Uitspraak
RECHTBANK Limburg
de (destijds) minderjarige:
1.Het onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De voorvragen
- is gebleken dat de dagvaarding aan alle wettelijke eisen voldoet en dus geldig is;
- is gebleken dat de rechtbank krachtens de wettelijke bepalingen bevoegd is van het ten laste gelegde kennis te nemen;
- zijn geen omstandigheden gebleken die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan. De officier van justitie kan dus in de vervolging worden ontvangen;
- zijn geen gronden voor schorsing der vervolging gebleken.
[slachtoffer 1]dat hij op 15 oktober 2011 naar Fenix in Sittard is gegaan met, onder meer [slachtoffer 2], [slachtoffer 4] en [slachtoffer 3]. Hij weet dat hij is mishandeld en daarom in het ziekenhuis is opgenomen, maar hij kan zich verder niets meer herinneren. [3] Hij heeft ernstig letsel opgelopen, waaronder een fractuur van het rotsbeen en van de schedel. [4]
5.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde en de kwalificatie
6.De strafbaarheid van de verdachte
7.De oplegging van straf en maatregel
8.De benadeelde partijen
[slachtoffer 2]op het standpunt gesteld dat de benadeelde partij niet-ontvankelijk in zijn vordering moet worden verklaard, omdat verdachte van het ten laste gelegde moet worden vrijgesproken dan wel ontslagen moet worden van alle rechtsvervolging. Subsidiair heeft hij geen kanttekeningen bij de hoogte van de vordering.
Het gevorderde bedrag aan materiële schade van totaal € 314,27, zal de rechtbank eveneens geheel toewijzen. De rechtbank schat de kosten van de kapotte spijkerbroek op het opgegeven bedrag.
9.De wettelijke voorschriften
10.De beslissing
- verklaart het ten laste gelegde bewezen, zoals hierboven onder
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde de strafbare feiten oplevert zoals hierboven onder
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte tot een
- beveelt dat indien de verdachte de taakstraf niet naar behoren verricht,
- bepaalt dat de straf niet ten uitvoer wordt gelegd, tenzij de rechter tenuitvoerlegging gelast omdat de verdachte voor het einde van
- beveelt dat de tijd door de veroordeelde vóór de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering doorgebracht, bij de uitvoering van de taakstraf geheel in mindering zal worden gebracht, naar de maatstaf van twee uren per dag;
- veroordeelt verdachte tevens in de kosten van de benadeelde [slachtoffer 1] ten behoeve van dit geding, tot heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting op aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 1] voornoemd bedrag en de rente te betalen, bij niet betaling te vervangen door 62 dagen hechtenis, met dien verstande dat de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;
- verstaat dat door voldoening door de verdachte aan de benadeelde [slachtoffer 1] de verplichting tot betaling aan de staat vervalt;
- verstaat dat in zoverre door één van de andere personen die aansprakelijk zijn deze schade is vergoed, de betalingsverplichting van de verdachte aan de benadeelde [slachtoffer 1] en aan de staat komt te vervallen (hoofdelijkheid);
- veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde [slachtoffer 2], [adres 3], te voldoen € 764,27 te vermeerderen met de wettelijke rente, deze rente te berekenen over de periode van 16 oktober 2011 tot de dag van volledige voldoening;
- veroordeelt de verdachte tevens in de kosten van de benadeelde [slachtoffer 2] ten behoeve van dit geding, tot heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting op aan de staat ten behoeve van het slachtoffer [slachtoffer 2] voornoemd bedrag en de rente te betalen, bij niet betaling te vervangen door 15 dagen hechtenis, met dien verstande dat de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;
- verstaat dat door voldoening door de verdachte aan de benadeelde [slachtoffer 2], de verplichting tot betaling aan de staat vervalt;
- verstaat dat in zoverre deze schade door één van de andere personen die aansprakelijk zijn deze schade is vergoed, de betalingsverplichting van de verdachte aan de benadeelde [slachtoffer 2] en de aan staat komt te vervallen (hoofdelijkheid).