboek van
Strafrecht)
8.
(zaak 10)
hij op of omstreeks 5 februari 2009, te Leeuwarden, tezamen en in vereniging
met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening, in en/of uit een winkelpand (van juwelierszaak "De Gouden Engel", gevestigd aan of bij [adres],) heeft weggenomen een hoeveelheid
sieraden (te weten onder meer armbanden, kettingen, ringen, oorbellen en
horloges), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [naam], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn
mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd
van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [naam] en/of [benadeelde partij 5] (een medewerkster) en/of [benadeelde partij 6] (een klant), gepleegd met het
oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om
bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de
vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of zijn mededader(s), meermalen, althans eenmaal,
- die [naam] pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp)
getoond en/of een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend
voorwerp) op die [naam] gericht en/of
- die [naam] tegen de grond heeft gegooid en/of geduwd en/of
- die [naam] tegen het lichaam gestompt en/of geslagen en/of
- die [naam] een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend
voorwerp), tegen/bij het hoofd heeft gehouden en/of op het hoofd heeft
gericht en/of
- die [naam] heeft toegeschreeuwd; "Doe't open!" en/of "Doe die kassa
open!", althans (telkens) woorden van gelijke aard of strekking en/of
- op en/of tegen de kassa heeft geslagen en/of
- heeft staan vloeken en/of schreeuwen en/of
- (met een moker/hamer) een of meerdere vitrines in dat winkelpand heeft
vernield en/of
- die [benadeelde partij 5] een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend
voorwerp), heeft getoond en/of
- die een [benadeelde partij 5], toen deze zich had ingesloten in een toiletruimte,
de woorden heeft toegevoegd: "Doe die deur open.", althans woorden van
gelijke aard of strekking, en/of
- met een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp),
althans een voorwerp, tegen de deur van die toiletruimte heeft gestompt
en/of geslagen en/of een gat in die deur heeft geslagen/gemaakt en/of
- een pistool, althans een (op een) vuurwapen (gelijkend voorwerp), aan die
[benadeelde partij 6], heeft getoond en/of
- een moker/hamer heeft opgeheven in de richting van die [benadeelde partij 6];
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
(artikel 312 lid 1 en/of 2 onder 2 van het Wetboek van Strafrecht)
9.
hij op of omstreeks 13 februari 2009, te Rotterdam (in een woning, perceel
[adres]), een wapen van categorie II, te weten (enkelschots hagel)geweer,
voorzien van de aanduiding "MONDIAL", kaliber 12-65 (hagelpatroon), voorhanden
heeft gehad;
De in deze tenlastelegging gebruikte termen en uitdrukkingen worden, voorzover
daaraan in de Wet wapens en munitie betekenis is gegeven, geacht in dezelfde
betekenis te zijn gebezigd.
(artikel 26 lid 1 ivm artikel 55 lid 3 onder a van de Wet Wapens en Munitie).
In de tenlastelegging voorkomende schrijffouten of kennelijke misslagen worden verbeterd gelezen. De verdachte is hierdoor niet in zijn belangen geschaad.
Vordering officier van justitie
De officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd:
- veroordeling voor het onder 1., 2., 3., 4., 5., 6., 7., 8. en 9. ten laste gelegde;
- oplegging van een gevangenisstraf voor de duur van 10 jaar;
- oplegging van terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege;
- onttrekking aan het verkeer van het inbeslaggenomen geweer, het gasdrukvuurwapen en de slede;
- verbeurdverklaring van het inbeslaggenomen geldbedrag en de inbeslaggenomen personenauto;
- teruggave aan verdachte van de inbeslaggenomen handschoen en schoen;
- toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen [namen benadeelde partijen];
- niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij [naam].
Beoordeling van het bewijs
feiten 1., 2. en 3.
De raadsman heeft betoogd dat verdachte vrijgesproken dient te worden van de onder 1. en 3. ten laste gelegde feiten nu de voor verdachte belastende verklaringen die [medeverdachte] over deze feiten tegenover de politie heeft afgelegd, leugenachtig zijn, gezien de door [medeverdachte] tegenover de rechter-commissaris afgelegde verklaring.
De rechtbank overweegt als volgt.
Uit de stukken blijkt dat [medeverdachte], na diverse verklaringen dat hij niets met de overvallen te maken heeft gehad, op 22 maart 2009 een gedetailleerde bekennende verklaring heeft afgelegd over de op 12 november 2008 gepleegde overval op coffeeshop [naam ] en de daaraan voorafgegane diefstal van een personenauto. [medeverdachte] heeft hierbij verdachte genoemd als een van de mededaders. De bekennende verklaring van [medeverdachte] komt op hoofdlijnen overeen met de verklaringen van beide aangevers en de verklaringen van de in de coffeeshop aanwezige klanten. [medeverdachte] heeft daarnaast verklaard dat de weggenomen auto is achtergelaten in Zwolle. De auto werd daar inderdaad aangetroffen. In de auto bleken gripzakjes met weed te liggen waarvan de eigenaar van de auto verklaarde dat deze niet van hem waren. Verdachte heeft verklaard dat hij, [medeverdachte] en [naam] die dag met de trein van Rotterdam naar Leeuwarden zijn gereisd.
