ECLI:NL:RBLIM:2019:935

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
1 februari 2019
Publicatiedatum
1 februari 2019
Zaaknummer
03/700469-15
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in drugszaken met betrekking tot amfetamine en andere harddrugs

Op 1 februari 2019 heeft de Rechtbank Limburg in Roermond uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van het samen met anderen bereiden van amfetamine en het plegen van voorbereidingshandelingen met het oog op het bereiden en verhandelen van amfetamine en andere harddrugs. De verdachte was niet verschenen, maar zijn gemachtigde raadsman was wel aanwezig. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van twee maanden, maar de rechtbank oordeelde dat er onvoldoende bewijs was voor de gezamenlijke uitvoering van de feiten door de verdachte. De rechtbank concludeerde dat de bijdrage van de verdachte aan de tenlastegelegde feiten van onvoldoende gewicht was om tot een veroordeling te komen. De rechtbank sprak de verdachte vrij van alle tenlastegelegde feiten, omdat er geen bewijs was dat de verdachte fysiek betrokken was bij het productieproces van amfetamine of dat hij de goederen voorhanden had gehad zoals tenlastegelegd. De rechtbank baseerde haar oordeel op eerdere vonnissen van deze rechtbank en concludeerde dat er geen sprake was van een nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte en de medeverdachten. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de hem tenlastegelegde feiten.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Zittingsplaats Roermond
Strafrecht
Parketnummer: 03/700469-15
Tegenspraak (gemachtigde raadsman)
Vonnis van de meervoudige kamer d.d. 1 februari 2019
in de strafzaak tegen
[verdachte] ,
geboren te [geboortegegevens verdachte] ,
wonende te [adresgegevens verdachte] .
De verdachte wordt bijgestaan door mr. J.W. Heemskerk, advocaat kantoorhoudende te Roermond.

1.Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 18 januari 2019. De verdachte is niet verschenen. Wel is verschenen zijn gemachtigde raadsman. De officier van justitie en de verdediging hebben hun standpunten kenbaar gemaakt.
De zaak is gelijktijdig, doch niet gevoegd, behandeld met de strafzaak tegen [medeverdachte 1] met de parketnummers 03/700464-15 en 03/661033-16.

2.De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. In deze weergave van de tenlastelegging zijn de daarin voorkomende kennelijke schrijffouten of misslagen door de rechtbank verbeterd. De verdachte is door deze verbetering, zoals uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, niet in de verdediging geschaad.
De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat de verdachte:
feit 1:samen met anderen amfetamine heeft bereid, dan wel samen met anderen voorbereidingshandelingen heeft gepleegd met het oog op (onder meer) het bereiden en verhandelen van amfetamine en/of verschillende andere harddrugs;
feit 2:samen met anderen voorbereidingshandelingen heeft gepleegd met het oog op (onder meer) het bereiden en verhandelen van amfetamine en/of verschillende andere harddrugs.

