ECLI:NL:RBLIM:2016:366

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
20 januari 2016
Publicatiedatum
18 januari 2016
Zaaknummer
C/03/194617 / HA ZA 14-458
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot ontruiming van ligplaatsen aan De Weerd te Roermond door Maasplassen Roermond B.V.

In deze zaak vorderde Maasplassen Roermond B.V. de ontruiming van grond en water aan De Weerd te Roermond, die door gedaagden zonder recht of titel werd gebruikt. De rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, heeft op 20 januari 2016 uitspraak gedaan. De eiseres, Maasplassen Roermond B.V., vertegenwoordigd door advocaat mr. L.R.G.M. Spronken, stelde dat gedaagden, die in woonarken op de ligplaatsen verbleven, geen recht hadden op het gebruik van deze percelen. Gedaagden, vertegenwoordigd door advocaat mr. T.D. Rijs, voerden verweer en stelden dat er een bruikleenovereenkomst bestond, die door de jaren heen was voortgezet. De rechtbank oordeelde dat er inderdaad een (stilzwijgende) bruikleenovereenkomst was ontstaan, aangezien de gedaagden jarenlang ongestoord gebruik hadden gemaakt van de ligplaatsen. De rechtbank concludeerde dat Maasplassen Roermond B.V. niet voldoende zwaarwegende redenen had om de bruikleenovereenkomst op te zeggen, en wees de vorderingen van de eiseres af. Tevens werd Maasplassen Roermond B.V. veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden, die op € 1.638,00 werden begroot.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Roermond
zaaknummer / rolnummer: C/03/194617 / HA ZA 14-458
Vonnis van 20 januari 2016
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
MAASPLASSEN ROERMOND B.V.,
gevestigd te Roermond,
eiseres,
advocaat mr. L.R.G.M. Spronken,
tegen

1.[gedaagde 1] ,

wonende te Roermond,
gedaagde,
advocaat mr. T.D. Rijs,
2.
[gedaagde 2],
wonende te Roermond,
gedaagde,
niet verschenen,
3.
[gedaagde 3],
wonende te Roermond,
gedaagde,
niet verschenen,
4.
[gedaagde 4],
wonende te Roermond,
gedaagde,
niet verschenen,
5.
[gedaagde 5],
wonende te Roermond,
gedaagde,
niet verschenen,
6.
[gedaagde 6],
wonende te Roermond,
gedaagde,
advocaat mr. T.D. Rijs,
7.
[gedaagde 7],
wonende te Roermond,
gedaagde,
advocaat mr. T.D. Rijs,
8.
[gedaagde 8],
wonende te Roermond,
gedaagde,
advocaat mr. T.D. Rijs.
Partijen zullen hierna Maasplassen Roermond B.V. en (gezamenlijk) gedaagden dan wel (afzonderlijk) [gedaagde 1] , [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [gedaagde 4] , [gedaagde 5] , [gedaagde 6] , [gedaagde 7] en [gedaagde 8] genoemd worden. Gedaagden [gedaagde 1] , [gedaagde 6] , [gedaagde 7] en [gedaagde 8] zullen gezamenlijk eveneens [gedaagden c.s.] worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 27 juni 2014
  • de conclusie van antwoord van [gedaagde 1] , [gedaagde 6] , [gedaagde 7] en [gedaagde 8]
  • de akte ter rolle zijdens Maasplassen Roermond B.V.
  • de akte ter comparitie zijdens Maasplassen Roermond B.V.
  • het proces-verbaal van comparitie van 3 april 2015
  • het proces-verbaal van comparitie van 25 november 2015.
1.2.
Tegen de niet verschenen partijen [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [gedaagde 4] en [gedaagde 5] is verstek verleend.
1.3.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[gedaagde 1] heeft in 1994 een woonark gekocht, gelegen op het water en aan de oever op het perceel geadresseerd De Weerd [nummer] in Roermond. Hij bewoont sindsdien een woonark op dit adres.
2.2.
[gedaagde 2] en [gedaagde 3] bewonen een woonark, gelegen op het water en aan de oever op het perceel geadresseerd De Weerd [nummer] in Roermond.
2.3.
[gedaagde 4] bewoont een woonark, gelegen op het water en aan de oever op het perceel geadresseerd De Weerd [nummer] in Roermond.
2.4.
[gedaagde 5] bewoont een woonark, gelegen op het water en aan de oever op het perceel geadresseerd De Weerd [nummer] in Roermond.
2.5.
[gedaagde 6] en [gedaagde 7] hebben in 2000 een woonark gekocht, gelegen op het water en aan de oever op het perceel geadresseerd De Weerd [nummer] in Roermond. Zij bewonen sindsdien een woonark op dit adres.
2.6.
[gedaagde 8] heeft in augustus 1971 een woonark gekocht, gelegen op het water en aan de oever op het perceel geadresseerd De Weerd [nummer] in Roermond. De ark wordt deels door hem bewoond en deels door de heer [betrokkene] , die sinds 1975 mede-eigenaar is van de ark.
2.7.
Maasplassen Roermond B.V. is sinds 2001 eigenaar van de percelen geadresseerd De Weerd [nummers] (hierna ook: de ligplaatsen) in Roermond.
2.8.
Bij brieven van 28 december 2011, alle afzonderlijk betekend bij deurwaardersexploten van 30 december 2011, heeft de raadsman van Maasplassen Roermond B.V. jegens [gedaagde 1] , [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [gedaagde 4] , [gedaagde 5] , [gedaagde 6] en [gedaagde 7] enige gebruiksovereenkomst voor zover deze mocht bestaan opgezegd en hen verzocht en zonodig gesommeerd de door hen gebruikte ligplaatsen uiterlijk op 31 december 2012 te ontruimen door verwijdering van de woonarken met toebehoren.
2.9.
Bij brief van 3 januari 2012, aan [gedaagde 8] betekend bij deurwaardersexploot van 9 januari 2012, heeft de raadsman van Maasplassen Roermond B.V. [gedaagde 8] verzocht en zonodig gesommeerd de ligplaats uiterlijk op 31 december 2012 te ontruimen door verwijdering van de woonark met toebehoren.
2.10.
Bij brief van 20 november 2013 heeft Maasplassen Roermond B.V. aan gedaagden een vaststellingsovereenkomst aangeboden, waarbij zij hen de ligplaatsen te huur heeft aangeboden voor een periode van drie jaar.