Op 31 maart 2009 heeft [medeverdachte] een gedetailleerde bekennende verklaring afgelegd over de op 22 november 2008 in Leeuwarden gepleegde overval op coffeeshop [naam], waarbij hij verdachte heeft genoemd als een van de mededaders. Daarnaast heeft [medeverdachte] verklaard over de rol van [naam] bij deze overval. Uit historische belgegevens blijkt dat de bij [naam] aangetroffen telefoon op 22 november 2008 vrij kort voor de overval gebruik heeft gemaakt van de zendmasten in Leeuwarden en tussen 20.46 en 23.31 gebruik heeft gemaakt van zendmasten tussen Akkrum en Rotterdam.
De rechtbank komt op grond van bovenstaande argumenten tot het oordeel dat de voor verdachte belastende verklaringen die door [medeverdachte] zijn afgelegd, betrouwbaar zijn te achten en tot bewijs kunnen -en zullen- worden gebezigd. De rechtbank verwerpt het verweer.
feit 7.
Omtrent het ten gevolge van het misdrijf ontstane letsel van [benadeelde partij 3] is door een forensisch arts, werkzaam bij de GGD Zuid-Holland-Zuid een letselverklaring opgesteld. Hieruit blijkt dat er bij [benadeelde partij 3] in totaal 44 verwondingen zijn geconstateerd, waarvan 21 aan het gezicht. De rechteroorschelp is gedeeltelijk doorgesneden. Dwars over de neusbrug bevindt zich een circa 1 cm brede verwonding. Meerdere wonden moesten worden gehecht of geplakt. De herstelduur wordt geschat tussen de 6 weken en 6 maanden waarbij de arts opmerkt dat er een grote kans bestaat dat littekens op de neus en het oor zullen resteren.
De rechtbank komt op basis van voornoemde letselverklaring tot het oordeel dat de verwondingen van [benadeelde partij 3] voldoende ernstig waren om naar gewoon spraakgebruik als zwaar lichamelijk letsel te kunnen worden aangemerkt.
feit 9.
De raadsman heeft betoogd dat er onvoldoende bewijs is voor het onder 9. ten laste gelegde feit, ook als daarbij in aanmerking wordt genomen de door verdachte bij de politie afgelegde verklaring dat hij het wapen gezien heeft toen hij geld ging verstoppen tussen het plafond.
De rechtbank is van oordeel dat uit de bewijsmiddelen voldoende naar voren komt dat verdachte wist dat het wapen aanwezig was in de kamer die bij hem in gebruik was en dat hij daarmee het wapen onder zijn bereik had en daarover kon beschikken. Op grond van vaste jurisprudentie had verdachte daarmee het betreffende wapen voorhanden.
Bewezenverklaring
De rechtbank acht het ten laste gelegde bewezen, met dien verstande dat:
1.
hij op 12 november 2008, te Leeuwarden, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening uit het bedrijfspand van coffeeshop "[naam ]", gevestigd aan of bij het [adres], heeft weggenomen een hoeveelheid geld, te weten een bedrag van 875,80 euro uit de kassa en 250 euro muntgeld uit de kluis en ongeveer 200 euro aan fooiengeld uit de kluis en een hoeveelheid weed (hennep), toebehorende aan coffeeshop "[naam ]" en [naam] en een hoeveelheid geld, toebehorende aan klanten van die coffeeshop, welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld
van geweld en bedreiging met geweld tegen [naam], een medewerkster, en [naam] en [naam] en [naam] en [naam] en [naam], te weten klanten van die coffeeshop, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat verdachte en zijn mededaders
- in die coffeeshop de woorden hebben gezegd/geroepen: "Dit is een overval.", althans woorden van gelijke aard of strekking en
- [naam] een op een vuurwapen gelijkend voorwerp op korte afstand op het hoofd hebben gericht en
- die [naam] de woorden hebben toegevoegd: "Dit is een overval, geef wat je hebt.", althans woorden van gelijke aard of strekking, en
- die [naam] tegen het lichaam hebben gestompt en
- die [naam] in een hoek van de bar hebben geduwd en
- een mes aan die [naam] en klanten van die coffeeshop hebben getoond en
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp aan die [naam] en klanten van die coffeeshop hebben getoond en hebben gericht op een klant en
- die [naam] aan haar kleding hebben meegetrokken in de richting van de in die coffeeshop aanwezige kluis en
- die [naam] een mes in de zij hebben geduwd/gedrukt en
- die [naam] de woorden hebben toegevoegd: "Maak de kluis open en snel.", althans woorden van gelijke aard of strekking en
- die klanten de woorden hebben toegevoegd: "Pak allemaal geld uit jullie broekzak." en/of "Beurs op tafel. Schiet op, ik heb geen tijd." en/of "Alle zakken leeg, ik wil alles op tafel zien.", althans telkens woorden van gelijke aard of strekking,
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
2.
