ECLI:NL:RBLIM:2015:4391

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
27 mei 2015
Publicatiedatum
27 mei 2015
Zaaknummer
4074207 AZ VERZ 15-84
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding van de arbeidsovereenkomst op verzoek van de werknemer met betrekking tot de risicosfeer van de werkgever en de toekenning van een vergoeding

In deze zaak verzoekt de werknemer, [verzoeker], de ontbinding van zijn arbeidsovereenkomst met Meander Groep Zuid-Limburg, waarbij hij een vergoeding van € 321.187,00 eist. De werknemer stelt dat er sprake is van een verandering in de omstandigheden die het voortzetten van de arbeidsrelatie onmogelijk maken. Meander verzet zich tegen de ontbinding en stelt dat er geen aanleiding is om de arbeidsovereenkomst te beëindigen. De kantonrechter oordeelt dat de werknemer niet langer kan functioneren onder de huidige omstandigheden, die grotendeels aan de werkgever te verwijten zijn. De kantonrechter ontbindt de arbeidsovereenkomst per 1 juli 2015 en kent de werknemer een vergoeding toe van € 107.500,00. De rechter wijst erop dat de werkgever onvoldoende heeft onderbouwd dat er geen andere passende functies beschikbaar zijn en dat de druk die op de werknemer is uitgeoefend niet getuigt van goed werkgeverschap. De proceskosten worden gecompenseerd, zodat iedere partij haar eigen kosten draagt.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Maastricht
Burgerlijk recht
Zaaknummer: 4074207 AZ VERZ 15-84
Beschikking van 27 mei 2015
in de zaak
[verzoeker],
wonend aan de [adres], [woonplaats],
verzoekende partij,
gemachtigde mr. S.J.W.M. Vonken,
tegen
de stichting
MEANDER GROEP ZUID-LIMBURG,
gevestigd aan de Minckelersstraat 2, 6372 PP Landgraaf,
verwerende partij,
gemachtigde mr. drs. C.A.H. Lemmens.
Partijen zullen hierna [verzoeker] en Meander genoemd worden.

1.Het verloop van de procedure

1.1.
Door partijen zijn de navolgende processtukken ingediend:
  • het verzoekschrift
  • het verweerschrift
  • de pleitnota aan de zijde van [verzoeker]
  • de aantekeningen van de griffier van de mondelinge behandeling d.d. 19 mei 2015.
1.2.
Ten slotte is beschikking bepaald.

2.De feiten

2.1.
Meander is een zorgaanbieder in Parkstad en Westelijke Mijnstreek.
2.2.
[verzoeker], geboren op [geboortedatum] 1957, is sinds 1 februari 1982 krachtens schriftelijke arbeidsovereenkomst bij (de rechtsvoorganger van) Meander in dienst, laatstelijk in de functie van medewerker financiële administratie tegen een loon van € 3.702,08 bruto per maand exclusief vakantiebijslag.
2.3.
In 2010 werd mevrouw [naam hoofd financiële administratie] hoofd van de financiële administratie en aldus de nieuwe leidinggevende van [verzoeker].
2.4.
In verband met het niet goed controleren van een door hem geaccordeerde betaling, waardoor een te hoog bedrag aan de crediteur is betaald, is Meander op 10 oktober 2011 overgegaan tot een aantekening in het personeelsdossier van [verzoeker]. Ook is [verzoeker] erop gewezen dat bij herhaling een officiële waarschuwing zal volgen.
2.5.
In juni 2012 heeft Meander [verzoeker] aangesproken op het feit dat onder zijn verantwoordelijkheid een bedrag dubbel betaald was en op 30 oktober 2012 volgde een officiële waarschuwing, omdat onder verantwoordelijkheid van [verzoeker] een foutief bedrag in de balans was geboekt.
2.6.
Op 23 oktober 2012 heeft [verzoeker] zich ziek gemeld.
2.7.
Conform het advies van de bedrijfsarts hebben partijen vervolgens een mediationtraject doorlopen en de navolgende afspraken gemaakt:
  • [verzoeker] zal op eigen verzoek demoveren van senior medewerker financiële administratie naar medewerker financiële administratie inclusief de daarbij behorende teruggang in schaalniveau en bijbehorend salaris,
  • [verzoeker] volgt op aangeven van mevrouw [naam hoofd financiële administratie] alle noodzakelijke opleidingen om goed te kunnen blijven functioneren binnen de financiële administratie van Meander,
  • [verzoeker] zal zich in alle opzichten onthouden van negatieve uitspraken en stemmingmakerij jegens Meander dan wel jegens collega’s of het management van Meander.
