Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure in conventie en in reconventie
2.De feiten in conventie en in reconventie
3.Het geschil
4.De beoordeling in conventie en in reconventie
- gemachtigde salaris €
720,00
Rechtbank Limburg
In deze zaak, die voor de Rechtbank Limburg is behandeld, betreft het een kort geding tussen de besloten vennootschap Intrak Voerendaal B.V. en een voormalige werknemer, aangeduid als [gedaagde in conventie, eiser in reconventie]. De procedure is gestart naar aanleiding van een geschil over de naleving van een concurrentie- en relatiebeding in de arbeidsovereenkomst van de werknemer, die op 19 september 2016 is gesloten. Intrak vordert dat de werknemer wordt veroordeeld tot onverkorte nakoming van het beding en tot betaling van verbeurde boetes, omdat hij werkzaamheden zou hebben verricht die in strijd zijn met de afspraken in de arbeidsovereenkomst.
De werknemer heeft de arbeidsovereenkomst opgezegd en is vervolgens een eenmanszaak begonnen. Intrak stelt dat de werknemer in strijd met het concurrentiebeding heeft gehandeld door werkzaamheden te verrichten voor klanten van Intrak, wat heeft geleid tot schade voor het bedrijf. De werknemer betwist de geldigheid van het concurrentiebeding en stelt dat Intrak haar rechten heeft verwerkt door niet eerder op te treden.
De kantonrechter heeft de vorderingen van Intrak toegewezen, waarbij de werknemer is veroordeeld tot nakoming van het concurrentie- en relatiebeding en tot betaling van een voorschot op de verbeurde boetes. De rechter oordeelt dat de werknemer in strijd heeft gehandeld met het beding en dat er geen sprake is van rechtsverwerking. De kosten van de procedure zijn voor de werknemer, die als de overwegend in het ongelijk gestelde partij wordt aangemerkt.