hij in de periode omvattende de dagen 12 november 2008 en 13 november 2008 te Leeuwarden tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een personenauto van het merk Ford, type Escort, kenteken
[kenteken] toebehorende aan [naam], waarbij verdachte en zijn mededaders het weg te nemen goed onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak, terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
3.
hij op 22 november 2008 te Leeuwarden, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in/uit een bedrijfspand van coffeeshop "[naam]", gevestigd aan of bij [adres], heeft weggenomen meerdere zakjes weed en een hoeveelheid voorgedraaide weedjoints en een beurs met geld (ongeveer 500/600 euro) en een hoeveelheid geld uit de kassa, toebehorende aan [naam] en coffeeshop "[naam]", welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen een medewerker van coffeeshop "[naam]", te weten [benadeelde partij 1], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte en zijn mededader(s)
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp op die [benadeelde partij 1] hebben gericht en
- die [benadeelde partij 1] de woorden hebben toegeroepen: "Geld, geld." en/of "Waar is de hash.", althans telkens woorden van gelijke aard of strekking en
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp op een klant (een onbekend gebleven persoon) van die coffeeshop hebben gericht welke op dat moment de coffeeshop binnenkwam en die klant hebben toegevoegd: "Liggen, liggen.",
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
4.
hij op 13 december 2008 te Leeuwarden, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening in en/of uit een winkelpand van juwelierszaak "De Gouden Engel", gevestigd aan of bij [adres], heeft weggenomen een hoeveelheid sieraden, toebehorende aan [naam], welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen die [naam] en [naam] en [naam] en [naam] (verkoopster), gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welke bedreiging met geweld hierin bestond dat verdachte en zijn mededaders:
- dat winkelpand met een bivakmuts over het hoofd zijn binnengegaan en
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp tegen/op het hoofd van die [naam] hebben gezet en/of gehouden en
- die [naam] de woorden hebben toegevoegd: "Kassa open!" en
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp omhoog hebben gehouden en/of getoond aan die [naam] en [naam] en [naam] en [naam],
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
5.
hij op 23 januari 2009 te Leeuwarden, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, in en/of uit een winkelpand van juwelierszaak "De Gouden Engel", gevestigd aan of bij [adres], heeft weggenomen een hoeveelheid sieraden, te weten kettingen en armbanden en ringen, geschat op een waarde tussen de 225.000 en 250.000 euro en een luchtdrukpistool, toebehorende aan [naam], welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [naam], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat verdachte en zijn mededaders
- die [naam] hebben vastgepakt en tegen de grond hebben geduwd en
- die [naam] in de nek hebben vastgepakt en vastgehouden en
- die [naam] een mes tegen de keel/hals hebben gehouden en
- die [naam] de woorden hebben toegevoegd: "Waar is de kluis",
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
6.
hij in de periode omvattende de dagen 22 januari 2009 en 23 januari 2009 te Rotterdam, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een personenauto van het merk Ford, type Escort, voorzien van het kenteken [kenteken], toebehorende aan [benadeelde partij 2], waarbij verdachte en zijn mededaders het weg te nemen goed onder hun bereik hebben gebracht door middel van braak,
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
7.
hij op 2 februari 2009 te Strijen, in de gemeente Strijen, tezamen en in vereniging met anderen, in/uit een woning, gelegen aan of bij de Nieuwestraat aldaar,
met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een portemonnee en een hoeveelheid geld en twee mobiele telefoons (van het merk Nokia), toebehorende aan [benadeelde partij 4] en [benadeelde partij 3], welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen [benadeelde partij 4] en [benadeelde partij 3], met als gevolg zwaar lichamelijk letsel voor [benadeelde partij 3], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken
en
met het oogmerk om zich en/of anderen wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en bedreiging met geweld [benadeelde partij 4] en [benadeelde partij 3] heeft gedwongen tot de afgifte van een kluissleutel, toebehorende aan genoemde [benadeelde partij 4] en [benadeelde partij 3],
welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat hij, verdachte, en zijn mededaders
- tegen die [benadeelde partij 4] en/of [benadeelde partij 3] hebben gezegd:
* "Dit is een overval!" en
* "Ik maak je dood! Geld! De Kluis!" en
* "Waar is de kluis, waar is de kluis." en
* "Geef de (kluis)sleutel!" en/of "Waar is de kluis/sleutel?!" en
* "Er moet meer geld zijn. Ik maak je dood!" en
* "Niet kijken!" en
* "Plat liggen!" en
* "Ik schiet/maak je dood!",
althans, woorden van gelijke aard of strekking, en
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, gericht hebben (gehouden) op, althans hebben getoond aan, genoemde [benadeelde partij 4] en [benadeelde partij 3] en
- die [benadeelde partij 3] gewapend met een mes hebben belaagd, en
- tegen/aan het lichaam van die [benadeelde partij 4] en [benadeelde partij 3] hebben geduwd of getrokken en
- die [benadeelde partij 4] en [benadeelde partij 3] aan de kleding hebben vastgepakt en
- die [benadeelde partij 4] en [benadeelde partij 3] hebben gedwongen om op de grond te knielen of te liggen en
- die [benadeelde partij 4] en [benadeelde partij 3] tegen het hoofd en het lichaam en in het gezicht hebben geschopt of getrapt en geslagen en
- met een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, tegen het hoofd van die [benadeelde partij 3] hebben geslagen en
- die [benadeelde partij 4] hebben vastgepakt en vastgehouden en vervolgens mee naar beneden (kelder) getrokken en
- de broek van die [benadeelde partij 3] naar beneden hebben getrokken en
- de polsen en voeten van die [benadeelde partij 3] hebben vastgetapet,
met als gevolg zwaar lichamelijk letsel voor [benadeelde partij 3],
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
8.