2.8.
Vanwege het feit dat door de bezuinigingsmaatregelen die het kabinet heeft vastgelegd in het Zorgakkoord d.d. 1 mei 2013 de omzet is teruggelopen, heeft Meander zich genoodzaakt gezien - teneinde de continuïteit van haar onderneming te waarborgen - te reorganiseren.
2.9.
Per 1 april 2014 is [verzoeker] boventallig verklaard en vrijgesteld van het verrichten van zijn werkzaamheden.
2.10.
Meander heeft voor een aantal werknemers, waaronder [verzoeker], op bedrijfseconomische gronden een ontslagvergunning aangevraagd bij het Uitvoeringsinstituut voor werknemersverzekeringen (verder te noemen: het UWV). De ontslagvergunning van [verzoeker] is bij beslissing van 31 juli 2014 geweigerd door het UWV, omdat het UWV de functie van [verzoeker] niet onderling uitwisselbaar achtte met de functie van medewerker informatievoorziening.
2.11.
Naar aanleiding van de beslissing van het UWV heeft er op initiatief van Meander op 7 augustus 2014 een gesprek tussen partijen plaatsgevonden. In de confraternele correspondentie dienaangaande van 25 augustus 2014 schrijft de gemachtigde van Meander:
“Op donderdag 7 augustus hebben wij met elkaar gesproken over de situatie die is ontstaan nadat het UWV de aangevraagde ontslagvergunning heeft geweigerd. Uw cliënt is boventallig verklaard en al de nodige maanden vrijgesteld van werkzaamheden. Dat er een noodzaak is voor de reorganisatie en dat cliënt, rekening houdende met de bezuinigingen haar formatie moet inkrimpen staat niet ter discussie. Uw cliënt gaf aan dat hij primair opteert voor terugkeer in zijn oude functie. Voor mijn cliënte is dat echter geen begaanbaar traject. De ontslagaanvraag was gebaseerd op bedrijfseconomische redenen.
Naar de stellige overtuiging van cliënte heeft het UWV in deze een verkeerde beslissing gegeven. Wat hier echter ook van zij, de realiteit brengt met zich dat terugkeer van uw cliënt binnen de huidige afdeling geen optie is. Dit zou namelijk betekenen dat uw cliënt weer teruggeplaatst wordt onder dezelfde leidinggevende en met name mevrouw [naam hoofd financiële administratie] heeft in het verleden forse aanvaringen met uw cliënt gehad. Dit heeft al geleid tot een officiële waarschuwing na het onterecht tekenen van een betaling. Uw cliënt heeft mevrouw [naam hoofd financiële administratie] ook agressief bejegend. Er is kritiek geuit op de kwalitatieve invulling van de functie en er heeft een demotie plaatsgehad. Die demotie was niet zonder reden en aanleiding. Uw cliënt heeft tijdens de bespreking nogmaals aangegeven dat hij zich op geen enkele wijze kan herkennen in de kritiek zoals die door mevrouw [naam hoofd financiële administratie] is geuit. Ook in de huidige functie terwijl uw cliënt niet meer als senior werkzaam is, is er herhaaldelijk kritiek geventileerd op de inzet en de werkwijze van uw cliënt. Het komt er op neer dat uw cliënt het standpunt inneemt dat hij daaraan geen boodschap heeft en dat iemand anders maar voor hem moet schuiven.
Op deze manier wil cliënte echter niet insteken op een passende functie binnen Meander. De huidige bezetting is kwalitatief en kwantitatief op orde, is een op elkaar ingespeeld team geworden en is niet in het belang van de organisatie dat het evenwicht wordt verstoord. Cliënte is er ook van overtuigd dat het niet in het belang van uw cliënt is als hij verder invulling moet geven aan samenwerking met mevrouw [naam hoofd financiële administratie].”
2.12.
Bij brief van 19 september 2014 heeft de gemachtigde van [verzoeker] het voorstel ter zake het treffen van een minnelijke regeling van de hand gewezen en Meander gesommeerd om [verzoeker] per 1 oktober 2014 tot zijn werkplek toe te laten teneinde aldaar zijn reguliere werkzaamheden te kunnen uitoefenen.