3.De beoordeling van het bewijs

3.1
Het standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft naar voren gebracht dat:
  • niet kan worden bewezen dat de samenwerking tussen de verdachte en de daders zo nauw is geweest dat sprake is van medeplegen, hoewel de verdachte moet hebben geweten dat de goederen bedoeld waren voor de productie van synthetische drugs;
  • niet kan worden bewezen dat de verdachte de goederen voorhanden heeft gehad, zoals is tenlastegelegd;
  • niet kan worden bewezen dat de verdachte een of meer behangafstomers en/of rondbodemkolven heeft aangeschaft;
  • wel kan worden bewezen dat de verdachte een zwarte pijp heeft aangeschaft ten behoeve van het omzettingslaboratorium.
Gelet hierop heeft de officier van justitie gerekwireerd tot een vrijspraak van feit 1 primair en feit 1 subsidiair en tot een bewezenverklaring van feit 2, voor zover dit feit ziet op het aanschaffen van een zwarte pijp.
De officier van justitie heeft gevorderd de verdachte voor feit 2 te veroordelen tot een gevangenisstraf van twee maanden met aftrek van voorarrest.
3.2
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft verzocht de verdachte van beide feiten vrij te spreken. Hiertoe heeft de raadsman onder meer aangevoerd dat:
  • er geen enkel bewijs is dat de verdachte fysiek betrokken is geweest bij het productieproces van amfetamine;
  • uit de tapgesprekken tussen de verdachte enerzijds en [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] anderzijds veelal niet blijkt over welke goederen wordt gesproken;
  • niet kan worden vastgesteld dat de verdachte rondbodemkolven heeft aangeschaft;
  • niet kan worden vastgesteld dat de verdachte een behangafstomer heeft geregeld - uit het dossier blijkt juist dat deze door een ander zou zijn gehuurd;
  • als er al bewijs voorhanden is op grond waarvan geconcludeerd kan worden dat de verdachte een rol heeft gehad bij de productie van amfetamine, dan is deze rol onvoldoende geweest om tot het bewijs van medeplegen te komen;
  • de rol van de verdachte bij de aankoop van de zwarte pijp zo goed als nihil is geweest en dat hij niet is betrokken bij het vervoer van deze pijp.
3.3
Het oordeel van de rechtbank
Uit de vonnissen van deze rechtbank van 5 juli 2016 in de strafzaken tegen [medeverdachte 2] [1] , [medeverdachte 3] [2] en [medeverdachte 4] [3] blijkt dat [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] op 15 augustus 2015 in een loods gelegen op het adres [adres] te Buchten opzettelijk amfetamine hebben bereid en dat zij, samen met [medeverdachte 4] , in de periode van 25 juli 2015 tot en met 15 augustus 2015 op dezelfde locatie voorbereidingshandelingen hebben gepleegd met het oog op onder meer het opzettelijk bereiden van amfetamine door in die loods verschillende goederen voorhanden te hebben. De vonnissen tegen [medeverdachte 2] en [medeverdachte 3] zijn grotendeels - in ieder geval ten aanzien van de bewezenverklaring - door het gerechtshof ’s-Hertogenbosch bevestigd. [medeverdachte 4] is niet tegen het vonnis in hoger beroep gegaan. De rechtbank gaat dan ook uit van de bewezenverklaringen in voornoemde vonnissen.
De vraag die de rechtbank in deze zaak dient te beantwoorden is of kan worden bewezen dat de verdachte een of meer van deze feiten heeft medegepleegd.
De rechtbank stelt voorop dat de betrokkenheid aan een strafbaar feit als medeplegen kan worden bewezenverklaard indien is komen vast te staan dat bij het begaan daarvan sprake is geweest van een voldoende nauwe en bewuste samenwerking.
Ook indien het tenlastegelegde medeplegen in de kern niet bestaat uit een gezamenlijke uitvoering tijdens het begaan van het strafbare feit, maar uit gedragingen die doorgaans met medeplichtigheid in verband plegen te worden gebracht, kan sprake zijn van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking. De materiële en/of intellectuele bijdrage van de verdachte aan het strafbare feit zal dan van voldoende gewicht moeten zijn.
Bij de beoordeling of daaraan is voldaan, kan rekening worden gehouden met onder meer de intensiteit van de samenwerking, de onderlinge taakverdeling, de rol in de voorbereiding, de uitvoering of de afhandeling van het delict en het belang van de rol van de verdachte, diens aanwezigheid op belangrijke momenten en het zich niet terugtrekken op een daartoe geëigend tijdstip.
Met de raadsman, en deels met de officier van justitie, is de rechtbank van oordeel dat de voor medeplegen vereiste voldoende nauwe en bewuste samenwerking tussen de verdachte enerzijds en [medeverdachte 2] , [medeverdachte 3] en/of [medeverdachte 4] anderzijds niet is komen vast te staan. Er is geen sprake van een gezamenlijke uitvoering en de bijdrage van de verdachte aan het onder 1 primair, 1 subsidiair en 2 tenlastegelegde is naar het oordeel van de rechtbank van onvoldoende gewicht. Hetgeen de raadsman hiertoe heeft aangevoerd draagt deze beslissing van de rechtbank. Er wordt daarom volstaan met een verwijzing naar deze door de verdediging aangevoerde argumenten.
Gelet op het vorenstaande zal de verdachte worden vrijgesproken van de hem tenlastegelegde feiten.