hij op 5 februari 2009, te Leeuwarden, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening, in en/of uit een winkelpand van juwelierszaak "De Gouden Engel", gevestigd aan of bij [adres], heeft weggenomen een hoeveelheid sieraden, te weten onder meer armbanden, kettingen, ringen, oorbellen en horloges, toebehorende aan [naam],
welke diefstal werd voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [naam] en Shahnaz Ahmadi (een medewerkster) en [benadeelde partij 6] (een klant), gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken,
welk geweld en welke bedreiging met geweld hierin bestonden dat verdachte en zijn mededaders
- die [naam] een op een vuurwapen gelijkend voorwerp hebben getoond en op een vuurwapen gelijkend voorwerp op die [naam] hebben gericht en
- die [naam] tegen de grond hebben gegooid en
- die [naam] een op een vuurwapen gelijkend voorwerp tegen/bij het hoofd hebben gehouden en
- die [naam] hebben toegeschreeuwd: "Doe't open!" en "Doe die kassa open!" en
- op de kassa hebben geslagen en
- hebben staan vloeken en schreeuwen en
- met een moker/hamer een of meerdere vitrines in dat winkelpand hebben vernield en
- die Shahnaz Ahmadi een op een vuurwapen gelijkend voorwerp hebben getoond en
- die Shahnaz Ahmadi, toen deze zich had ingesloten in een toiletruimte, de woorden hebben toegevoegd: "Doe die deur open.", en
- met een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, tegen de deur van die toiletruimte hebben geslagen en een gat in die deur hebben geslagen en
- een op een vuurwapen gelijkend voorwerp, aan die [benadeelde partij 6], hebben getoond en
- een moker/hamer hebben opgeheven in de richting van die [benadeelde partij 6],
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens diefstal of een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan;
9.
hij op 13 februari 2009, te Rotterdam in een woning, perceel [adres], een wapen van categorie II, te weten een enkelschots hagelgeweer, voorzien van de aanduiding "MONDIAL", kaliber 12-65 (hagelpatroon), voorhanden heeft gehad.
De verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.
Strafbaarheid van het bewezenverklaarde
Het bewezenverklaarde levert op de misdrijven:
1. Diefstal voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk
te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen en
terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan.
2. Diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan.
3. Diefstal voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen,
gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen en terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan.
4. Diefstal voorafgegaan en vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen en terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan.
5. Diefstal voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen en terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan.
6. Diefstal door twee of meer verenigde personen, waarbij de schuldige het weg te nemen goed onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak en terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan.
7. Diefstal voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken en afpersing, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen en terwijl het feit zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft en terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan.
8. Diefstal voorafgegaan en vergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, terwijl het feit wordt gepleegd door twee of meer verenigde personen en terwijl tijdens het plegen van het misdrijf nog geen vijf jaren zijn verlopen sedert een veroordeling van de schuldige tot gevangenisstraf, wegens een daaraan soortgelijk misdrijf, in kracht van gewijsde is gegaan.
9. Handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, begaan
met betrekking tot een wapen van categorie II.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.
Strafbaarheid van verdachte
De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.
Strafmotivering
De rechtbank neemt bij de bepaling van de hierna te vermelden strafsoort en strafmaat in aanmerking:
- de aard en de ernst van de gepleegde feiten;
- de omstandigheden waaronder deze zijn begaan;
- de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken en deze naar voren komt uit het uittreksel uit het algemeen documentatieregister en de multidisciplinaire rapportage van het NIFP;
- de vordering van de officier van justitie;
- het pleidooi van de raadsman.
Verdachte heeft ter zitting ontkend het op de dagvaarding ad informandum genoemde feit van verduistering van een scooter (Peugeot), gepleegd te Leeuwarden op 4 september 2008 (parketnummer 17/756126-08) te hebben gepleegd. Dit feit wordt dan ook niet meegewogen bij de beoordeling van de op te leggen straf en het staat de officier van justitie vrij verdachte hiervoor alsnog te vervolgen.