3.Het geschil

3.1.
Maasplassen Roermond B.V. vordert – samengevat – gedaagden bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis te veroordelen tot:
ontruiming van de grond en het water aan De Weerd te Roermond dat eigendom is van Maasplassen Roermond B.V. en zonder recht of titel gebruikt wordt door gedaagden door verwijdering van de woonark met toebehoren binnen een maand na betekening van dit vonnis, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,-- per dag dat gedaagden hiermee in gebreke blijven, en met machtiging van Maasplassen Roermond B.V. om die ontruiming zelf te doen bewerkstelligen, desnoods met behulp van de sterke arm van politie of justitie;
hoofdelijke betaling van de proceskosten, waaronder de nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente daarover.
3.2.
Maasplassen Roermond B.V. legt aan haar vordering ten grondslag dat gedaagden, zonder dat daarvoor enige rechtsgrond bestaat, gebruik maken van de ligplaatsen, die aan haar in eigendom toebehoren. Maasplassen Roermond B.V. stelt zich primair op het standpunt dat er tussen haar en gedaagden geen sprake is van enige overeenkomst met betrekking tot het gebruik van de ligplaatsen. Voor zover er wel sprake zou zijn van een gebruiksovereenkomst, stelt Maasplassen Roermond B.V. subsidiair dat zij deze bij brief van 28 december 2011 aan [gedaagde 1] , [gedaagde 3] -in de Heese, [gedaagde 3] , [gedaagde 4] , [gedaagde 5] , [gedaagde 6] en [gedaagde 7] en bij brief van 3 januari 2012 aan [gedaagde 8] heeft opgezegd. Maasplassen Roermond B.V. wil over haar eigendom kunnen beschikken in verband met de door haar voorgenomen (her-)ontwikkeling van De Weerd te Roermond. Derhalve vordert zij ontruiming van de ligplaatsen.
3.3.
[gedaagden c.s.] voeren verweer.
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Vooropstaat dat een eigenaar bevoegd is om op te treden tegen degene die zonder recht of titel gebruikmaakt van zijn eigendom. Niet in geschil is dat Maasplassen Roermond B.V. eigenaar is van de bij gedaagden in gebruik zijnde ligplaatsen aan De Weerd in Roermond. Partijen verschillen van mening over het antwoord op de vraag of gedaagden zonder titel gebruikmaken van de ligplaatsen, zoals Maasplassen Roermond B.V. stelt, dan wel er sprake is van een bruikleenovereenkomst tussen [gedaagden c.s.] en Maasplassen Roermond B.V., zoals [gedaagden c.s.] stellen.
4.2.
[gedaagden c.s.] stellen dat hun rechtsvoorgangers in het verleden op verzoek van de gemeente en met instemming van de toenmalige eigenaar (de rechtsvoorganger van Maasplassen Roermond B.V.) de percelen aan De Weerd als ligplaats hebben ingenomen, zonder daarvoor een vergoeding te betalen. Sindsdien is er volgens [gedaagden c.s.] sprake van een bruikleenovereenkomst met betrekking tot het gebruik van de ligplaatsen, welke bruikleenovereenkomst door Maasplassen Roermond B.V. bij aankoop van de percelen aan De Weerd in 2001 is voortgezet.
4.3.
De rechtbank overweegt als volgt. Van een bruikleenovereenkomst is sprake indien de ene partij aan een andere partij een zaak, roerend of onroerend, om niet in gebruik geeft. Nu onweersproken is gebleven dat de rechtsvoorgangers van [gedaagden c.s.] in het verleden op verzoek van de gemeente en met instemming van de toenmalige eigenaar de percelen aan De Weerd om niet als ligplaats hebben ingenomen, is de rechtbank van oordeel dat er tussen hen met betrekking tot de ligplaatsen een bruikleenovereenkomst voor onbepaalde tijd tot stand is gekomen. Bij de koop van de woonarken door [gedaagden c.s.] is dit gebruik van de ligplaatsen ongewijzigd voortgezet, zodat moet worden aangenomen dat de bruikleenovereenkomst door [gedaagden c.s.] als bruikleennemers van hun rechtsvoorgangers is overgenomen. In 2001 zijn de percelen aan De Weerd in eigendom overgegaan op Maasplassen Roermond B.V.