2.13.
Op 25 september 2014 spraken partijen - [verzoeker], de gemachtigde van [verzoeker], [naam hoofd financiële administratie] (Hoofd Financiële Administratie), [naam directeur financiën] (Directeur Financiën) en [naam social controller] (Social Controller) over de werkhervatting van [verzoeker] bij Meander. Tijdens dit gesprek deelde [naam directeur financiën] mee dat door de reorganisatie en bezuinigingsdoelstelling in de formatie een herverdeling van taken heeft plaatsgevonden, waardoor [verzoeker] niet zijn oude werkzaamheden ‘grootboek’ zou kunnen verrichten maar ingedeeld zou worden in het ‘bankteam’. Partijen maakten de navolgende afspraken:
Het document ‘week/maandplanning bank’ is doorgenomen. Dit document geeft de taken weer die [verzoeker] zal gaan uitvoeren en de parameters van de resultaten van zijn taken. Het is geen afwijking van de taken, behorende bij de functie van medewerker financiële administratie, maar een ander aandachtsgebied dan [verzoeker] voorheen had. Er is afgesproken dat dit document het objectief referentiekader van het functioneren vormt;
Er wordt wekelijks een gesprek gevoerd tussen [verzoeker], [naam senior fin.med. bankteam] (senior fin.med. van het bankteam) en [naam hoofd financiële administratie] om zaken te bespreken waar ondersteuning bij nodig is;
Er wordt om de drie weken een gesprek gepland om de uitvoering van taken door [verzoeker] te bespreken. Bij dit gesprek zijn [naam hoofd financiële administratie] en [naam directeur financiën] aanwezig.
2.14.
Vervolgens heeft Meander met grote regelmaat voortgangs-, evaluatie- en beoordelingsgesprekken met [verzoeker] gevoerd en er voor zorg gedragen dat de inhoud van deze gesprekken uitgebreid in verslagen is vastgelegd. De verslagen van die gesprekken
vermelden, voor zover relevant:
“Verslag evalueren functioneren [verzoeker] 6/10/14
(…) [naam hoofd financiële administratie] geeft aan dat we wekelijks samenzitten met [verzoeker] om de voortgang te bespreken. [verzoeker] krijgt 3 weken inwerktijd om zich de werkzaamheden van het bankteam eigen te maken.
Inmiddels is de eerste week voorbij en [naam hoofd financiële administratie] vraagt aan [verzoeker] hoe hij afgelopen week ervaren heeft.
[verzoeker] geeft aan het werk veel ingewikkelder te vinden dan dat hij in eerste instantie had gedacht. Er zijn veel specifieke zaken waarvan je op de hoogte moet zijn. (…)
Verslag evalueren functioneren [verzoeker] 3/11/14
(…) [naam hoofd financiële administratie] vraagt hoe [verzoeker] de 4e week ervaren heeft (…)
[verzoeker] geeft aan dat hij druk voelt: er dient productie en kwaliteit te worden geleverd. [naam hoofd financiële administratie] geeft aan dat dit inderdaad de verwachting is en dat deze verwachting heel reëel is gezien de ervaring die [verzoeker] heeft. [verzoeker] mag zich hierdoor niet in zijn functioneren laten belemmeren. (…)
Gespreksverslag voortgangsgesprek d.d. 4/11/2014
(…) [naam directeur financiën] vraagt aan [verzoeker] hoe hij de eerste weken heeft ervaren. [verzoeker] geeft aan dat hij het ingewikkelder vond dan gedacht. (…) [verzoeker] geeft aan dat hij zich gespannen voelt omdat hij de werkzaamheden goed wilt doen en dat hij daardoor fouten maakt. (…)
[naam directeur financiën] vraagt naar het werktempo van [verzoeker]. [verzoeker] geeft aan dat dit beter kan, maar dat dit nu wordt belemmerd omdat hij alle dingen goed wil doen. [naam directeur financiën] geeft aan dat Meander dit ook verwacht van een werknemer, daar staat immers ook salaris tegenover.
(…) [naam hoofd financiële administratie] geeft aan dat het deels nieuwe werkzaamheden zijn, maar dat er voor een deel ook overeenkomsten zijn met de taken van het grootboekteam. De werkzaamheden behoren echter allemaal tot de functie van financieel medewerker en moeten dus door [verzoeker] uitgevoerd kunnen worden.
