ECLI:NL:RBLIM:2019:4940
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beslissing op beroep verschoningsrecht in strafzaak met meerdere moorden
In de strafzaak tegen de verdachte, die wordt verdacht van het doden van drie personen, heeft de rechter-commissaris op 22 mei 2019 een beslissing genomen over een beroep op het verschoningsrecht van de geneesheer-directeur van Stichting Mondriaan. De officier van justitie had eerder camerabeelden gevorderd van de verdachte, die op 7 mei 2019 was opgenomen in Mondriaan. De rechter-commissaris oordeelde dat de camerabeelden in beginsel onder het verschoningsrecht vallen, maar dat er bijzondere omstandigheden waren die dit recht moesten doorkruisen. De rechter-commissaris stelde vast dat er geen getuigen waren die de verdachte bij de moorden hadden gezien en dat forensisch onderzoek van groot belang was. De beelden waren cruciaal om te bepalen in welke staat de verdachte zich bevond bij zijn aanmelding en ontsnapping uit Mondriaan. De rechter-commissaris concludeerde dat het belang van de waarheidsvinding zwaarder woog dan het verschoningsrecht, vooral omdat de verdachte's hulpverlening inmiddels algemeen bekend was. De officier van justitie kreeg de opdracht om de beelden te verkrijgen en te zorgen dat andere personen onherkenbaar werden gemaakt. Tegen deze beslissing kan binnen veertien dagen een klaagschrift worden ingediend bij de rechtbank Limburg.