ECLI:NL:RBLIM:2019:5060
Rechtbank Limburg
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontslag van executeur en vereffenaar in erfrechtelijke procedure met betrekking tot nalatenschap
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 27 mei 2019 uitspraak gedaan in een verzoekschriftprocedure betreffende de nalatenschap van de erflaatster. De verzoekster, bijgestaan door haar gemachtigde mr. S.D. Worotikan, heeft verzocht om ontslag van de huidige executeurs en vereffenaars, en om de benoeming van een nieuwe executeur/vereffenaar. De verweersters, waaronder de executeur en vereffenaar, zijn bijgestaan door mr. A.J.L.J. Pfeil. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de verweersters de nalatenschap beneficiair hebben aanvaard, wat hen als vereffenaars kwalificeert. De kantonrechter heeft geoordeeld dat hij niet bevoegd is om het verzoek tot ontslag van de executeur en vereffenaar te behandelen, omdat dit verzoek niet bij de juiste rechter is ingediend. De kantonrechter heeft het verzoek van de verzoekster afgewezen en haar niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoeken tot ontslag van de executeur. Tevens is de zaak verwezen naar de kamer voor andere zaken dan kantonzaken van de rechtbank. De verzoekster is veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op € 480,00, te vermeerderen met wettelijke rente.