ECLI:NL:RBLIM:2020:5588
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering omgevingsvergunning voor erfafscheiding in strijd met bestemmingsplan
Op 29 juli 2020 heeft de Rechtbank Limburg uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiseres en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Venlo. De eiseres had een omgevingsvergunning aangevraagd voor het bouwen van een erfafscheiding op haar perceel, maar deze was door de gemeente geweigerd. De gemeente stelde dat de erfafscheiding deels zou komen te liggen op grond met de bestemming Agrarisch gebied, waar alleen bouwwerken voor agrarische doeleinden zijn toegestaan. Daarnaast was de hoogte van de erfafscheiding in strijd met het bestemmingsplan, dat een maximale hoogte van 1 meter toestaat voor erfafscheidingen voor de voorgevelrooilijn.
Eiseres maakte bezwaar tegen de weigering en stelde dat de gemeente onvoldoende had gemotiveerd waarom er niet kon worden afgeweken van het bestemmingsplan. De rechtbank overwoog dat de gemeente vrij uitvoerig had uitgelegd waarom de hogere erfafscheiding niet gewenst was en dat de argumenten niet onbegrijpelijk waren. Eiseres voerde ook aan dat er sprake was van gelijke gevallen in de buurt, maar de rechtbank oordeelde dat de gemeente terecht had gesteld dat er geen vergunningen waren verleend voor erfafscheidingen die hoger zijn dan 1 meter in het onderhavige bestemmingsplan.
De rechtbank concludeerde dat het beroep van eiseres ongegrond was en dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan door rechter mr. J.M.E. Kessels, in aanwezigheid van griffier J.W.J.M. van Rijt, en werd niet op een openbare zitting uitgesproken vanwege coronamaatregelen. Eiseres kan binnen zes weken na verzending van de uitspraak hoger beroep instellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.