De rechtbank zal de gedane erkenning van de verdachte zich nog schuldig te hebben gemaakt aan het ad informandum gevoegde strafbare feit van diefstal/verduistering van een auto (Opel Corsa), gepleegd te Leeuwarden op 5 september 2008 (parketnummer 17/756127-08), meewegen bij de beoordeling van de op te leggen straf zodat deze zaak hiermee is afgedaan.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan zes gevallen van diefstal met geweld, twee autodiefstallen en voorts aan verboden wapenbezit. Het gaat hier om zeer ernstige feiten. Van deze overvallen was in korte tijd drie keer dezelfde juwelier het slachtoffer. De juwelier was een man op leeftijd, ongeveer 82 jaar oud en het is bewonderenswaardig dat iemand op die leeftijd nog volledig aan het arbeidsproces kan deelnemen. Het is dan ook zeer betreurenswaardig dat juist zo iemand het slachtoffer wordt van dit soort gewelddadige overvallen. Niet alleen de eigenaar was het slachtoffer maar ook medewerkers en klanten in de winkel. Uit de slachtofferverklaring van die slachtoffers blijkt hoe diep ingrijpend de gevolgen van de overval voor hen waren. De laffe daden hebben tot gevolg gehad dat het slachtoffer uiteindelijk zijn bedrijfsvoering heeft gestaakt en zijn winkel gesloten heeft.
Zeer ernstig ook is de overval in de woning op een echtpaar in Strijen. Verdachte en zijn mededaders hadden zich van te voren bewapend met een nepvuurwapen, een mes en schroevendraaiers. Nadat bij de woning werd aangebeld, is verdachte met zijn mededaders naar binnen gedrongen. De bewoonster werd onder bedreiging van het nepvuurwapen de keuken ingeduwd, waar zij op de grond moest gaan liggen waarbij haar vest over haar hoofd werd getrokken. Toen de bewoner zijn vrouw te hulp wilde schieten werd hij door een van de mededaders tegen de grond gewerkt. Vervolgens is hij vele malen met het nepvuurwapen tegen het hoofd geslagen. Ook is getracht de bewoner met een mes te steken. Verder zijn de slachtoffers meerdere malen tegen hun hoofd en lichaam getrapt. Om het verzet van de bewoner te breken is zijn broek naar beneden getrokken en zijn zijn polsen vastgetapet. Uiteindelijk is men er in geslaagd een portemonnee met een fors geldbedrag uit de kluis weg te nemen.
Uit deze overvallen blijkt hoe weinig respect verdachte voor de integriteit van andere mensen heeft. Het is schrijnend te moeten constateren dat tegenover al dit leed dat aan de slachtoffers is toegebracht staat dat verdachte en zijn mededaders de buit hebben besteed aan luxe goederen en feesten. De forse buit was er binnen een paar dagen alweer doorgejaagd zodat een nieuwe overval beraamd moest worden.
In beginsel is bij deze feiten een langdurige gevangenisstraf op zijn plaats. Uit het onderzoek van observatie in het Pieter Baan Centrum (hierna: PBC) blijkt dat verdachte verminderd toerekeningsvatbaar is. Daarbij komt duidelijk naar voren dat verdachte reeds op jonge leeftijd door zijn ouders aan zijn lot is overgelaten en veel aan noodzakelijke warmte in de opvoeding te kort is gekomen. In feite is hem de kans op een normale ontwikkeling ontnomen. De rechtbank zal bij de bepaling van de strafmaat hiermee rekening houden ten voordele van verdachte.
Naast bovenstaande overwegingen ziet de rechtbank aanleiding om, gelet op de conclusies in het PBC-rapport, de maatregel ter beschikkingstelling in overweging te nemen. De bevindingen uit het onderzoek geven - kort weergegeven - het volgende beeld.
Verdachte heeft zwakbegaafde intellectuele capaciteiten. Er is sprake van een reactieve hechtingsstoornis en verdachte heeft als gevolg van die problematiek een gedragsstoornis ontwikkeld. Door deze pathologie kenmerkt zijn gedrag zich door antisociale elementen. Door zijn stoornis is verdachte beperkt in staat situaties te overzien. Hij is gericht op primaire behoefte bevrediging, heeft weinig normbesef en handelt impulsief. Hij heeft als gevolg van zijn stoornis minder remmingen en onvoldoende de mogelijkheid om zijn gedragskeuzes te overwegen. Verdachte ervaart geen last van de gevolgen van zijn delicten.
Verdachte heeft geen geïnternaliseerd geweten. Hij is niet in staat om op een sociaal acceptabele manier in zijn behoeften te voorzien. Het gevaar voor recidive wordt hoog geschat. Terbeschikkingstelling (hierna: TBS) met bevel tot verpleging wordt geadviseerd als enige mogelijkheid om de pathologie van verdachte zodanig te beïnvloeden dat het gevaar voor recidive afneemt. Een behandeling onder voorwaarden zal niet kunnen omdat verdachte geen inzicht in zijn problematiek en weinig probleembesef heeft en slechts een beperkte lijdensdruk ervaart.
