ECLI:NL:RBLIM:2020:8287

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
21 oktober 2020
Publicatiedatum
27 oktober 2020
Zaaknummer
8766233 \ CV EXPL 20-4525
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in een civiele procedure tussen FAMED B.V. en een gedaagde partij

Op 21 oktober 2020 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, een vonnis gewezen in de zaak tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid FAMED B.V., gevestigd te Amersfoort, en een gedaagde partij die in persoon procedeerde. De procedure is gestart met een dagvaarding, waarop de gedaagde partij heeft geantwoord. Uit het antwoord van de gedaagde partij bleek dat de vordering van FAMED B.V. niet of onvoldoende werd betwist, waardoor de kantonrechter oordeelde dat de vordering toegewezen diende te worden. De gedaagde partij werd veroordeeld in de kosten van de procedure, die aan de zijde van FAMED B.V. zijn begroot op een totaal van € 246,85, inclusief griffierecht en salaris van de gemachtigde.

In de beslissing heeft de kantonrechter de gedaagde partij veroordeeld om aan FAMED B.V. een bedrag van € 135,58 te betalen, vermeerderd met wettelijke rente over een deel van dit bedrag vanaf 18 augustus 2020 tot de dag van volledige betaling. Daarnaast werd de gedaagde partij veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van FAMED B.V. zijn gevallen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde is afgewezen. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. I.R.A. Timmermans-Vermeer.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 8766233 \ CV EXPL 20-4525
Vonnis van de kantonrechter van 21 oktober 2020
in de zaak van:
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid FAMED B.V.,
gevestigd te Amersfoort,
eisende partij,
gemachtigde YARDS Deurwaardersdiensten BV,
tegen:
[gedaagde partij],
wonend [adres] ,
[woonplaats] ,
gedaagde partij,
procederende in persoon.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- het antwoord van gedaagde partij.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De beoordeling

2.1.
Uit het antwoord van gedaagde partij is de kantonrechter gebleken dat de vordering van eisende partij niet althans onvoldoende wordt betwist. De vordering dient daarom te worden toegewezen.
2.2.
Gedaagde partij zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van eisende partij worden begroot op:
  • dagvaarding € 86,85
  • griffierecht € 124,00
  • salaris gemachtigde €
totaal € 246,85

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
veroordeelt gedaagde partij om aan eisende partij tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van € 135,58, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 95,00 vanaf 18 augustus 2020 tot de dag van volledige betaling,
3.2.
veroordeelt gedaagde partij voorts in de kosten van de procedure aan de zijde van eisende partij gevallen en aan die zijde tot op heden begroot op een bedrag van € 246,85,
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
3.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.R.A. Timmermans-Vermeer en in het openbaar uitgesproken.
type: IT
coll: