ECLI:NL:RBLIM:2013:8002

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
23 oktober 2013
Publicatiedatum
24 oktober 2013
Zaaknummer
03/700450-12
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • J.H. Klifman
  • A.J. Hazen
  • C. Aretz
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Plaatsen van seksuele advertenties in naam van ex-vriendin met als doel belaging en smaad

In deze zaak heeft de rechtbank Limburg op 23 oktober 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die op verschillende internetsites advertenties heeft geplaatst in de naam van zijn ex-vriendin. De advertenties nodigden mannen en stellen uit tot seksuele contacten, wat leidde tot ernstige overlast voor het slachtoffer. De verdachte werd beschuldigd van belaging en smaad. De rechtbank oordeelde dat de verdachte stelselmatig inbreuk heeft gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer, met het doel haar te dwingen tot het dulden van ongewenste benaderingen en haar eer en goede naam aan te tasten. De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan het doen plegen van belaging en smaad, maar sprak hem vrij van de poging tot verkrachting en aanranding, omdat er onvoldoende bewijs was voor deze beschuldigingen. De verdachte kreeg een voorwaardelijke gevangenisstraf van drie maanden en een taakstraf van 150 uren opgelegd. Daarnaast werd hij veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding aan het slachtoffer, die aanzienlijke immateriële en materiële schade had geleden door de acties van de verdachte.

Uitspraak

RECHTBANK Limburg

Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
Parketnummer : 03/700450-12
Datum uitspraak : 23 oktober 2013
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Limburg, meervoudige kamer voor strafzaken,
in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboortegegevens verdachte],
wonende te [adresgegevens verdachte].
Raadsman is mr. H.C. Ingelse, advocaat te Maastricht.

1.Het onderzoek van de zaak

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 9 oktober 2013.
De rechtbank heeft op 9 oktober 2013 gehoord de officier van justitie en de verdachte, bijgestaan door zijn raadsman.

2.De tenlastelegging

De verdachte staat terecht ter zake dat:
1.
hij op of omstreeks 31 maart 2011 te [plaats], in elk geval in de gemeente Eijsden-Margraten, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om door geweld of
(een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [slachtoffer]te doen dwingen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer], met dat oogmerk die [slachtoffer] heeft doen vastpakken en/of vervolgens hard tegen de muur heeft doen duwen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
en/of
een ander op of omstreeks 31 maart 2011 te [plaats], in elk geval in de gemeente Eijsden-Margraten, ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of (een) andere
feitelijkhe(i)d(en) [slachtoffer]heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die bestond(en) uit of mede bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die [slachtoffer], met dat oogmerk naar de woning van die [slachtoffer] is gegaan en/of (vervolgens) die [slachtoffer] heeft vastgepakt en/of vervolgens hard tegen de muur heeft geduwd, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid,
welk vorenomschreven strafbaar feit hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 26 januari 2011 tot en met 31 maart 2011 in de gemeente Meerssen, althans in het arrondissement Maastricht, in elk geval in Nederland, opzettelijk heeft uitgelokt door giften en/of beloften en/of door het verschaffen van gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen, te weten door
- het plaatsen van een advertentie op de website [naam website 1] onder de naam van voornoemde [slachtoffer], en/of
- door zich in emailcontacten voor te doen als zijnde die [slachtoffer], en/of
- ( vervolgens) door die ander uit te nodigen bij die [slachtoffer] thuis, en/of
- ( vervolgens) door die ander aan te sporen tot gewelddadige seks;
Subsidiair, althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden, dat:
hij op of omstreeks 31 maart 2011 te [plaats], in elk geval in de gemeente Eijsden-Margraten, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of
(een) andere feitelijkhe(i)d(en) [slachtoffer]heeft doen dwingen tot het plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit het doen (laten) wrijven over de borsten, buik en/of billen van die [slachtoffer], althans het doen (laten) betasten van de borsten, buik en/of billen van die [slachtoffer], en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) uit het doen (laten) vastpakken van voornoemde [slachtoffer] en/of (vervolgens) het tegen de muur doen (laten) duwen van die [slachtoffer];
en/of
een ander op of omstreeks 31 maart 2011 te [plaats], in elk geval in de gemeente Eijsden-Margraten, door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of(een) andere feitelijkhe(i)d(en) [slachtoffer]heeft gedwongen tot het
plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit het wrijven over de borsten, buik en/of billen van die [slachtoffer], althans het betasten van de borsten, buik en/of billen van die [slachtoffer], en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) uit het vastpakken van voornoemde [slachtoffer] en/of (vervolgens) het tegen de muur duwen van die [slachtoffer], welk vorenomschreven strafbaar feit hij, verdachte, in of omstreeks de periode van 26 januari 2011 tot en met 31 maart 2011 in de gemeente Meerssen, althans in het arrondissement Maastricht, in elk geval in Nederland, opzettelijk heeft uitgelokt door giften en/of beloften en/of door het verschaffen van gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen, te weten door
- het plaatsen van een advertentie op de website [naam website 1] onder de naam van voornoemde [slachtoffer] en/of
- door zich in emailcontacten voor te doen als zijnde die [slachtoffer] en/of
- ( vervolgens) door die ander uit te nodigen bij die [slachtoffer] thuis en/of
- ( vervolgens) door die ander aan te sporen tot (gewelddadige) seks;
2.
hij in of omstreeks de periode van 26 januari 2011 tot en met 24 mei 2012 te [plaats], in elk geval in de gemeente Eijsden-Margraten, in elk geval in Nederland, meermalen, althans eenmaal, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft doen (laten) maken,
althans heeft gemaakt, op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer], in elk geval van een ander, met het oogmerk die [slachtoffer], in elk geval die ander te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen, immers heeft hij, verdachte:
- ( een) advertentie(s) geplaatst op de websites [naam website 1] en/of [naam website 2] en/of [naam website 3]en/of [naam website 4] met gebruikmaking van de gegevens van voornoemde [slachtoffer] en/of
- ( vervolgens) in die advertentie(s) aangegeven dat die [slachtoffer] op zoek is naar seksueel contact en/of
- ( vervolgens) die advertentie(s) op voornoemde website(s) laten staan en/of tengevolge waarvan die [slachtoffer]:
- door anderen veelvuldig werd gebeld en/of
- door anderen veelvuldig thuis werd bezocht;
3.
hij in of omstreeks de periode van 26 januari 2011 tot en met 24 mei 2012 in de gemeente(n) Eijsden-Margraten en/of Meerssen, althans in Nederland, opzettelijk, door middel van het verspreiden en/of openlijk tentoonstellen van geschriften en/of afbeeldingen, de eer en/of de goede naam van (zijn ex-partner) [slachtoffer]heeft aangerand door telastlegging van een of meer bepaalde feiten, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, wetende dat dat telastgelegde in strijd met de waarheid was, immers heeft hij, verdachte, met voormeld doel (een) advertentie(s) op één of meerdere (erotische) internetsites geplaatst, te weten op (onder meer) de websites [naam website 1] en/of [naam website 2] en/of [naam website 3]en/of [naam website 4], die advertentie(s) (telkens) inhoudende dat
voornoemde [slachtoffer] zich voor seksuele handelingen aanbiedt.