Gelet op de bevindingen van het PBC-onderzoek is de rechtbank van oordeel dat ten tijde van het plegen van de misdrijven een gebrekkige ontwikkeling en ziekelijke stoornis van de geestvermogens aanwezig waren en dat die ook nu nog bestaan. Verdachte heeft er geen blijk van gegeven de reikwijdte van zijn handelen te overzien. Er zijn in de periode waarin verdachte zijn gewelddadige overvallen heeft gepleegd veel momenten geweest dat hij zich heeft kunnen bezinnen over wat hij heeft aangericht, maar van enige bezinning of gewetenswroeging is de rechtbank niets gebleken. De juistheid van de bevindingen in het PBC-rapport inzake het tekort aan intellectuele bagage in combinatie met de afwezigheid van een geïnternaliseerd geweten blijkt hieruit duidelijk. Dit geldt ook voor het gebrek aan remmingen en capaciteit om op een sociaal acceptabele manier in zijn behoeften te voorzien. Hierin is op dit moment nog geen verandering gekomen, ondanks het feit dat verdachte zegt inmiddels tot inzicht te zijn gekomen en het verwerpelijke van zijn delicten in te zien. De rechtbank acht dit na zes gewapende overvallen niet geloofwaardig. Ook uit het rapport van het PBC blijkt slechts het tegendeel. Het gevaar voor herhaling is naar het oordeel van de rechtbank zonder behandeling groot. De rechtbank is daarom van oordeel dat de algemene veiligheid van personen en goederen behandeling van de stoornis van verdachte vereist en acht, gelet op de overwegingen in het PBC-rapport, een TBS-maatregel met overheidsverpleging hiervoor noodzakelijk.
Nu, naar het oordeel van de rechtbank, verdachte binnen redelijke termijn aan de behandeling moet kunnen beginnen, zal zij niet bepalen dat de aanvang van de TBS dient te worden uitgesteld.
Inbeslaggenomen goederen
Het inbeslaggenomen geweer zal worden onttrokken aan het verkeer nu met betrekking tot dit goed het onder 9. bewezenverklaarde feit is begaan, terwijl het ongecontroleerde bezit van dit wapen in strijd is met de wet.
Onder verdachte is een geldbedrag van € 1.150,00 inbeslaggenomen. De verklaring van verdachte dat hij iedere maand van zijn uitkering € 100,00 spaarde en dat dit geldbedrag door hem gespaard was, acht de rechtbank niet geloofwaardig. Verdachte heeft immers eveneens verklaard dat geldgebrek de reden was voor het plegen van overvallen en gezien de korte periode waarbinnen de bewezenverklaarde 6 overvallen zijn gepleegd, was dit geldgebrek onverminderd groot. Daar komt bij dat het overgrote deel van de aangetroffen coupures (1 biljet van 500 euro en 3 biljetten van 200 euro) niet passen bij de verklaring omtrent het sparen. In het gewone (consumptieve) betalingsverkeer zijn dergelijke coupures immers nauwelijks verkrijgbaar en nauwelijks bruikbaar. Uit de stukken blijkt voorts dat verdachte telkens een deel van de buitgemaakte goederen/gelden heeft ontvangen en dat hij (een deel van) de goederen heeft verkocht. Op 2 februari 2009 en 5 februari 2009 vonden de laatste overvallen plaats; het geld is op 13 februari 2009 onder verdachte inbeslaggenomen. De rechtbank komt dan ook tot het oordeel dat dit -aan verdachte toebehorend- inbeslaggenomen geldbedrag geheel of ten dele door middel van de onder 7. en 8. bewezenverklaarde feiten is verkregen en vatbaar is voor verbeurdverklaring.
De inbeslaggenomen personenauto is eveneens vatbaar voor verbeurdverklaring nu dit goed aan verdachte toebehoort en het onder 8. bewezenverklaarde feit met behulp van dit goed is voorbereid.
Het inbeslaggenomen gasdrukvuurwapen en de daarbij behorende slede zullen worden onttrokken aan het verkeer nu met behulp van deze goederen het onder 8. bewezenverklaarde feit is begaan en het ongecontroleerde bezit daarvan door verdachte in strijd is met het algemeen belang.
De onder verdachte inbeslaggenomen schoen en handschoen kunnen aan hem worden teruggegeven nu het belang van strafvordering zich daartegen niet verzet.
Benadeelde partijen
[benadeelde partij 1] heeft zich voor de aanvang van de terechtzitting als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door middel van indiening van het voorgeschreven formulier bevattende de opgave van een vordering tot vergoeding van door hem geleden schade ten gevolge van het aan verdachte onder 3. ten laste gelegde en bewezenverklaarde feit alsmede de gronden waarop deze berust.
De rechtbank is van oordeel dat de gestelde schade voldoende aannemelijk is geworden en in zodanig verband staat met het mede door verdachte gepleegde strafbare feit, dat deze schade aan hem hoofdelijk kan worden toegerekend. Ook de gevorderde wettelijke rente is voor toewijzing vatbaar. De rechtbank acht de vordering gegrond en voor toewijzing vatbaar, met dien verstande dat dit bedrag niet bij wijze van voorschot wordt opgelegd, zoals gevorderd, nu dit niet past in het wettelijk systeem (zie HR 19 maart 2002, NJ 2002, 497). De benadeelde partij is in dit onderdeel van de vordering niet ontvankelijk.
De rechtbank acht daarnaast oplegging van de schadevergoedingsmaatregel aangewezen.
[benadeelde partij 2] heeft zich voor de aanvang van de terechtzitting als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door middel van indiening van het voorgeschreven formulier bevattende de opgave van een vordering tot vergoeding van door hem geleden schade ten gevolge van het aan verdachte onder 6. ten laste gelegde en bewezenverklaarde feit alsmede de gronden waarop deze berust.
