ECLI:NL:RBLIM:2020:7909

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
14 oktober 2020
Publicatiedatum
15 oktober 2020
Zaaknummer
8649044 \ CV EXPL 20-3416
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in een civiele procedure tussen een zorgverzekeraar en een consument over een vordering tot betaling

Op 14 oktober 2020 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, een vonnis gewezen in de zaak tussen de naamloze vennootschap ZILVEREN KRUIS ZORGVERZEKERINGEN N.V. en een consument, die procedeerde in persoon. De eisende partij, vertegenwoordigd door GGN Mastering Credit B.V., had een vordering ingesteld tegen de gedaagde partij, die niet op de dagvaarding had gereageerd na een verzoek om uitstel. De procedure is gestart met een dagvaarding waarin de eis en de gronden daarvan zijn vermeld, zoals vereist volgens de artikelen 111 lid 2 onder d en 21 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). De kantonrechter heeft vastgesteld dat de dagvaarding aan de wettelijke vereisten voldoet.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde partij, vermoedelijk een consument, niet heeft gereageerd op de vordering, waardoor deze als niet weersproken vaststaat. De rechter heeft daarbij de beschermende bepalingen van het Europees consumentenrecht in overweging genomen, maar geconcludeerd dat deze in deze zaak niet zijn geschonden. De vordering van de eisende partij is toegewezen, en de gedaagde partij is veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 365,28, vermeerderd met wettelijke rente, en in de kosten van de procedure, die zijn begroot op € 301,09. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en is openbaar uitgesproken door mr. R.H.J. Otto.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 8649044 \ CV EXPL 20-3416
Vonnis van de kantonrechter van 14 oktober 2020
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ZILVEREN KRUIS ZORGVERZEKERINGEN N.V.,
gevestigd te Utrecht,
eisende partij,
gemachtigde GGN Mastering Credit B.V.,
tegen:
[gedaagde partij],
wonende [adres] ,
[woonplaats] ,
gedaagde partij,
procederende in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- het verzoek om uitstel van gedaagde partij.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
Op grond van artikel 111 lid 2 onder d Rv dient de dagvaarding de eis en de gronden daarvan te vermelden en op grond van artikel 21 Rv dient eisende partij de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren.
2.2.
De kantonrechter is van oordeel dat de dagvaarding aan de voormelde vereisten voldoet.
2.3.
Gedaagde partij is een consument, althans wordt vermoed een consument te zijn.
Op grond van de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie, dient de rechter de beschermende bepalingen van het Europees consumentenrecht ook toe te passen als daar niet om gevraagd is (‘ambtshalve toepassing’).
2.4.
De kantonrechter is van oordeel dat in deze zaak geen beschermende bepalingen van het Europees consumentenrecht zijn geschonden.
2.5.
Gedaagde partij heeft, na verkregen uitstel niet meer geantwoord. De vordering van eisende partij staat daarom als niet weersproken tussen partijen vast en behoort als onvoldoende betwist te worden toegewezen.
2.6.
Gedaagde partij zal worden veroordeeld in de kosten van de procedure. De kosten aan de zijde van eisende partij worden begroot op:
  • dagvaarding € 105,09
  • griffierecht € 124,00
  • salaris gemachtigde €
totaal € 301,09

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
veroordeelt gedaagde partij om aan eisende partij tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van € 365,28, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 315,75 vanaf 25 juni 2020 tot de dag van volledige betaling,
3.2.
veroordeelt gedaagde partij in de kosten van de procedure aan de zijde van eisende partij gevallen en aan die zijde tot op heden begroot op een bedrag van € 301,09,
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.H.J. Otto en in het openbaar uitgesproken.