[naam directeur financiën] geeft aan dat de advocaat van [verzoeker] heeft aangegeven dat [verzoeker] een volwaardig senior medewerker is en dat alleen het leidinggeven in deze functie problemen gaf. [naam directeur financiën] geeft daarom aan dat hij verwacht dat de functie financieel medewerker zonder problemen kan worden uitgevoerd. Deze is namelijk een niveau lager dan senior financieel medewerker en heeft niet het element leidinggeven in zich.
[naam directeur financiën] geeft aan dat hij uit de gespreksverslagen inzake het functioneren tot nu toe begrijpt dat de kwaliteit en het tempo nog lang niet is wat het moet zijn. [verzoeker] geeft aan dat hij denkt dat het beter zal worden als [verzoeker] de spanning onder controle krijgt.
[naam directeur financiën] geeft aan dat het misschien een goed idee is om MeanderCoaching in te schakelen om de spanning die [verzoeker] voelt onder controle te krijgen. [verzoeker] kan geen last van spanning blijven houden. [verzoeker] geeft aan dat hij dit een prima idee vindt. [naam hoofd financiële administratie] zal de aanvraag bij MeanderCoaching voor haar rekening nemen.
Verslag evalueren functioneren [verzoeker] 4/12/14
(…) Het evaluatietraject duurt 3 a 4 maanden. Ivm vakantie laat [naam hoofd financiële administratie] het tot 1 februari doorlopen.
Verslag evalueren functioneren [verzoeker] 11/12/14
(…) De coaching is vorige week van start gegaan. [verzoeker] heeft als opdracht meegekregen om ontspanningsoefeningen te doen. (…)
[naam senior fin.med. bankteam] merkt dat [verzoeker] snel van slag is en nerveus wordt als iets niet lukt of mis is gegaan.
(…)
[naam hoofd financiële administratie] geeft aan dat de inwerkperiode voorbij is en dat eigenlijk alles duidelijk zou moeten zijn. [naam hoofd financiële administratie] vraagt [verzoeker] om alleen strikt noodzakelijke vragen te stellen omdat [naam hoofd financiële administratie] verwacht dat [verzoeker] de werkzaamheden nu zelfstandig kan en hij op deze wijze ook het werk van [naam 1] en [naam 2] belemmert. Indien [verzoeker] zijn werk niet kan uitoefenen zonder het stellen van vragen dan hoort [naam hoofd financiële administratie] dat graag. (…)
[verzoeker] geeft hiervan aan dat hij vastloopt doordat hij druk voelt tussen kwaliteit en snelheid. (…) [naam hoofd financiële administratie] hoopt dat de coaching hierbij helpt omdat Meander van een werknemer zowel een goede kwaliteit als tempo verwacht.
Evaluatie 18/12/14
(…) [verzoeker] geeft aan dat hij zich nog steeds gespannen voelt. [naam directeur financiën] vraagt of [verzoeker] een oorzaak weet van die gespannenheid. [verzoeker] geeft aan dat hij zich onzeker voelt door het thuiszitten van een aantal maanden. (…) [verzoeker] geeft aan dat hij op dit moment nog geen baat heeft gehad bij de coaching maar dat er pas 2 gesprekken zijn geweest en dat hij wellicht na meerdere gesprekken het positieve effect merkt.
[naam directeur financiën] geeft aan dat [verzoeker] eenvoudige werkzaamheden doet en waarom [verzoeker] zich dan toch onzeker voelt. [verzoeker] geeft aan dat hij druk voelt door het feit dat van hem verwacht wordt dat hij sneller werkt en kwalitatief goed werk aflevert.
(…) [naam directeur financiën] vraagt aan [verzoeker] wat hij nog nodig heeft om beter te kunnen functioneren, bijvoorbeeld een bepaalde opleiding of cursus. [verzoeker] geeft aan dat hijzelf moet veranderen en dat Meander niet meer kan doen.