De rechtbank is van oordeel dat de gestelde schade voldoende aannemelijk is geworden en in zodanig verband staat met het mede door verdachte gepleegde strafbare feit, dat deze schade aan hem hoofdelijk kan worden toegerekend.
De rechtbank acht daarnaast oplegging van de schadevergoedingsmaatregel aangewezen.
[benadeelde partij 3] heeft zich voor de aanvang van de terechtzitting als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door middel van indiening van het voorgeschreven formulier bevattende de opgave van een vordering tot vergoeding van door hem geleden schade ten gevolge van het aan verdachte onder 7. ten laste gelegde en bewezenverklaarde feit alsmede de gronden waarop deze berust.
De rechtbank is van oordeel dat de gestelde schade voldoende aannemelijk is geworden en in zodanig verband staat met het mede door verdachte gepleegde strafbare feit, dat deze aan hem als een gevolg van zijn handelen kan worden toegerekend. De rechtbank acht de onderbouwing van het gevorderde verlies aan inkomsten uit arbeid voldoende concreet om de hoogte van deze schade vast te kunnen stellen. De vordering is derhalve gegrond en voor hoofdelijke toewijzing vatbaar tot het gevorderde bedrag van € 10.321,80, inclusief de gevorderde wettelijke rente vanaf de dag van het ontstaan van de schade.
De rechtbank zal het toe te wijzen bedrag aan immateriële schade niet bij wijze van voorschot opleggen, zoals gevorderd, nu dit niet past in het wettelijk systeem (zie HR 19 maart 2002, NJ 2002, 497). De benadeelde partij is in dit onderdeel van de vordering niet ontvankelijk.
De rechtbank acht daarnaast oplegging van de schadevergoedingsmaatregel aangewezen.
[benadeelde partij 4] heeft zich voor de aanvang van de terechtzitting als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door middel van indiening van het voorgeschreven formulier bevattende de opgave van een vordering tot vergoeding van door haar geleden schade ten gevolge van het aan verdachte onder 7. ten laste gelegde en bewezenverklaarde feit alsmede de gronden waarop deze berust.
De rechtbank is van oordeel dat de gestelde schade voldoende aannemelijk is geworden en in zodanig verband staat met het mede door verdachte gepleegde strafbare feit, dat deze aan hem als een gevolg van zijn handelen kan worden toegerekend. De rechtbank acht de vordering, die niet dan wel onvoldoende door verdachte en diens raadsman is weersproken, derhalve gegrond en voor hoofdelijke toewijzing vatbaar, inclusief de gevorderde wettelijke rente vanaf de dag van het ontstaan van de schade.
De rechtbank zal het toe te wijzen bedrag aan immateriële schade niet bij wijze van voorschot opleggen, zoals gevorderd, nu dit niet past in het wettelijk systeem (zie HR 19 maart 2002, NJ 2002, 497). De benadeelde partij is in dit onderdeel van de vordering niet ontvankelijk.
De rechtbank acht daarnaast oplegging van de schadevergoedingsmaatregel aangewezen.
[benadeelde partij 5] heeft zich voor de aanvang van de terechtzitting als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door middel van indiening van het voorgeschreven formulier bevattende de opgave van een vordering tot vergoeding van door haar geleden schade ten gevolge van het aan verdachte onder 8. ten laste gelegde en bewezenverklaarde feit alsmede de gronden waarop deze berust.
De rechtbank is van oordeel dat de gestelde schade voldoende aannemelijk is geworden en in zodanig verband staat met het mede door verdachte gepleegde strafbare feit, dat deze schade ook aan hem hoofdelijk kan worden toegerekend. De rechtbank acht de vordering gegrond en voor toewijzing vatbaar, met dien verstande dat dit bedrag niet bij wijze van voorschot wordt opgelegd, zoals gevorderd, nu dit niet past in het wettelijk systeem (zie HR 19 maart 2002, NJ 2002, 497). De benadeelde partij is in dit onderdeel van de vordering niet ontvankelijk.
De rechtbank acht daarnaast oplegging van de schadevergoedingsmaatregel aangewezen.
[benadeelde partij 6] heeft zich voor de aanvang van de terechtzitting als benadeelde partij in het strafproces gevoegd door middel van indiening van het voorgeschreven formulier bevattende de opgave van een vordering tot vergoeding van door haar geleden schade ten gevolge van het aan verdachte onder 8. ten laste gelegde en bewezenverklaarde feit alsmede de gronden waarop deze berust.
De rechtbank is van oordeel dat de gestelde schade voldoende aannemelijk is geworden en in zodanig verband staat met het mede door verdachte gepleegde strafbare feit, dat deze schade ook aan hem hoofdelijk kan worden toegerekend. De rechtbank acht de vordering gegrond en voor toewijzing vatbaar, met dien verstande dat dit bedrag niet bij wijze van voorschot wordt opgelegd, zoals gevorderd, nu dit niet past in het wettelijk systeem (zie HR 19 maart 2002, NJ 2002, 497). De benadeelde partij is in dit onderdeel van de vordering niet ontvankelijk.