3.De voorvragen

De rechtbank is ambtshalve van oordeel dat de dagvaarding ten aanzien het tenlastegelegde onder feit 1 primair, tweede deel, nietig dient te worden verklaard, nu dit deel van de tenlastelegging niet voldoet aan de eisen van artikel 261 van het Wetboek van Strafvordering. De zinsnede “
een anderop of omstreeks 31 maart 2011 te [plaats], in elk geval in de gemeente Eijsden-Margraten, ter uitvoering van het
door verdachtevoorgenomen misdrijf” maakt de tenlastelegging onduidelijk. Voor zover de officier van justitie ten laste heeft willen leggen de uitlokking van poging tot verkrachting, dan is de rechtbank niet duidelijk waar de opzet van de uitgelokte uit blijkt. Dit is immers niet in de tenlastelegging vermeld, terwijl de strekking van uitlokking van een misdrijf juist is dat de uitgelokte zelf ook strafbaar is en dus opzet moet hebben gehad op het uitgelokte misdrijf. Het is de rechtbank dan ook onvoldoende duidelijk welke strafbare gedraging de officier van justitie aan verdachte verwijt.
4.
De beoordeling van het bewijs [1]
4.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft zich op het standpunt gesteld dat de feiten 1 primair (beide varianten), 2 en 3 wettig en overtuigend bewezen kunnen worden verklaard. Verdachte heeft geprobeerd een ander [slachtoffer] seksueel te laten benaderen teneinde haar te verkrachten. Daarnaast heeft hij een ander uitgelokt tot verkrachting van [slachtoffer]. Hij heeft daartoe aangevoerd dat verdachte zich lange tijd heeft voorgedaan als zijnde [slachtoffer]. Hij heeft op haar naam seksadvertenties geplaatst. Ten aanzien van de belaging is er sprake van het doen plegen van dit misdrijf.
4.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft betoogd dat verdachte dient te worden vrijgesproken van de feiten 1 en 2. Ten aanzien van feit 1 heeft hij aangevoerd dat er geen bewijs is voor de feitelijkheden zoals deze in de tenlastelegging staan vermeld, nu enkel aangeefster [slachtoffer] hierover heeft verklaard. Voor het geval de rechtbank de brief en mailwisseling van een anoniem gebleven persoon voor het bewijs wil bezigen, heeft de raadsman verzocht deze persoon als getuige te horen.
De raadsman heeft verder betoogd dat verdachte geen opzet, ook niet in voorwaardelijke zin, had op verkrachting dan wel aanranding van [slachtoffer]. Verdachte heeft geen geweld of een andere feitelijkheid toegepast. Daardoor kan ook geen causaal verband worden vastgesteld tussen het dwangmiddel en verkrachting dan wel aanranding.
Ook het bewijs ten aanzien van de onder feit 1 subsidiair tenlastegelegde feitelijkheden ontbreekt. Verdachte heeft de ander ook niet uitgelokt tot het plegen van een strafbaar feit. De “uitgelokte” was zich immers van geen kwaad bewust.
Ten aanzien van feit 2 heeft de raadsman aangevoerd dat enkel [slachtoffer] hieromtrent een verklaring heeft afgelegd. Deze verklaring ziet echter niet op de tenlastegelegde periode.
Ten aanzien van feit 3 heeft de raadsman geen opmerkingen gemaakt.
4.3
Het oordeel van de rechtbank
Verzoek tot het horen van een anonieme persoon
Door de raadsman is een voorwaardelijk verzoek gedaan tot het horen van de anoniem gebleven persoon welke een brief schreef aan de Politie Regio Limburg-Zuid. Deze brief met bijlage is aan het dossier toegevoegd. Onderzoek door de politie naar de herkomst van de brief heeft onvoldoende resultaat opgeleverd. De schrijver van de brief kan niet worden achterhaald. De rechtbank is dan ook van oordeel dat het horen van deze persoon niet mogelijk is gebleken. Gelet op artikel 344a, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering kan de inhoud van de brief en de daarbij behorende bijlage dan ook niet voor het bewijs worden gebezigd.
De rechtbank zal eerst de feiten 2 en 3 bespreken.
Ten aanzien van de feiten 2 en 3:
Aangeefster [slachtoffer], wonende aan de [adres], heeft verklaard dat zij op 26 januari 2011 op tijd van één uur vier keer door onbekende mannen werd gebeld op haar huistelefoon. De vierde beller vertelde dat hij een advertentie op een site genaamd [naam website 2] had gezien. Op die manier was hij aan haar telefoonnummer gekomen. In de advertentie werd seksueel contact aangeboden met mannen en stellen. [slachtoffer] zocht de advertentie op en zag dat deze op 26 januari 2011 om 14.00 uur was geplaatst. [2]
In de advertentie stond de volgende tekst vermeld:
“Hallo heerlijke mannen/stellen,
Ik een vrouw van 41 ben op zoek naar mannen/stellen die mijn gaatjes eens stevig komen door neu.., zelf hou ik van stevig en diep geneukt worden in alle gaatjes. Veel is mogelijk zolang alles maar schoon en geschoren is.
Ik ben een slanke vrouw, met kleine tietjes en grote gevoelige tepels. Ik hou niet van zwarte pikken, dus sorry mannen let hier op, verder is zo goed als alles met mij mogelijk. Ik vraag hier geen geld voor maar een leuke attentie is altijd op zijn plaats. Ik hoop dat ik snel jou heerlijke geile pik mag leegzuigen en heb goed in mijn gaatjes mag ontvangen. Ik ben ook te vinden op [naam website 5] onder mijn voor naam, hier staan ook mooie foto’s van mij. Stellen mogen zeer zeker ook reageren vrouwen trouwens ook. Iedere reactie met foto word netjes en zorgvuldig behandelt.
Ik kan jullie in mijn huisje in [plaats] goed ontvangen. Telefoon: [telefoonnummer]
Groetjes,
[slachtoffer]
26-1-2011” [3]
Op 26 januari 2011 werd op de site [naam website 4] de volgende advertentie geplaatst:
“Geplaatst: 26 januari 2011
Beschrijving:
Hallo heerlijke mannen/stellen,
Ik een vrouw van 41 ben op zoek naar mannen/stellen die mijn gaatjes eens stevig komen door neuken, zelf hou ik van stevig en diep geneukt worden in alle gaatjes. Veel is mogelijk zolang alles maar schoon en geschoren is.
Ik ben een slanke vrouw, met kleine tietjes en grote gevoelige tepels. Ik hou niet van zwarte pikken, dus sorry mannen let hier op, verder is zo goed als alles met mij mogelijk. Ik vraag hier geen geld voor maar een leuke attentie is altijd op zijn plaats. Ik hoop dat ik snel jou heerlijke geile pik mag leegzuigen en heb goed in mijn gaatjes mag ontvangen. Ik ben ook te vinden op [naam website 5] onder mijn voor naam, hier staan ook mooie foto’s van mij. Stellen mogen zeer zeker ook reageren vrouwen trouwens ook. Iedere reactie met foto word netjes en zorgvuldig behandelt.
Ik kan jullie in mijn huisje in [plaats] goed ontvangen.
Groetjes,
[slachtoffer]
Telefoon: [telefoonnummer]
Plaats: [plaats]” [4]
Op 9 februari 2011 werd op dezelfde site een tweede advertentie geplaatst, inhoudende de volgende tekst:
“Hallo heerlijke mannen/stellen,
Ik een vrouw van 41 ben op zoek naar mannen/stellen die mijn gaatjes eens stevig komen door neuken, zelf hou ik van stevig en diep geneukt worden in alle gaatjes. Veel is mogelijk zolang alles maar schoon en geschoren is.
Ik ben een slanke vrouw, met kleine tietjes en grote gevoelige tepels. Ik hou niet van zwarte pikken, dus sorry mannen let hier op, verder is zo goed als alles met mij mogelijk. Ik vraag hier geen geld voor maar een leuke attentie is altijd op zijn plaats. Ik hoop dat ik snel jou heerlijke geile pik mag leegzuigen en heb goed in mijn gaatjes mag ontvangen. Ik ben ook te vinden op [naam website 5] onder mijn voor naam, hier staan ook mooie foto’s van mij. Stellen mogen zeer zeker ook reageren vrouwen trouwens ook. Iedere reactie met foto word netjes en zorgvuldig behandelt.
Ik kan jullie in mijn huisje in [adres] goed ontvangen.
Tel: [telefoonnummer]
Groetjes,
[slachtoffer]
9-2-2011” [5]
Op 13 juni 2011 werd door de politie een onderzoek ingesteld op internet. Op de site www.[naam website 3]werden twee advertenties aangetroffen. De advertenties hadden de volgende titels:
[titel 1] en [titel 2]. [6]
De inhoud van de advertenties was als volgt:
Naam: [slachtoffer]
