ECLI:NL:RBLEE:2011:BP1139
Rechtbank Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- M.H. Severein
- M. Brinksma
- G.C. Koelman
- Rechtspraak.nl
Valsheid in geschrift met betrekking tot een kandidatenlijst voor gemeenteraadsverkiezingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Leeuwarden op 18 januari 2011 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van valsheid in geschrift. De verdachte, geboren in 1930, werd ervan beschuldigd een H3-1 formulier, dat gebruikt wordt voor de machtiging van een politieke groepering, valselijk te hebben opgemaakt. Dit gebeurde in de periode van 18 januari 2010 tot en met 26 januari 2010, waarbij de verdachte een handtekening plaatste op het formulier zonder de benodigde toestemming van de landelijke Socialistische Partij (SP). De officier van justitie eiste een onvoorwaardelijke werkstraf van zestig uren, subsidiair dertig dagen vervangende hechtenis.
Tijdens de zitting op 4 januari 2011 heeft de verdachte verklaard dat hij zijn handtekening op het formulier heeft gezet op verzoek van zijn dochter, die medeverdachte was in deze zaak. De verdediging voerde aan dat de dagvaarding nietig was, omdat de tenlastelegging niet duidelijk was over de aard van de valsheid. De rechtbank oordeelde echter dat de tenlastelegging voldoende duidelijk was en dat de verdachte opzettelijk had gehandeld door zijn handtekening te plaatsen, wetende dat de SP geen toestemming had gegeven voor deelname aan de verkiezingen.
De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan valsheid in geschrift en hem veroordeeld tot een werkstraf van zestig uren, met de voorwaarde dat bij niet-naleving vervangende hechtenis van dertig dagen zou worden opgelegd. De rechtbank hield rekening met de leeftijd van de verdachte en de omstandigheden waaronder het feit was gepleegd, en besloot dat een voorwaardelijke straf passend was. De verdachte werd vrijgesproken van andere tenlastegelegde feiten die niet bewezen konden worden.