Op 4 mei 2016 heeft de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd bijgestaan door mr. Th. der Bedrosian. De zaak betreft openlijke geweldpleging die plaatsvond op 1 januari 2012 in een tent op het Kazerneterrein te Blerick. De verdachte werd beschuldigd van het deelnemen aan een vechtpartij waarbij geweld werd gepleegd tegen [slachtoffer]. Tijdens de zitting op 20 april 2016 hebben zowel de officier van justitie als de verdediging hun standpunten gepresenteerd. De officier van justitie meende dat er voldoende bewijs was voor een veroordeling, terwijl de verdediging aanvoerde dat er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren.
De rechtbank heeft de verklaringen van betrokkenen en getuigen zorgvuldig gewogen. Er waren meerdere schermutselingen op de locatie, wat leidde tot onduidelijkheid over wie wat had gedaan. De rechtbank concludeerde dat de belastende verklaringen niet eenduidig waren en niet ondersteund werden door ander bewijs. De verdachte en zijn medeverdachten ontkenden betrokkenheid bij het geweld. De rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen voor de openlijke geweldpleging en sprak hem vrij.
Daarnaast werd de benadeelde partij, [slachtoffer], vertegenwoordigd door mr. R.F.P.J. Coppus, niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering tot schadevergoeding, omdat de verdachte was vrijgesproken van het ten laste gelegde feit. De rechtbank heeft de kosten van de benadeelde partij, die door de verdachte ter verdediging zijn gemaakt, op nihil vastgesteld. Dit vonnis is uitgesproken door de meervoudige kamer en is openbaar gemaakt op dezelfde dag.