Uitspraak
5.Het beroep is ongegrond.
6.Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding
.De beslissing is uitgesproken in het openbaar op 9 september 2020.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft eiseres, woonachtig in Roermond, een aanvraag ingediend voor aangepast leerlingenvervoer voor haar zoon naar SBO [naam SBO 1] in Echt voor het schooljaar 2018-2019. De aanvraag werd afgewezen door verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Roermond, omdat SBO [naam SBO 2] in Roermond de dichtstbijzijnde toegankelijke speciaal basisonderwijs-school is. Eiseres is het niet eens met deze beslissing en stelt dat SBO [naam SBO 1] beter aansluit bij de behoeften van haar zoon, die extra ondersteuning nodig heeft. Ze voert aan dat SBO [naam SBO 2] te groot en ongestructureerd is, terwijl SBO [naam SBO 1] kleinschaliger is en meer passende ondersteuning biedt.
De rechtbank overweegt dat de wet en de Verordening leerlingenvervoer gemeente Roermond 2014 bepalen dat ouders recht hebben op een vervoersvoorziening naar de dichtstbijzijnde toegankelijke school. De rechtbank concludeert dat SBO [naam SBO 2] aan de ondersteuningsbehoeften van de zoon van eiseres kan voldoen, zoals bevestigd door de directeur van de school. Eiseres heeft geen bijzondere omstandigheden aangevoerd die een afwijking van de regels rechtvaardigen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de afwijzing van de aanvraag voor aangepast leerlingenvervoer standhoudt.