Omschrijving: Ik ben een slank en heerlijk vrouwtje die van veel en heerlijke pikken houd. Ik heb heerlijke, kleine en gevoelige tietjes met dikke tepels. Verder ben ik geheel geschoren en voor alles (geen sm) in.
Ik zoek: Ik een vrouw van 41 ben op zoek naar mannen/stellen die mijn gaatjes eens stevig komen door neuken, zelf hou ik van stevig en diep geneukt worden in alle gaatjes. Veel is mogelijk zolang alles maar schoon en geschoren is.
Ik ben een slanke vrouw, met kleine tietjes en grote gevoelige tepels. Ik hou niet van zwarte pikken, dus sorry mannen let hier op, verder is zo goed als alles met mij mogelijk. Ik vraag hier geen geld voor maar een leuke attentie is altijd op zijn plaats. Ik hoop dat ik snel jou heerlijke geile pik mag leegzuigen en heb goed in mijn gaatjes mag ontvangen. Ik ben ook te vinden op [naam website 5] onder mijn voor naam, hier staan ook mooie foto’s van mij. Stellen mogen zeer zeker ook reageren vrouwen trouwens ook. Iedere reactie met foto word netjes en zorgvuldig behandelt.
Ik kan jullie in mijn huisje in [plaats] goed ontvangen. [adres]
E-mailadres: [emailadres] [7]
Aangeefster [slachtoffer] heeft verklaard dat zij zich door de tekst in haar goede naam en eer aangetast voelde. [8] In haar woonplaats werd zij aangesproken. Ze had overlast als gevolg van de advertenties, doordat zij telefoontjes kreeg van mannen die met haar wilden afspreken. Ook had ze last van de sites zelf en de foto’s op internet. De mannen kwamen later ook aan de deur. [slachtoffer] legde hen uit dat iemand onder haar naam met hen gechat had. [9] In totaal belden ongeveer 30 mannen haar op en kwamen ongeveer 40 mannen bij haar aan de deur. Zo werd [slachtoffer] op 29 maart 2011 en op 31 maart 2011 door een man bezocht. [10] Een medebewoner van het appartementencomplex waarin [slachtoffer] woonde, te weten [naam medebewoner 1], zag op 29 maart 2011 een man voor de voordeur van perceel nummer [adres] staan. De man maakte een zenuwachtige indruk en liep een paar keer heen en weer. [11]
Medebewoonster [naam medebewoner 2], heeft verklaard dat op 15 juni 2011 een onbekende man bij haar aanbelde. Via de intercom vroeg de man waar de vrouw was die was lastiggevallen. De man zei verder dat hij wilde neuken. [12]
Door de politie werd een fictief e-mailadres aangemaakt. Middels dit e-mailadres werd gereageerd op de advertentie op de site [naam website 4]. Er volgde een reactie vanaf het e-mailadres [emailadres], met IP-adres: [adres]. [13] Dit IP adres bleek te zijn afgegeven aan verdachte. [14] Verdachte heeft verklaard dat hij gebruik maakte van het e-mailadres: [emailadres]. [15]
Verdachte heeft ter zitting verklaard dat hij zich bedrogen voelde in zijn relatie met [slachtoffer]. Een vriend opperde een manier om [slachtoffer] een hak te zetten. Uit wraak heeft verdachte toen advertenties geplaatst. Hij maakte een mailbox aan. Enkele reacties heeft hij beantwoord. [16] Ten overstaan van de politie heeft verdachte hieromtrent nog verklaard dat hij reageerde op een vraag als: “Ben je dan en dan thuis?” met “dan en dan ben ik thuis.” [17]
Ook heeft verdachte nog verklaard dat hij in januari 2011 begon met het plaatsen van advertenties. [18]
De rechtbank stelt aan de hand van het voorgaande vast dat verdachte in naam van [slachtoffer] advertenties heeft geplaatst op verschillende sites, met daarbij soms foto’s van [slachtoffer], in welke advertenties mannen dan wel stellen werden uitgenodigd tot seksuele contacten. Naar aanleiding van deze advertenties is er meermalen telefonisch contact met [slachtoffer] opgenomen en ook werd zij thuis opgezocht door mannen.