2.4.Het gunningscriterium kwaliteit wordt beoordeeld op basis van een concreet Plan van aanpak waarin een casus is uitgewerkt. In de leidraad is voor zover relevant daaromtrent het volgende opgenomen.
Kwaliteit:
Ten behoeve van de kwalitatieve aspecten dienen de inschrijvende partijen een casus uit te werken in een concreet plan van aanpak. De casus – VRI 33 – heeft betrekking op het vervangen van een VRI op het kruispunt Beersdalweg – Maasstaat te Heerlen. Dit betreft een VRI die binnen de raamovereenkomst zou kunnen vallen.
[
figuur 1: locatie VRI 33]
Omschrijving casus VRI 33:
De installatie betreft een combinatie van twee subkruispunten: een T-splitsing en een vierarmig kruispunt. Het huidige verkeersregeltoestel stamt uit 2001 en betreft een EC-1 van leverancier Dynniq. Het kruispunt is voorzien van electieve detectie door middel van KAR. Er is een internetverbinding aanwezig naar het verkeersregeltoestel. De fietsoversteken zijn voorzien van wachttijdvoorspellers. De verkeersregelapplicatie is voorzien van interne koppelingen. Verschillende masten zijn gecombineerd VRI/OVL. In 2012 zijn detectielussen vernieuwd.
De werkzaamheden aan deze VRI betreft het volledig vervangen van de installatie, zonder wijzigingen aan de infrastructuur. Opdrachtgever is benieuwd naar de status van bekabeling en detectielussen. Inschrijver wordt gevraagd om aan te geven hoe werkzaamheden ten aanzien van dit kruispunt worden aangepakt.
In het plan van aanpak dient minimaal ingegaan te worden op:
1.
Opsomming benodigde besteksposten:
Een opsomming van bestekposten die benodigd zijn voor de werkzaamheden, op basis van de besteksposten in het Raamcontract. (…). In het plan van aanpak dient een toelichting gegeven te worden op de keuzes en afwegingen die gemaakt zijn bij het opstellen van de opsomming. Waarom kiest de inschrijver juist wel of niet voor het toepassen van bepaalde besteksposten? (…)
2.
Planning en mijlpalen:
(…)
3.
Fasering en uitvoeringswijze:
(…)
4.
Omgevingsmanagement
(…)
5.
Optimale verkeersregelapplicatie
(…)
Beoordeling: De kwaliteit wordt als geheel beoordeeld waarbij de centrale vraag is of er voldaan wordt aan de gestelde eisen en er tegemoet gekomen wordt aan de wensen c.q. er sprake is van meerwaarde en onderscheidend vermogen in de aanpak. Meerwaarde en onderscheidend vermogen kan onder andere gezocht te worden binnen de aspecten:
- Omgevingsmanagement: verkeershinder, overlast, bereikbaarheid.
- Advisering, informeren, communiceren en ontzorgen van de opdrachtgever.
- Verdieping in de lokale omstandigheden, risico’s en kansen.
Meerwaarde wordt alleen toegekend als zaken concreet zijn uitgewerkt en daarbij realistisch, uitvoerbaar en controleerbaar zijn.
De beoordeling van het plan van aanpak geschiedt als volgt:
Waardering
Omschrijving
Percentage van het max. aantal punten
3
Plan van aanpak is volledig, concreet en duidelijk en biedt daarnaast aanvullende relevante project specifieke informatie. Er wordt aan de minimale eisen voldaan. Er is sprake van een veel meerwaarde. Er is sprake van veel (positief) onderscheidend vermogen.
100% (= 40 punten)
2
Plan van aanpak is volledig, concreet en duidelijk. Er wordt aan de minimale eisen voldaan. Er is sprake van duidelijke meerwaarde. Er is sprake van een positief onderscheidend vermogen.
60% (=24 punten)
1
Plan van aanpak is volledig, concreet en duidelijk. Er wordt aan de minimale eisen voldaan. Er is sprake van minimale meerwaarde. Er is sprake van minimaal onderscheidend vermogen.
30% (=12 punten)
Plan van aanpak is volledig en er zijn geen grote onduidelijkheden. Er wordt aan de minimum eisen voldaan. Er is géén meerwaarde of (positief) onderscheidend vermogen.
0% (=0 punten)
-1
Plan van aanpak ontbreekt of cruciale onderdelen van het plan van aanpak ontbreken. Er wordt niet aan alle minimum eisen voldaan. Inschrijving onderscheid zich hiermee in negatieve zin.
ongeldige inschrijving
Het plan van aanpak zal dienen als blauwdruk voor alle deelopdrachten die binnen de (raam)overeenkomst gegeven kunnen worden (…). De aanbestedende dienst wil dat een potentiele contractpartner bij het opstellen van de inschrijving nadenkt over de eisen en zijn rol binnen de (raam)overeenkomst en niet dat een partner dit pas doet na gunning va de opdracht.
B.9 Beoordeling
Het rangschikken van de inschrijvingen geschiedt als volgt:
(…)
Beoordelingscommissie
De aanbesteder stelt (…) een beoordelingscommissie in welke de inschrijvingen rangschikt in overeenstemming met de bekend gemaakte gunningscriteria.
Kwaliteit- Beoordeling (sub)gunningscriteria
De beoordeling vindt plaats aan de hand van de subgunningscriteria zoals deze zij omschreven in paragraaf C.8
(bedoeld is B.8, rechtbank)en de gunningsmatrix.
De beoordelingscommissie geeft een collegiaal (lees: niet de leden individueel) een waardering van de inschrijving op basis van de subgunningscriteria (…). Daarbij wordt één score gegeven voor het totale plan van aanpak van een inschrijver. (…)“