ECLI:NL:RBLIM:2017:7982

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
12 juli 2017
Publicatiedatum
15 augustus 2017
Zaaknummer
4482670 CV EXPL 15-9229
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verschuldigdheid van declaraties advocaat en verzoek om terug te komen op bindende eindbeslissing

In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg is behandeld, betreft het een geschil tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [naam BV] B.V. en de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid NILWIK B.V. De eisende partij, vertegenwoordigd door [naam gemachtigde], heeft een verzoek ingediend om terug te komen op een bindende eindbeslissing die op 31 mei 2017 is genomen. Dit verzoek is gedaan in het kader van de verschuldigdheid van declaraties van de advocaat. De rechtbank heeft op 12 juli 2017 een tussenuitspraak gedaan waarin de procedure verder is beoordeeld. De rechtbank heeft vastgesteld dat NILWIK in beginsel nog een bedrag van € 12.979,93 aan de eisende partij verschuldigd is, maar dat er onduidelijkheid bestaat over eerdere betalingen die door de eisende partij zijn gedaan. De eisende partij heeft aangevoerd dat deze betalingen in mindering zijn gebracht op eerdere declaraties die niet onder de huidige vordering vallen. De rechtbank heeft besloten om een deskundige te benoemen, mr. M.M.H.J. Rompelberg, om het aantal uren dat door de eisende partij aan de zaken van NILWIK is besteed te begroten. De hoogte van het voorschot voor de deskundige is vastgesteld op € 10.876,45 inclusief btw. De rechtbank heeft partijen erop gewezen dat zij wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. De zaak is vervolgens verwezen naar de rol voor een antwoordakte van NILWIK, en verdere beslissingen zijn aangehouden tot na de ontvangst van deze akte.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 4482670 CV EXPL 15-9229
Vonnis van 12 juli 2017
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[naam BV] B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,
eisende partij,
gemachtigde [naam gemachtigde] ,
tegen:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
NILWIK B.V.,
gevestigd te Voerendaal,
gedaagde partij,
gemachtigde mr. E.Ph. Roelofs.
Partijen zullen hierna [eiseres] en Nilwik worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure na het tussenvonnis van 31 mei 2017 blijkt uit:
  • de akte met producties van [eiseres] van 19 juni 2017 ten behoeve van de comparitie
  • het proces-verbaal van comparitie van 22 juni 2017.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

Reeds gedane betalingen
2.1.
In r.o. 2.6.1. en 2.10.1. van het tussenvonnis van 31 mei 2017 heeft de kantonrechter het volgende overwogen:
2.6.1.
[eiseres] heeft de stelling van Nilwik, dat zij al € 9.500,- in mindering heeft voldaan op de in het geding zijnde declaraties, niet betwist. Ook in zoverre ligt de vordering derhalve voor afwijzing gereed, zodat hoogstens nog (€ 22.479,93 - € 9.500 =) € 12.979,93 kan worden toegewezen.
2.10.1.
Uit voorgaande (zie 2.6.1.) blijkt dat Nilwik in beginsel nog € 12.979,93 aan [eiseres] verschuldigd is.
2.2.
[eiseres] heeft in de akte van 19 juni 2017 vervolgens aangevoerd dat de betalingen tot een bedrag van € 9.500,- in het verleden in mindering zijn gebracht op eerdere declaraties, die geen onderdeel uitmaken van het gevorderde. Hij heeft dit onderbouwd met een drietal producties. Hij verzoek de kantonrechter daarom terug te komen van de onder 2.1. genoemde eindbeslissingen.
2.3.
Alvorens de kantonrechter hierover een beslissing kan nemen, zal zij Nilwik, zoals op de comparitie reeds aangekondigd, in de gelegenheid stellen een antwoordakte te nemen.
2.4.
Na binnenkomst van deze antwoordakte zal de kantonrechter het verzoek van [eiseres] beoordelen.
Benoeming deskundige
2.5.
De kantonrechter heeft in het tussenvonnis van 31 mei 2017 al aangekondigd dat mr. M.M.H.J. Rompelberg van Rompelberg Ruiter Advocaten zal worden benoemd als deskundige indien partijen ter comparitie niet tot een vergelijk zouden komen. De kantonrechter ziet in het verzoek van [eiseres] ter comparitie geen reden om terug te komen op haar beslissing om een deskundige te benoemen. De kantonrechter zal mr. Rompelberg, nu beide partijen akkoord zijn met de persoon van de deskundige en er geen schikking is getroffen, bij dezen benoemen en hem vragen het aantal door [eiseres] aan de zaken van Nilwik bestede uren te begroten, waarbij aansluiting kan worden gezocht bij de wijze van begroting zoals dat voor de wetswijziging van 1 januari 2015 gebruikelijk was.
2.6.
De kantonrechter stelt de hoogte van het voorschot vast op € 10.876,45 inclusief btw. Dit voorschot zal door Nilwik moeten worden gedeponeerd.
2.7.
De rechtbank wijst erop dat partijen wettelijk verplicht zijn om mee te werken aan het onderzoek door de deskundige. De rechtbank zal deze verplichting uitwerken zoals nader onder de beslissing omschreven. Wordt aan een van deze verplichtingen niet voldaan, dan kan de rechtbank daaruit de gevolgtrekking maken die zij geraden acht, ook in het nadeel van de desbetreffende partij.
2.8.
Indien een partij desgevraagd of op eigen initiatief schriftelijke opmerkingen en verzoeken aan de deskundige doet toekomen, dient zij daarvan terstond afschrift aan de wederpartij te verstrekken.