Maasplassen Roermond B.V. heeft [gedaagden c.s.] de ligplaatsen vanaf 2001 jarenlang om niet laten gebruiken, zonder daartegen op te treden. Pas bij brieven van 28 december 2011 en 3 januari 2012 heeft Maasplassen Roermond B.V. [gedaagden c.s.] voor het eerst aangezegd de percelen te ontruimen. Deze omstandigheden rechtvaardigen de conclusie dat tussen Maasplassen Roermond B.V. en [gedaagden c.s.] met betrekking tot het gebruik van de ligplaatsen een (stilzwijgende) bruikleenovereenkomst voor onbepaalde tijd tot stand is gekomen, dan wel dat de bestaande bruikleenovereenkomst door Maasplassen Roermond B.V. als bruikleengever is voortgezet.
4.4.
Maasplassen Roermond B.V. stelt dat zij de bruikleenovereenkomst jegens gedaagden heeft opgezegd. [gedaagden c.s.] erkennen de ontvangst van de opzeggingsbrief van Maasplassen Roermond B.V. van 28 december 2011 respectievelijk 3 januari 2012, maar stellen zich op het standpunt dat de opzegging van de bruikleenovereenkomst door Maasplassen Roermond B.V. in strijd is met de redelijkheid en billijkheid.
4.5.
Voorop staat dat, indien niet is voorzien in een regeling voor opzegging, een duurovereenkomst die voor onbepaalde tijd is aangegaan in beginsel opzegbaar is. De eisen van redelijkheid en billijkheid kunnen in verband met de aard en inhoud van de overeenkomst en de omstandigheden van het geval meebrengen dat opzegging slechts mogelijk is indien een voldoende zwaarwegende grond voor de opzegging bestaat. Uit diezelfde eisen kan voortvloeien dat een bepaalde opzegtermijn in acht moet worden genomen of dat de opzegging gepaard moet gaan met het aanbod tot betaling van een (schade)vergoeding (ECLI:NL:HR:2011:BQ9854).
4.6.
[gedaagden c.s.] hebben aangevoerd dat zij langdurig gebruik hebben gemaakt van de ligplaatsen, dat er in de regio noch daarbuiten vergelijkbare alternatieve ligplaatsen beschikbaar zijn en dat zij bij ontruiming vermogensschade lijden, omdat een ark zonder ligplaats aanzienlijk minder waard is. Voorts stellen [gedaagden c.s.] dat Maasplassen Roermond B.V. geen redelijk belang heeft bij opzegging van de bruikleenovereenkomst, omdat de plannen van Maasplassen Roermond B.V. niet concreet zijn, nu de gemeente daaraan geen goedkeuring heeft verleend.
4.7.
De rechtbank overweegt dat Maasplassen Roermond B.V. [gedaagden c.s.] elf jaar lang ongestoord hebben toegestaan gebruik te maken van de ligplaatsen. Ontruiming van de ligplaatsen leidt voor [gedaagden c.s.] tot het verlies van hun woonruimte. Maasplassen Roermond B.V. heeft niet weersproken dat er geen vergelijkbare alternatieve ligplaatsen beschikbaar zijn. De rechtbank is derhalve van oordeel dat [gedaagden c.s.] een zwaarwegend belang hebben bij voortzetting van het gebruik van de ligplaatsen. De rechtbank acht daarnaast aannemelijk dat [gedaagden c.s.] bij ontruiming vermogensschade zullen lijden. Onder deze omstandigheden brengen de eisen van redelijkheid en billijkheid naar het oordeel van de rechtbank mee dat Maasplassen Roermond B.V. een voldoende zwaarwegende grond voor opzegging van de bruikleenovereenkomst dient te hebben. Hoewel Maasplassen Roermond B.V. stelt dat zij (her-)ontwikkelplannen heeft met betrekking tot het gebied van de ligplaatsen, heeft zij deze plannen niet nader geconcretiseerd. Zij heeft ter comparitie van 3 april 2015 gesteld dat zij voornemens is om binnen enkele jaren een woonarkhaven te realiseren