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft verdachte hiermee stelselmatig inbreuk doen maken op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer]. Verdachte heeft gehandeld uit rancune. Hij wilde wraak nemen op [slachtoffer] na het stuklopen van hun relatie. Hierbij was te verwachten dat [slachtoffer] naar aanleiding van het plaatsen van de seksadvertenties, met daarin haar telefoonnummer en adresgegevens vermeld, benaderd zou worden door geïnteresseerden. Het opzet van verdachte kan niet anders geweest zijn dan het teweeg brengen van dergelijke effecten. Verdachte heeft [slachtoffer] geen keuze gelaten in het al dan niet aanvaarden van reacties op de in haar naam geplaatste advertenties. [slachtoffer] is daarmee feitelijk gedwongen om te dulden dat mannen haar benaderden voor seksuele contacten. Dit heeft ook tot gevolg gehad dat [slachtoffer] vrees is aangejaagd. Zij werd namelijk steeds ongevraagd benaderd door mannen die uit waren op seksuele contacten. De rechtbank acht feit 2 dan ook bewezen.
Door eerdergenoemde handelingen heeft verdachte tevens de eer en goede naam aangetast van [slachtoffer]. In de advertenties wordt [slachtoffer] namelijk - tegen haar wil - openlijk neergezet als een vrouw welke uit is op seksuele contacten. Daar komt nog bij dat de advertenties zeer expliciete bewoordingen bevatten over seksuele voorkeuren. Uit het voorgaande blijkt dat verdachte opzet had op het aantasten van de eer en goede naam van [slachtoffer]. [slachtoffer] werd als gevolg van de advertenties in haar woonplaats hierop aangesproken. De rechtbank acht feit 3 dan ook bewezen.
Ten aanzien van feit 1:
Onder feit 1 primair is de poging tot het doen plegen van verkrachting van [slachtoffer] ten laste gelegd. Het tweede onderdeel van de tenlastelegging zal de rechtbank, zoals hiervoor reeds is aangegeven, nietig verklaren. Onder feit 1 subsidiair is het doen aanranden van [slachtoffer] en de uitlokking van aanranding ten laste gelegd.
De verschillende onderdelen kunnen om twee redenen niet tot een bewezenverklaring leiden. De rechtbank overweegt daartoe als volgt.
Aangeefster [slachtoffer] heeft verklaard dat op 31 maart 2011 een man bij haar woning kwam. Hij was al eerder op 29 maart 2011 bij haar woning geweest, omdat hij een afspraak met haar zou hebben. [slachtoffer] heeft hem toen uitgelegd dat het een vergissing was. De man zou dit begrepen hebben en is weggegaan. Op 31 maart 2011 kwam hij terug. Bij het openen van de deur door [slachtoffer], drukte hij haar hard tegen de muur. Daarna werd zij nog betast aan haar buik, billen en borsten.
De handelingen van de onbekend gebleven man zoals door [slachtoffer] omschreven, te weten het vastpakken en hard tegen de muur duwen van [slachtoffer], komt terug in de verfeitelijking van het eerste deel van het onder 1 primair tenlastegelegde. De rechtbank stelt vast dat deze verklaring van [slachtoffer] op geen enkele wijze wordt ondersteund door enig ander bewijs. Enkel de verklaring van [slachtoffer] is op grond van de wet onvoldoende om tot een bewezenverklaring van het tenlastegelegde te komen. Ditzelfde geldt ten aanzien van het onder feit 1 subsidiair tenlastegelegde. Hier staat in de verfeitelijking van het eerste en tweede deel van de tenlastelegging vermeld dat [slachtoffer] over de borsten, billen en/of buik werd gewreven. Hierover heeft alleen [slachtoffer] een verklaring afgelegd. Ook dit deel van haar verklaring wordt niet ondersteund door enig ander bewijs en kan dan ook niet bewezen worden.
Daarnaast kan niet worden vastgesteld dat verdachtes opzet was gericht op verkrachting dan wel aanranding van [slachtoffer]. Verdachte heeft ontkend een dergelijk opzet te hebben gehad. Dit opzet kan ook niet worden afgeleid uit de inhoud van de advertenties. Uit de advertenties blijkt namelijk dat verdachtes opzet was gericht op de belaging en het aantasten van de eer en goede naam van [slachtoffer], zoals hiervoor reeds overwogen. Ook om die reden kunnen deze onderdelen van de tenlastelegging niet bewezen worden verklaard.
4.4
De bewezenverklaring
De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte

2.

in de periode van 26 januari 2011 tot en met 24 mei 2012in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft doen maken, op de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer], met het oogmerk die [slachtoffer] te dwingen iets te dulden en vrees aan te jagen, immers heeft hij, verdachte:
- advertenties geplaatst op de websites [naam website 2] en [naam website 3]en [naam website 4] met gebruikmaking van de gegevens van voornoemde [slachtoffer] en
- vervolgens in die advertenties aangegeven dat die [slachtoffer] op zoek is naar seksueel contact en
- vervolgens die advertenties op voornoemde websites laten staan tengevolge waarvan die [slachtoffer]:
- door anderen veelvuldig werd gebeld en/of
- door anderen veelvuldig thuis werd bezocht;

3.

in de periode van 26 januari 2011 tot en met 24 mei 2012in Nederland, opzettelijk, door middel van het verspreiden en/of openlijk tentoonstellen van geschriften en/of afbeeldingen, de eer en de goede naam van zijn ex-partner [slachtoffer]heeft aangerand door telastlegging van een of meer bepaalde feiten, met het kennelijke doel om daaraan ruchtbaarheid te geven, immers heeft hij, verdachte, met voormeld doel advertenties op meerdere (erotische) internetsites geplaatst, te weten op (onder meer) de websites [naam website 2] en [naam website 3]en [naam website 4], die advertenties telkens inhoudende dat voornoemde [slachtoffer] zich voor seksuele handelingen aanbiedt.
De rechtbank acht niet bewezen hetgeen meer of anders is ten laste gelegd. Verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.

5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde en de kwalificatie

5.1
De strafbaarheid
Het bewezenverklaarde is strafbaar.
5.2
De kwalificatie
Het bewezenverklaarde levert op de navolgende strafbare misdrijven:
Ten aanzien van feit 2:
doen plegen van belaging
Ten aanzien van feit 3:
smaadschrift

6.De strafbaarheid van verdachte

Door de psycholoog Lemmens is op 25 september 2012 een rapport omtrent de persoon van verdachte opgemaakt. De psycholoog heeft geconcludeerd dat verdachte enige kenmerken vertoont van een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogen in de vorm van een persoonlijkheidsstructuur met narcistische trekken. Het is aannemelijk dat verdachte in het verleden ook enige kenmerken vertoonde van een aanpassingsstoornis. Verdachtes persoonlijkheidsstructuur was aanwezig ten tijde van het plegen van het tenlastegelegde. Ook speelden destijds verhoogde prikkelbaarheid, gedeprimeerde stemming en vermoeidheid een rol. Verdachte verkeerde in de periode voorafgaand aan het delict in een overspannen toestand in verband met zijn echtscheiding en de omgang met zijn kinderen. In de relatie met [slachtoffer] kwam hij opnieuw een narcistische krenking tegen, hetgeen leidde tot woede en wraakzucht. Verdachte heeft in eerste instantie in een impuls geprobeerd wraak te nemen op [slachtoffer] maar daarmee symbolisch op zijn ex-echtgenote. Hij had op dat moment geen enkele voeling met het slachtoffer. Verdacht was, egocentrisch, op zoek naar herstel van zijn eigenwaarde door de ander te devalueren. Zijn gedrag was voor betrokkene afgesplitst van zijn eigen zelf. Hij overzag niet welke gevolgen dit voor de ander kon hebben en stond daarbij ook niet stil. De psycholoog heeft geadviseerd verdachte licht verminderd toerekeningsvatbaar te achten.
De rechtbank sluit zich aan bij de gegeven conclusies en neemt deze dan ook over.
De verdachte is strafbaar voor het bewezenverklaarde nu geen omstandigheid aannemelijk is geworden die verdachtes strafbaarheid opheft.