De rechtbank acht daarnaast oplegging van de schadevergoedingsmaatregel aangewezen.
Toepassing van wetsartikelen
De rechtbank heeft gelet op de artikelen 33, 33a, 36b, 36c, 36f, 37a, 37b, 43a, 43b, 57, 310, 311, 312 en 317 van het Wetboek van Strafrecht en de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezenverklaarde.
DE UITSPRAAK VAN DE RECHTBANK LUIDT, RECHTDOENDE:
Verklaart het onder 1., 2., 3., 4., 5., 6., 7., 8. en 9. ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar in voege als voormeld en verdachte deswege strafbaar.
Veroordeelt verdachte te dier zake tot:
Een gevangenisstraf voor de duur van zeven jaar.
Beveelt, dat de tijd door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en/of voorlopige hechtenis doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf geheel in mindering zal worden gebracht.
Gelast dat verdachte ter beschikking zal worden gesteld en beveelt dat hij van overheidswege zal worden verpleegd.
Verklaart onttrokken aan het verkeer:
- een enkelloops hagelgeweer, kaliber 12-65 (hagelpatroon), merk MONDIAL
- een gasdrukvuurwapen zonder slede, kaliber 9 mm
- een slede van een vuurwapen.
Verklaart verbeurd:
- een geldbedrag van 1150 euro (1 bb 500, 3 x bb 200 en 1 x bb 50)
- een personenauto, Seat Ibiza 1.4 S 1995, kleur zwart, kenteken [kenteken].
Gelast de teruggave aan verdachte van de inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven schoen, merk Nike, en handschoen, kleur zwart.
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezenverklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Benadeelde partijen
feit 3.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1], [adres], toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 1.565,00 (zegge: eenduizend vijfhonderd en vijfenzestig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 november 2008, in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het meer of anders gevorderde.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 1], te betalen een som geld ten bedrage van € 1.565,00 (zegge: eenduizend vijfhonderd en vijfenzestig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 22 november 2008, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 25 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft en in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat van een bedrag van € 1.565,00 ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 1], daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en vice versa, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
feit 6.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2], [adres], toe en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 474,99 (zegge: vierhonderd vierenzeventig euro en negenennegentig eurocent), in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 2], te betalen een som geld ten bedrage van € 474,99 (zegge: vierhonderd vierenzeventig euro en negenennegentig eurocent), bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van acht dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft en in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat van een bedrag van € 474,99 ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 2], daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en vice versa, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
feit 7.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 3], [adres] toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 10.321,80 (zegge: tienduizend driehonderd eenentwintig euro en tachtig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 februari 2009, in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het meer of anders gevorderde.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 3], te betalen een som geld ten bedrage van € 10.321,80 (zegge: tienduizend driehonderd eenentwintig euro en tachtig eurocent), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 februari 2009, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 86 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft en in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 3], daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en vice versa, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
feit 7.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 4], [adres] toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 5.155,00 (zegge: vijfduizend eenhonderd vijfenvijftig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 februari 2009, in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het meer of anders gevorderde.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 4], te betalen een som geld ten bedrage van € 5.155,00 (zegge: vijfduizend eenhonderd vijfenvijftig euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 2 februari 2009, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 60 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft en in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 4], daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en vice versa, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
feit 8.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 5], [adres], toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 1.500,00 (zegge: eenduizend vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 februari 2009, in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het meer of anders gevorderde.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 5], te betalen een som geld ten bedrage van € 1.500,00 (zegge: eenduizend vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 februari 2009, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 25 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft en in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 5], daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en vice versa, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
feit 8.
Wijst de vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 6], [adres], toe tot na te melden bedrag en veroordeelt verdachte mitsdien tot betaling aan deze benadeelde partij van een bedrag van € 1.500,00 (zegge: eenduizend vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 februari 2009, in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het meer of anders gevorderde.
Veroordeelt verdachte in de kosten van het geding door de benadeelde partij gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging van deze uitspraak alsnog te maken, tot heden begroot op nihil.
Legt aan verdachte de verplichting op aan de staat, ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 6], te betalen een som geld ten bedrage van € 1.500,00 (zegge: eenduizend vijfhonderd euro), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 5 februari 2009, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door hechtenis voor de duur van 25 dagen, met dien verstande dat de toepassing van de vervangende hechtenis de hiervoor opgelegde verplichting niet opheft en in dier voege, dat indien dit bedrag door de mededader(s) van verdachte geheel of gedeeltelijk is of wordt betaald, verdachte in zoverre is of zal zijn bevrijd.
Bepaalt daarbij dat, indien verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [benadeelde partij 6], daarmee de verplichting van verdachte om aan de benadeelde partij dit bedrag te betalen komt te vervallen en vice versa, dat, indien verdachte aan de benadeelde partij het opgelegde bedrag heeft betaald, daarmee de verplichting tot betaling aan de staat van dit bedrag komt te vervallen.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. Dölle, voorzitter, mr. M. Brinksma en mr. Y. Huizing, rechters, bijgestaan door T.L. Komrij, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 16 september 2010.