(…) [naam directeur financiën] vraagt aan [verzoeker] wat er volgens [verzoeker] zou moeten gebeuren als we eind januari constateren dat [verzoeker] niet functioneert op het gewenste niveau. [verzoeker] geeft aan dat hij weer naar zijn collega van grootboek wil of ander werk. [naam directeur financiën] geeft aan dat dit werkzaamheden binnen dezelfde functie op hetzelfde niveau zijn. [naam directeur financiën] vraagt aan [verzoeker] waarom we hem dan nog een kans zouden moeten geven. [verzoeker] beantwoordt deze vraag niet. [naam directeur financiën] vraagt aan [verzoeker] erover na te denken. [naam directeur financiën] geeft nogmaals aan [verzoeker] aan dat hij moet aangeven als Meander hem nog ergens bij kan ondersteunen met een opleiding/cursus e.d.
Verslag evalueren functioneren [verzoeker] 23/12/14
(…) [naam hoofd financiële administratie] geeft aan dat ze vanuit het team ook veel negatieve geluiden hoort over [verzoeker] zoals snelheid, kwaliteit en het aantal vragen dat gesteld wordt. [verzoeker] geeft aan dat hij tijdens de gesprekken met [naam hoofd financiële administratie] en [naam senior fin.med. bankteam] vaak negatieve punten hoort. Hij wil graag weten of er ook positieve punten zijn. [naam hoofd financiële administratie] geeft aan dat ze inhoudelijk geen positieve zaken kan melden. [verzoeker] kan op dit moment de taken die bij de functie behoren niet op niveau uitvoeren. [naam hoofd financiële administratie] vindt het wel positief dat [verzoeker] er sinds zijn terugkomst zijn schouders onder wilt zetten. [verzoeker] geeft er inderdaad alles aan te willen doen om een volwaardig lid van de administratie te zijn.
Verslag evaluatiegesprek d.d. 23/1/2015
[naam directeur financiën] geeft aan dat we reeds meerdere keren bij elkaar hebben gezeten en dat 1 februari nadert (zijnde de datum dat het functioneringstraject zou eindigen). [naam directeur financiën] vraagt aan [verzoeker] hoe het gaat. [verzoeker] geeft aan dat het nog niet zo goed gaat. (…) [naam directeur financiën] geeft aan dat hij helaas moet constateren dat [verzoeker] op dit moment zowel de gewenste kwaliteit, het gewenste tempo en de gewenste zelfstandigheid nog niet heeft. (…) [naam directeur financiën] geeft ook aan dat hij het jammer vindt dat [verzoeker] in oktober niet tot overeenstemming is gekomen met Meander omdat [verzoeker] dan deze lijdensweg bespaard was gebleven. [naam directeur financiën] heeft namelijk destijds al op het disfunctioneren van [verzoeker] gewezen maar dat werd toen van tafel geveegd. [naam directeur financiën] geeft aan dat Meander [verzoeker] nog 2 maanden de tijd geeft om zich de werkzaamheden eigen te maken en op het gewenste niveau te gaan functioneren. [naam directeur financiën] geeft aan dat hij dit doet op advies van de advocaat van Meander. (…) [naam directeur financiën] vat nog kort het gesprek samen: [naam directeur financiën] geeft aan dat zowel Meander als [verzoeker] hetzelfde zeggen, nl. dat [verzoeker] niet naar behoren functioneert en dat [verzoeker] geen hoop heeft dat dit op korte termijn zal verbeteren. [verzoeker] zal met zijn advocaat gaan overleggen wat hij moet doen.”

3.Het geschil

3.1.
[verzoeker] verzoekt de tussen hem en Meander bestaande arbeidsovereenkomst te ontbinden, daarbij rekening houdend met de fictieve opzegtermijn van vier maanden, wegens gewichtige redenen bestaande in een verandering in de omstandigheden onder toekenning van een vergoeding van € 321.187,00 (neerkomend op een correctiefactor van 2), met veroordeling van Meander in de proceskosten.
3.2.
Ter staving van zijn verzoek voert [verzoeker] - kort weergegeven - aan dat van hem niet langer gevergd kan worden de arbeidsrelatie voort te zetten. Volgens [verzoeker] is er sprake van een verandering in de omstandigheden ten gevolge van een door Meander geheel of grotendeels geforceerd verstoorde arbeidsrelatie.
3.3.
Meander heeft verweer gevoerd. Meander heeft betoogd dat er wat haar betreft geen aanleiding bestaat om de arbeidsovereenkomst te beëindigen en refereert zich primair aan het oordeel van de kantonrechter met betrekking tot de gevraagde ontbinding. Indien de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden, heeft Meander verzocht om geen vergoeding aan [verzoeker] toe te kennen en - indien wel een vergoeding aan [verzoeker] wordt toegekend - te bepalen dat die vergoeding niet meer dan € 75.000,00 (transitievergoeding waarop [verzoeker] na 1 juli 2015 recht zou hebben) bedraagt.
