Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Onderzoek van de zaak
2.De tenlastelegging
3.De beoordeling van het bewijs
- de bekennende verklaring van de verdachte afgelegd ter terechtzitting op 8 juli 2020;
- het proces-verbaal van aangifte van [naam 1] d.d. 9 december 2016;
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De straf en/of de maatregel
7.De benadeelde partijen en de schadevergoedingsmaatregel
€ 2.089,52, bestaande uit € 1.589,52 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 3.831,43, bestaande uit € 3.331,43 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 2.189,23, bestaande uit € 1.689,23 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 1.529,94, bestaande uit € 1.029,94 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 3.918,73, bestaande uit € 3.418,73 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 1.922,55, bestaande uit € 1.422,55 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 500,-, bestaande uit immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 3.378,08, bestaande uit € 2.878,08 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 500,-, bestaande uit immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 2.753,30, bestaande uit € 2.253,30 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 2.753,30, bestaande uit € 2.253,30 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 3.945,84, bestaande uit € 3.445,84 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 2.468,63, bestaande uit € 1.968,63 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
€ 2.451,18, bestaande uit € 1.951,18 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade. Tevens heeft de benadeelde partij verzocht de schadevergoedingsmaatregel op te leggen en het bedrag te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag.
8.De wettelijke voorschriften
9.De beslissing
- verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hierboven onder 3.4 is omschreven;
- spreekt de verdachte vrij van wat meer of anders is ten laste gelegd;
- verklaart dat het bewezenverklaarde het strafbare feit oplevert zoals hierboven onder 4 is omschreven;
- verklaart de verdachte strafbaar;
- veroordeelt de verdachte tot een
- bepaalt dat het voorwaardelijke gedeelte van de straf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten, omdat de veroordeelde voor het einde van een proeftijd van 3 jaren zich aan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
5 jarenwordt
ontzet uit het recht om als gerechtelijk bewindvoerder op te treden.
Benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregelen
[naam 6]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 500,00, bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 7]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 2.089,52, bestaande uit € 1.589,52 materiële schade en € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 19]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 3.831,43, bestaande uit € 3.331,43 materiële schade en € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 9]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 2.189,23, bestaande uit € 1.689,23 materiële schade en € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 3]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 1.529,94, bestaande uit € 1.029,94 materiële schade en € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 1]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 3.918,73, bestaande uit € 3.418,73 materiële schade € 500,00 euro immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 11]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 1.922,55, bestaande uit € 1.422,55 materiële schade € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 12]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 500,00bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 13]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 3.378,08, bestaande uit € 2.878,08 materiële schade € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 14]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 500,00bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 15]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 2.753,30, bestaande uit € 2.253,30 materiële schade en € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 2]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 2.753,30, bestaande uit € 2.253,30 materiële schade en € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 15]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 3.945,84, bestaande uit € 3.445,84 materiële schade en € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 16]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 2.468,53, bestaande uit € 1.968,53 materiële schade € 500,00 euro immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;
[naam 17]en veroordeelt de verdachte om tegen bewijs van betaling aan de benadeelde partij te betalen een bedrag van
€ 2.451,18, bestaande uit € 1.951,18 materiële schade en € 500,00 immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag te rekenen vanaf 18 januari 2017 tot de dag der algehele voldoening;
- veroordeelt de verdachte in de kosten door de benadeelde partij in het kader van deze procedure gemaakt en ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken, tot op heden begroot op nihil;
- legt aan de verdachte de verplichting om, ten behoeve van de benadeelde partij,
- bepaalt dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de Staat daarmee de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij in zoverre komt te vervallen en andersom dat, indien de verdachte heeft voldaan aan de verplichting tot betaling aan de benadeelde partij daarmee de verplichting tot betaling aan de Staat in zoverre komt te vervallen;