4.De beslissing

De rechtbank:
Vrijspraak
- spreekt de verdachte vrij van de onder 1 primair, 1 subsidiair en 2 tenlastegelegde feiten.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.H. Dethmers, voorzitter, mr. J.M.A. van Atteveld en mr. V.P. van Deventer, rechters, in tegenwoordigheid van mr. R. Goevaerts, griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 1 februari 2019.
Buiten staat
Mr. J.M.A. van Atteveld is niet in de gelegenheid dit vonnis mede te ondertekenen.
BIJLAGE I: De tenlastelegging
Aan de verdachte is tenlastegelegd dat
feit 1 primair
hij in of omstreeks de periode van 25 juli 2015 tot en met 15 augustus 2015 te Buchten, gemeente Sittard-Geleen, in elk geval binnen het arrondissement Limburg, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen, opzettelijk heeft bereid en/of bewerkt en/of vervaardigd, (een) hoeveelhe(i)d(en) van een materiaal bevattende amfetamine, zijnde amfetamine een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I;
feit 1 subsidiair
hij in of omstreeks de periode van 25 juli 2015 tot en met 15 augustus 2015 te Buchten, gemeente Sittard-Geleen, in elk geval binnen het arrondissement Limburg, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk telen, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen van (een) hoeveelheid/ hoeveelheden van een materiaal bevattende heroïne en/of cocaïne en/of amfetamine en/of MDMA en/of tenamfetamine en/of N-ethyl MDA, zijnde heroïne en/of cocaïne en/of amfetamine en/of MDMA en/of tenamfetamine en/of N-ethyl MDA (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen,
voorhanden heeft/hebben gehad (onder meer)
- 2 in werking zijnde stoom-destillatie-opstellingen met inhoud amfetamine en/of gezuiverde amfetamine-olie, en/of
- 4, althans een hoeveelheid, maatbekers met inhoud amfetamine, en/of
- 27, althans een hoeveelheid, jerrycans met inhoud amfetamine, en/of
- 10, althans een hoeveelheid, klemdekselvaten met inhoud amfetamine, en/of
- 3, althans een hoeveelheid, jerrycans, met inhoud formamide, en/of
- 1 jerrycan met inhoud mierenzuur, en/of
- 1 jerrycan met inhoud methanol, en/of
- 1 IBC en/of 2, althans een hoeveelheid, jerrycans met inhoud N-formylamfetamine, en/of
- 4, althans een hoeveelheid, jerrycans met inhoud zoutzuur, en/of
- 6, althans een hoeveelheid, opstellingen bestaande uit een metalen standaard voorzien van een gasbrander en metalen ring ten behoeve van het plaatsen van een rondbodemkolf, en/of
- 1 kartonnen doos met inhoud apaan,
waarvan verdachte en/of verdachtes mededader(s) wist(en) of ernstige reden(en) had(den) te vermoeden, dat die goed(eren) bestemd was/waren tot het plegen van dat/die feit(en),
EN/OF
zich of (een) ander(en) gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft verschaft en/of trachten te verschaffen immers heeft hij, verdachte, in die periode opzettelijk tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen
materialen, te weten (onder meer) (een) behangafstomer(s) en/of (een) rondbodemkol(f)(ven), aangeschaft en/of aangekocht ten behoeve van de stoom-destillatie-opstelling(en) zoals aangetroffen in de loods [adres] te Buchten;
feit 2
hij in of omstreeks de periode van 25 juli 2015 tot en met 15 augustus 2015 te Buchten, gemeente Sittard-Geleen, in elk geval binnen het arrondissement Limburg, tezamen en in vereniging met anderen of een ander, althans alleen,
om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, te weten het opzettelijk telen, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren en/of buiten het grondgebied van Nederland brengen van (een) hoeveelheid/ hoeveelheden van een materiaal bevattende heroïne en/of cocaïne en/of amfetamine en/of MDMA en/of tenamfetamine en/of N-ethyl MDA, zijnde heroïne en/of cocaïne en/of amfetamine en/of MDMA en/of tenamfetamine en/of N-ethyl MDA (telkens) een middel vermeld op de bij de Opiumwet behorende lijst I, voor te bereiden en/of te bevorderen,
voorhanden heeft/hebben gehad:
- 4 in werking zijnde opstellingen bestaande uit 4 metalen bakken gevuld met water met daarin geplaatst een 220 liter klemdekselvat gevuld met een reactiemengsel / pH7 / troebele vloeistof (indicatief amfetamine), en/of (waarbij) genoemd reactiemengsel middels au bain-marie in de vaten werd gekookt en/of (waarbij) (de) reactiedampen met behulp van een chemiebestendige rubberen slang werden afgevoerd naar een gaswasser (220 liter klemdekselvat) en/of (waarbij) 2 gaswassers met een geribbelde groene slang aangesloten waren op een 220 liter klemdekselvat gevuld met kattengrit, en/of
- diverse reactievaten, en/of
- diverse jerrycans, en/of
- 4 220 liter klemdekselvaten en/of stukken chemiebestendige slangen, en/of
- 5 lege kartonnen tonnen inhoudsmaat 25 kilogram,
EN/OF
zich of (een) ander(en) gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat/die feit(en) heeft verschaft en/of trachten te verschaffen immers heeft hij, verdachte, in die periode opzettelijk tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, materialen, te weten (onder meer) een zwarte pijp, aangeschaft en/of aangekocht ten behoeve van het omzettingslab (Apaan in BMK) zoals aangetroffen in de loods [adres] te Buchten.

Voetnoten

1.Strafzaak met parketnummer 03/700399-15.
2.Strafzaak met parketnummer 03/700400-15.
3.Strafzaak met parketnummer 03/700401-15.