in de buurt vande huidige ligplaatsen. Voorts heeft zij ter comparitie van 25 november 2015 verklaard dat haar plannen momenteel geen doorgang kunnen vinden in verband met enkele besluiten van de gemeente. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank het belang dat Maasplassen Roermond B.V. heeft bij opzegging, afgezet tegen de belangen van [gedaagden c.s.] bij voortzetting van de bruikleenovereenkomst, niet voldoende zwaarwegend, zodat opzegging van de bruikleenovereenkomst door Maasplassen Roermond B.V. onder de onderhavige omstandigheden in strijd is met de eisen van redelijkheid en billijkheid. De vorderingen jegens [gedaagden c.s.] zullen worden afgewezen.
4.8.
Maasplassen Roermond B.V. heeft nog aangevoerd dat zij van mening is dat gedaagden een vergoeding dienen te betalen voor het gebruik van de ligplaatsen. [gedaagden c.s.] hebben aangegeven dat zij bereid zijn een vergoeding te betalen. Partijen zijn echter verdeeld over het antwoord op de vraag welk bedrag een redelijke vergoeding vormt voor het gebruik van de ligplaatsen. Partijen zijn er – zowel voorafgaand aan deze procedure als ter gelegenheid van de comparitie – niet in geslaagd hierover overeenstemming te bereiken. Nu Maasplassen Roermond B.V. in deze procedure niet vordert dat [gedaagden c.s.] veroordeeld worden tot betaling van een (redelijke) vergoeding voor het gebruik van de ligplaatsen, behoeft dit geen verdere bespreking.
4.9.
De rechtbank overweegt ten slotte dat door [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [gedaagde 4] en [gedaagde 5] geen verweer is gevoerd, zodat de vorderingen jegens hen in beginsel voor toewijzing gereedliggen. Uit hetgeen door Maasplassen Roermond B.V. ten aanzien van [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [gedaagde 4] en [gedaagde 5] is aangevoerd volgt naar het oordeel van de rechtbank echter dat het onder rechtsoverweging 4.3 tot en met 4.8 overwogene ook voor hen opgaat. Gesteld noch gebleken is dat de feitelijke situatie ten aanzien van [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [gedaagde 4] en [gedaagde 5] afwijkt van die van [gedaagden c.s.] , zodat moet worden aangenomen dat ook zij sinds 2001 ongestoord om niet gebruik hebben kunnen maken van de ligplaatsen, dat ook voor hen ontruiming het verlies van woonruimte meebrengt en dat aannemelijk is dat ook zij bij ontruiming vermogensschade zullen lijden. Maasplassen Roermond B.V. dient derhalve een voldoende zwaarwegend belang te hebben bij opzegging van de bruikleenovereenkomst. Gelet op het onder 4.3 tot en met 4.8 overwogene komen de vorderingen jegens [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [gedaagde 4] en [gedaagde 5] de rechtbank ongegrond voor, zodat deze zullen worden afgewezen.
4.10.
Maasplassen Roermond B.V. zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld.
4.11.
De kosten aan de zijde van [gedaagden c.s.] worden begroot op:
- griffierecht € 282,00
- salaris advocaat
1.356,00(3,0 punten × tarief € 452,00)
totaal € 1.638,00
4.12.
De kosten aan de zijde van de niet verschenen gedaagden [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [gedaagde 4] en [gedaagde 5] worden begroot op nihil.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt Maasplassen Roermond B.V. in de proceskosten, aan de zijde van gedaagden tot op heden begroot op € 1.638,00, en aan de zijde van [gedaagde 2] , [gedaagde 3] , [gedaagde 4] en [gedaagde 5] tot op heden begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.T.J.F. Verhappen en in het openbaar uitgesproken op 20 januari 2016. [1]

Voetnoten

1.type: FA