Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
[belanghebbende],
Rechtbank Limburg
In deze beschikking van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, is op 31 oktober 2019 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontslag van de executeur en afwikkelingsbewindvoerder van de nalatenschap van [erflater]. Verzoekster, in haar hoedanigheid als erfgename, heeft het verzoek ingediend op grond van ernstig wantrouwen jegens de executeur, [verweerder]. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen gewichtige redenen zijn om het verzoek toe te wijzen. De kantonrechter benadrukt dat de laatste wil van de erflater gerespecteerd dient te worden en dat de executeur privatief de nalatenschap mag beheren en verdelen. De rechtbank heeft de argumenten van verzoekster, waaronder het gebrek aan vertrouwen en vermeende bevoordeling van [belanghebbende], niet overtuigend geacht. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de executeur zijn taken naar behoren heeft uitgevoerd en dat de verstoorde relatie tussen de erfgenamen niet kan leiden tot ontslag van de executeur. De verzoeken van verzoekster zijn afgewezen, en de proceskosten zijn ten laste van de nalatenschapsboedel gebracht.