Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
- de dagvaarding van 2 april 2019 met producties
- de producties A en B van [gedaagde]
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota (conclusie van antwoord) van [gedaagde] .
Rechtbank Limburg
In deze zaak, die zich afspeelt in het civiele recht, heeft Zino Holding B.V. een kort geding aangespannen tegen een gedaagde partij. De eiseres verzocht de voorzieningenrechter om een onafhankelijke deskundige registeraccountant te benoemen en om te bepalen dat partijen alle afspraken uit een eerder gesloten vaststellingsovereenkomst dienen na te komen. De achtergrond van het geschil ligt in de afwikkeling van een ontbonden vennootschap onder firma, waarbij partijen in een eerdere procedure overeenstemming hadden bereikt over de aanstelling van een accountant voor het opmaken van de eindbalans. Echter, de door partijen aangewezen accountant heeft de opdracht teruggegeven, wat heeft geleid tot de huidige procedure. De voorzieningenrechter oordeelde dat de gevraagde benoeming van een deskundige niet mogelijk was in kort geding, omdat een deskundige niet kan worden benoemd zonder dat deze is gehoord en zich bereid heeft verklaard. Desondanks werd er ruimte gelaten voor andere oplossingen binnen het kader van de vaststellingsovereenkomst. De rechter besloot dat partijen binnen twee weken na betekening van het vonnis elk een accountant moeten aanwijzen, die in overleg een derde onafhankelijke accountant moet aanstellen voor het opmaken van de eindbalans. De proceskosten werden gecompenseerd, aangezien beide partijen deels in het ongelijk waren gesteld.