7.De oplegging van straf

7.1
De vordering van de officier van justitie
De officier van justitie heeft op grond van hetgeen hij bewezen heeft geacht gevorderd aan verdachte op te leggen een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaren, met aftrek van het voorarrest, en daarnaast een taakstraf voor de duur van 240 uren, subsidiair 120 dagen vervangende hechtenis.
7.2
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht bij de strafoplegging rekening te houden met de samenloop van de feiten 2 en 3. Ook heeft hij gewezen op de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en de conclusie van de psycholoog dat verdachte licht verminderd toerekeningsvatbaar moet worden geacht. De raadsman heeft ten slotte verzocht een op te leggen straf voorwaardelijk op te leggen, gelet op de tijd die verdachte al in voorarrest heeft doorgebracht.
7.3
Het oordeel van de rechtbank
Bij de bepaling van de op te leggen straf is gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezenverklaarde is begaan en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. De rechtbank heeft in het bijzonder acht geslagen op het volgende.
Verdachte heeft op diverse internetsites advertenties geplaatst in naam van zijn ex-vriendin, waarin mannen dan wel stellen werden uitgenodigd tot het hebben van seksuele contacten. In de advertenties werd met zeer expliciete bewoordingen uitdrukking gegeven aan seksuele voorkeuren en werd tevens verwezen naar privégegevens van [slachtoffer]. Bij de lezers van deze advertenties werd daarmee de indruk gewekt dat [slachtoffer] de advertenties had geplaatst. Voor de nietsvermoedende lezer was immers niet duidelijk dat de advertenties door een ander in haar naam geplaatst werden. Ook deed verdachte zich voor als [slachtoffer] op het moment dat er e-mailcontact plaatsvond met geïnteresseerden. Verdachte heeft met zijn handelen blijk gegeven totaal geen respect te hebben voor de persoonlijke levenssfeer van [slachtoffer]. [slachtoffer] werd lange tijd lastig gevallen door mannen die op haar advertenties reageerden. Uit de slachtofferverklaring van [slachtoffer] blijkt welke enorme impact de feiten op haar privéleven hebben gehad. Zo werkt [slachtoffer] in de kinderopvang en werd zij aangesproken op haar vermeende gedrag. Ook in haar woonplaats werd zij aangesproken en leefde zij uit schaamte in een sociaal isolement.
Verdachte heeft verklaard uit wraak te hebben gehandeld. Kennelijk heeft hij zijn frustraties van zijn stukgelopen relatie op [slachtoffer] botgevierd. Dit rekent de rechtbank verdachte zwaar aan. De rechtbank zal echter rekening houden met het feit dat verdachte ten tijde van het tenlastegelegde licht verminderd toerekeningsvatbaar was.
De rechtbank acht een combinatie van straffen op zijn plaats. Enerzijds dient verdachte direct de gevolgen van zijn schandalige gedrag te ervaren. Anderzijds is een stok achter de deur noodzakelijk, om er voor te zorgen dat verdachte in de toekomst niet weer overgaat tot het plegen van strafbare feiten. Nu verdachte niet eerder met politie en justitie in aanraking is gekomen, zal de rechtbank geen onvoorwaardelijke gevangenisstraf opleggen.
De rechtbank acht een taakstraf voor de duur van 150 uren, subsidiair 75 dagen vervangende hechtenis, passend. Daarnaast zal een voorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van 3 maanden worden opgelegd, met daaraan gekoppeld een proeftijd van twee jaren.

8.De benadeelde partij

8.1
De vordering van de benadeelde partij
De benadeelde partij [slachtoffer]heeft een schadevergoeding gevorderd van € 13.462,43 terzake de tenlastelegde feiten. Dit bedrag bestaat uit € 12.000,- aan immateriële schade en € 1.462,43 aan materiële schade, te weten kosten voor de aankoop van een videosysteem (€ 200,-), kosten voor een studie (€ 1.190,-), reiskosten (€ 14,56) en medicijnkosten (€ 117,87).
De benadeelde partij heeft daarnaast gevorderd de vordering te vermeerderen met de wettelijke rente en oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
8.2
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft toewijzing van de vordering van de benadeelde partij gevorderd. De gevorderde materiële kosten zijn reëel en staan in rechtstreeks verband met de tenlastegelegde feiten. De immateriële schade is onderbouwd door middel van een uittreksel uit de smartengeldgids.
De officier van justitie heeft gevorderd de schadevergoedingsmaatregel op te leggen.
8.3
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht de vordering niet-ontvankelijk te verklaren, nu de vordering onvoldoende is onderbouwd en het causaal verband tussen de gevorderde kosten en de strafbare feiten ontbreekt.
8.4
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank is van oordeel dat de benadeelde partij als gevolg van de feiten 2 en 3 direct schade heeft geleden. De rechtbank is echter ook van oordeel dat niet alle gevorderde kosten voor vergoeding in aanmerking komen. Zij acht de vordering daarom deels toewijsbaar.
Van de materiële kosten acht de rechtbank de reiskosten ad € 14,56 welke de benadeelde partij heeft gemaakt, alleszins redelijk en dus toewijsbaar. Van de overige kosten kan niet vastgesteld worden of deze in rechtstreeks verband staan met de feiten 2 en 3. De rechtbank zal de benadeelde partij in dit deel van haar vordering niet-ontvankelijk verklaren.
Van de immateriële kosten acht de rechtbank een deel toewijsbaar. Voor de rechtbank staat vast dat de gebeurtenissen zoals ten laste gelegd onder de feiten 2 en 3 enorme impact hebben gehad op het leven van de benadeelde partij. Toewijzing van een bedrag van
€ 2.000,- acht de rechtbank dan ook alleszins redelijk. Voor het overige zal de vordering ten aanzien van het immateriële deel niet-ontvankelijk worden verklaard.
Voor zover de benadeelde partij niet-ontvankelijk zal worden verklaard in haar vordering, bepaalt de rechtbank dat dit deel van de vordering bij de burgerlijke rechter kan worden gebracht.
De rechtbank zal het toegewezen schadebedrag vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 26 januari 2011 en zal daarnaast de schadevergoedingsmaatregel opleggen.

9.De wettelijke voorschriften

De beslissing berust op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 24c, 36f, 47, 57, 285b en 261 van het Wetboek van Strafrecht, zoals deze artikelen luidden ten tijde van het bewezenverklaarde.