3.4.
Op de stellingen van partijen zal hierna, voor zover nodig, nader worden ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Bijzondere opzegverboden zijn in dit geval - waar het gaat om een werknemersverzoek - niet aan de orde. Bovendien dient een werknemersverzoek als het onderhavige dat in belangrijke mate rust op het (grond)recht van vrije arbeidskeuze (artikel 19 lid 3 Grondwet) in beginsel gehonoreerd te worden.
4.2.
Wat Meander betreft is er geen noodzaak tot beëindiging van het dienstverband, maar zij verzet zich niet tegen de gevraagde ontbinding. [verzoeker] stelt dat van hem niet langer gevergd kan worden onder de hiervoor geschetste omstandigheden en spanningen de arbeidsrelatie voort te zetten. Het voorstel van Meander om bij aanhoudend disfunctioneren van [verzoeker] een verplichte opleiding en in het meest verstrekkende geval een nog lagere (aangepaste) functie aan [verzoeker] aan te bieden, ziet [verzoeker] niet zitten. Gelet op deze standpunten zal het verzoek van [verzoeker] worden ingewilligd. De kantonrechter is voornemens de arbeidsovereenkomst tussen partijen te ontbinden per 1 juli 2015. Bij het bepalen van de datum van de ontbinding zal geen rekening gehouden worden met de fictieve opzegtermijn.
4.3.
Vervolgens ziet de kantonrechter zich voor de vraag geplaatst of [verzoeker] een vergoeding naar billijkheid moet worden toegekend. Bij de beantwoording van die vraag is van belang of [verzoeker] onderbouwd aannemelijk heeft gemaakt dat het ontstaan van voornoemde gewichtige reden volledig, althans grotendeels, in de risicosfeer van de werkgever ligt, zonder dat enige noemenswaardige verwijtbaarheid van zijn zijde aan de orde is.
4.4.
De handelwijze van Meander na de weigering van de ontslagvergunning bij het UWV getuigt niet van goed werkgeverschap en de vereiste zorgvuldigheid. Meander stelt weliswaar dat alle opties tijdens het gesprek van 7 augustus 2014 aan de orde zijn gekomen, maar onderbouwt dit niet. Uit de brief van haar gemachtigde van 25 augustus 2014 blijkt juist het tegendeel. Terugkeer van [verzoeker] binnen de afdeling is voor Meander geen optie. In plaats van werkhervatting dan wel het opstarten van een verbetertraject heeft Meander aangestuurd op beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft Meander hiermee te voorbarig gehandeld en de relatie tussen partijen onnodig onder druk gezet. Het kan dan wel zo zijn dat Meander kritiek op het functioneren van [verzoeker] had maar dan dient [verzoeker], zeker in een geval als het onderhavige waarbij een werknemer ruim 33 jaar werkzaam is voor de organisatie, de gelegenheid te krijgen om zijn functioneren te verbeteren. Op 7 augustus 2014 was van de zijde van Meander nog niet gebleken van gerichte maatregelen om het functioneren van [verzoeker] te verbeteren.
4.5.
De wijze waarop Meander vervolgens de op 25 september 2014 gemaakte afspraken (nader) heeft ingevuld getuigt evenmin van goed werkgeverschap en de vereiste zorgvuldigheid. De wekelijkse gesprekken die zouden gaan over zaken waar ondersteuning bij nodig was en de drie-wekelijkse gesprekken ter zake het bespreken van de uitvoering van de taken worden - zo blijkt uit de verslaglegging van die gesprekken - evaluatiegesprekken. Meander doet het voorkomen - althans zo blijkt uit de verslaglegging van de gevoerde gesprekken - alsof er sprake is van een evaluatietraject van twee à drie maanden, later heeft zij het over een evaluatietraject tot 1 april 2014, dus zes maanden, en nadien wordt het zelfs een functioneringstraject genoemd, terwijl de door partijen gemaakte en schriftelijk vastgelegde afspraken niets vermelden over een evaluatie- of functioneringstraject en evenmin een termijn, zodat niet is gebleken dat daarover iets is afgesproken.
4.6.