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
verwijst de zaak naar de rol van
26 juli 2017voor antwoordakte aan de zijde van Nilwik,
3.2.
beveelt een deskundigenbericht waarin de deskundige het aantal door [eiseres] aan de zaken van Nilwik bestede uren dient te begroten, waarbij aansluiting kan worden gezocht bij de wijze van begroting zoals dat voor de wetswijziging van 1 januari 2015 gebruikelijk was,
3.3.
benoemt tot deskundige:
mr. M.M.H.J. Rompelberg van Rompelberg Ruiter Advocaten,
Kerkstraat 4, 6367 JE Ubachsberg,
Postbus 23034, 6367 ZG Voerendaal,
telefoon: 045-5620540 / 06-51993065
fax: 045-5620541
e-mail: m.rompelberg@rra.nl
het voorschot
3.4.
stelt de hoogte van het voorschot op de kosten van de deskundige vast op het door de deskundige begrote bedrag van € 10.876,45 inclusief btw,
3.5.
bepaalt dat Nilwik het voorschot dient over te maken
binnen twee wekenna de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak,
3.6.
draagt de griffier op om de deskundige onmiddellijk in kennis te stellen van de betaling van het voorschot,
het onderzoek
3.7.
bepaalt dat [eiseres] de dossiers en declaraties van Nilwik in afschrift aan de deskundige dient te doen toekomen,
3.8.
bepaalt dat de deskundige het onderzoek zelfstandig zal instellen op de door de deskundige te bepalen tijd en plaats,
3.9.
wijst de deskundige er op dat:
  • de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
  • de deskundige het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot dient aan te vangen,
  • de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
3.10.
bepaalt dat partijen nadere inlichtingen en gegevens aan de deskundige dienen te verstrekken indien deze daarom verzoekt, de deskundige toegang dienen te verschaffen tot voor het onderzoek noodzakelijke plaatsen, en de deskundige ook voor het overige gelegenheid dienen te geven tot het verrichten van het onderzoek,
het schriftelijk rapport
3.11.
draagt de deskundige op om uiterlijk drie maanden na het schriftelijk bericht van de griffier omtrent de betaling van het voorschot een schriftelijk en ondertekend bericht in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie,
3.12.
wijst de deskundige er op dat:
  • uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd,
  • de deskundige een concept van het rapport aan partijen moet toezenden, opdat partijen de gelegenheid krijgen binnen vier weken daarover bij de deskundige opmerkingen te maken en verzoeken te doen, en dat de deskundige in het definitieve rapport de door partijen gemaakte opmerkingen en verzoeken en de reactie van de deskundige daarop moet vermelden,
3.13.
bepaalt dat partijen binnen vier weken dienen te reageren op het conceptrapport van de deskundige nadat dit aan partijen is toegezonden en dat partijen bij de deskundige geen gelegenheid hebben op elkaars opmerkingen en verzoeken naar aanleiding van het conceptrapport te reageren,
overige bepalingen
3.14.
bepaalt dat de zaak, na binnenkomst van de onder 3.1. genoemde antwoordakte, op de rol zal komen van
16 augustus 2017voor vonnis,
3.15.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.M. Drenth en in het openbaar uitgesproken.
type: GD