10.De beslissing

De rechtbank:
Geldigheid dagvaarding
- verklaart de dagvaarding nietig ten aanzien van het tenlastegelegde onder feit 1 primair, tweede deel;

Vrijspraak

- spreekt verdachte vrij van de onder 1 primair, eerste deel en subsidiair tenlastegelegde feiten;
Bewezenverklaring
  • verklaart het tenlastegelegde bewezen, zoals hierboven onder 4.4 is omschreven;
  • spreekt verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
Strafbaarheid
  • verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder 5.2 is omschreven;
  • verklaart verdachte strafbaar;
Straffen
  • veroordeelt verdachte tot
  • bepaalt dat de straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast omdat verdachte voor het einde van
  • stelt als algemene voorwaarde dat de verdachtezich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
  • veroordeelt verdachte tot een
  • beveelt dat indien verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht,
- bepaalt dat de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in voorarrest heeft doorgebracht in mindering wordt gebracht bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde taakstraf, naar rato van twee uur per dag;
Benadeelde partij
  • veroordeelt verdachte tot betaling aan de benadeelde partij
  • verklaart de benadeelde partij voornoemd in het overige gedeelte van de vordering niet-ontvankelijk en bepaalt dat die vordering bij de burgerlijk rechter kan worden gebracht;
  • veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde partij voornoemd tot nu toe gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
  • legt aan verdachte de verplichting op aan de Staat, ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer]voornoemd bedrag te betalen, bij niet betaling te vervangen door
  • bepaalt dat bij voldoening van de schadevergoedingsmaatregel de betalingsverplichting aan de benadeelde partij voornoemd vervalt en omgekeerd.
Dit vonnis is gewezen door mr. J.H. Klifman, voorzitter, mr. A.J. Hazen en mr. C. Aretz, rechters, in tegenwoordigheid van mr. C.K. Spronk, griffier, en is uitgesproken ter openbare zitting op 23 oktober 2013.
Buiten staat
Mr. J.H. Klifman en mr. C. Aretz zijn niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
RECHTBANK LIMBURG
Zittingsplaats Maastricht
Strafrecht
parketnummer: 03/700450-12
proces-verbaal van het voorgevallene ter openbare zitting van de enkelvoudige kamer van de rechtbank voornoemd van 23 oktober 2013 in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboortegegevens verdachte],
wonende te [adresgegevens verdachte].
Tegenwoordig:
mr. , rechter,
mr. , officier van justitie,
dhr./mevr. , griffier.
De rechter doet de zaak uitroepen.
De verdachte is in de zaal van de zitting aanwezig.
De rechter spreekt het vonnis uit en geeft de verdachte kennis dat hij daartegen binnen 14 dagen hoger beroep kan instellen.
Waarvan proces-verbaal, vastgesteld en getekend door de rechter en de griffier.
Raadsman mr. H.C. Ingelse, advocaat te Maastricht.

Voetnoten

1.De vindplaatsvermeldingen, voorkomend in de hierna opgenomen bewijsmiddelen en de motivering van de bewezenverklaring, verwijzen naar de doorlopende paginanummering in de voor eensluidend afschrift gewaarmerkte kopie van het in de wettelijke vorm door daartoe bevoegde verbalisanten van de politie Limburg-Zuid opgemaakte proces-verbaal, met proces-verbaalnummer 2011037124, doorgenummerd van pagina 1 tot en met 240, d.d. 18 augustus 2012 en de als bijlagen daarbij gevoegde schriftelijke bescheiden, welke alle wettige bewijsmiddelen zijn als bedoeld in artikel 344, eerste lid jo artikel 339, eerste lid onder 5º van het Wetboek van Strafvordering.
2.Proces-verbaal van aangifte/klacht d.d. 27 januari 2011, pagina 110.
3.Het geschrift, te weten een contactadvertentie, d.d. 26 januari 2011, pagina 113.
4.Het geschrift, te weten een contactadvertentie, als bijlage 4 opgenomen bij de stukken met betrekking tot de vordering van de benadeelde partij.
5.Het geschrift, te weten een contactadvertentie, d.d. 9 februari 2011, pagina 114.
6.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 16 juni 2011, pagina 83.
7.De geschriften, te weten een contactadvertenties, d.d. 13 juni 2011, pagina 86 en 87.
8.Proces-verbaal van aangifte/klacht d.d. 27 januari 2011, pagina 110.
9.Proces-verbaal van verhoor aangeefster [slachtoffer] d.d. 31 mei 2012, pagina 120.
10.Proces-verbaal van aangifte d.d. 15 juni 2011, pagina 139 en 140.
11.Proces-verbaal van verhoor getuige [naam medebewoner 1] d.d. 3 april 2011, pagina 159.
12.Proces-verbaal van verhoor getuige [naam medebewoner 2] d.d. 15 juni 2011, pagina 154 en 155.
13.Proces-verbaal van bevindingen d.d. 22 mei 2012, pagina 94.
14.Eindproces-verbaal d.d. 18 augustus 2012, pagina 7.
15.Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 28 mei 2012, pagina 69 en 72.
16.De verklaring van de verdachte ter terechtzitting d.d. 9 oktober 2013 afgelegd.
17.Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 28 mei 2012, pagina 74.
18.Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 26 mei 2012, pagina 66.