Voorts dient wel vastgesteld te worden dat het functioneren van [verzoeker] te wensen heeft overgelaten. Uit de verslaglegging van de voortgangs- en evaluatiegesprekken kan worden afgeleid dat Meander ontevreden is over de kwaliteit, het tempo en de zelfstandigheid. Het functioneren zat tegen disfunctioneren aan. [verzoeker] heeft dit niet betwist.
4.7.
Uit de verslaglegging van die gesprekken blijkt verder dat Meander veel druk op [verzoeker] heeft uitgeoefend. Dit getuigt echter niet van goed werkgeverschap, zeker niet nu werknemer spanningsklachten ondervindt, zes maanden niet werkzaam is geweest door de op non-actiefstelling wegens boventalligheid, bij terugkomst te maken kreeg met een inmiddels doorgevoerde reorganisatie en in het bankteam wordt ingedeeld, terwijl zijn oude werkzaamheden, te weten grootboek, wel nog binnen de organisatie verricht worden maar bij andere collega’s zijn belegd. Meander is er niet in geslaagd voldoende aannemelijk te maken waarom [verzoeker] dit deel van zijn oude werkzaamheden niet langer meer kon verrichten. Evenmin is voldoende aannemelijk geworden dat Meander binnen haar organisatie onderzoek heeft gedaan naar andere (passende) functies. Uit de brief van 25 augustus 2014 blijkt in ieder geval dat Meander niet heeft willen insteken op een passende functie binnen haar organisatie. De stelling van Meander dat er geen andere passende functies binnen haar organisatie voorhanden zijn wordt niet onderbouwd.
4.8.
In het vorenoverwogene ligt besloten dat de verandering in de omstandigheden in overwegende mate aan Meander valt te verwijten en/of minstens in de risicosfeer van Meander ligt.
4.9.
Met het oog op de hiervoor geschetste omstandigheden van het geval in onderling verband en samenhang bezien met de leeftijd van [verzoeker], de duur van het dienstverband en zijn kansen op de arbeidsmarkt, acht de kantonrechter het alleszins billijk [verzoeker] ten laste van Meander een vergoeding toe te kennen van € 107.500,00 (C= ± 0,75). Het beroep van Meander op de ‘habe nichts/habe wenig’ exceptie kan, bij gebreke van deugdelijke onderbouwing, geen stand houden. Niet aannemelijk is geworden dat Meander niet in staat zou zijn de toe te kennen vergoeding te betalen.
4.10.
De kantonrechter ziet geen aanleiding Meander te veroordelen in de werkelijk gemaakte kosten van rechtsbijstand. Dit verzoek zal dan ook worden afgewezen.
4.11.
De kantonrechter acht termen aanwezig om de proceskosten te compenseren, aldus dat iedere partij haar eigen kosten draagt.
4.12.
In verband met het voornemen van de kantonrechter om aan [verzoeker] voormelde vergoeding toe te kennen, zal [verzoeker] op de voet van het bepaalde in artikel 7:685 lid 9 BW in de gelegenheid worden gesteld om uiterlijk 5 juni 2015 zijn verzoek in te trekken door schriftelijke mededeling aan de griffier. Indien [verzoeker] zijn verzoek binnen de hiervoor bedoelde termijn intrekt zal hij in de aan de zijde van Meander gerezen proceskosten worden veroordeeld.

5.De beslissing

De kantonrechter
Voor het geval [verzoeker] zijn verzoek uiterlijk 5 juni 2015nietintrekt:
5.1.
ontbindt de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst met ingang van
1 juli 2015,
5.2.
kent daarbij aan [verzoeker] een ten laste van Meander komende vergoeding toe van
€ 107.500,00 bruto,
5.3.
veroordeelt Meander - voor zover nodig - tot betaling van die vergoeding aan [verzoeker],
5.4.
wijst het meer of anders verzochte af,
5.5.
compenseert de proceskosten in die zin, dat iedere partij de eigen kosten draagt,
Voor het geval [verzoeker] zijn verzoek uiterlijk 5 juni 2015 intrekt:
5.6.
veroordeelt [verzoeker] in de kosten van deze procedure, aan de zijde van Meander tot op heden begroot op € 400,00 aan salaris gemachtigde.
Deze beschikking is gegeven door mr. P. Hoekstra en is in het openbaar uitgesproken.
Type: CJ