ECLI:NL:RBLIM:2020:8546
Rechtbank Limburg
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse beëindiging van de schuldsanering zonder schone lei wegens niet-nakoming van verplichtingen
In deze zaak heeft de Rechtbank Limburg op 10 november 2020 uitspraak gedaan over de tussentijdse beëindiging van de schuldsaneringsregeling van de schuldenaar, die in 2018 was uitgesproken. De bewindvoerder diende op 16 juli 2020 een verzoek in tot beëindiging van de schuldsanering zonder schone lei, omdat de schuldenaar zich niet aan zijn verplichtingen had gehouden. Tijdens de zittingen op 27 augustus en 29 oktober 2020 werd vastgesteld dat de schuldenaar niet voldoende had gesolliciteerd en niet had voldaan aan de informatieplicht. De rechtbank oordeelde dat de schuldenaar, ondanks zijn cognitieve beperkingen, op de hoogte was van de regels van de schuldsanering en dat hij herhaaldelijk was gewezen op zijn verplichtingen. De rechtbank concludeerde dat de schuldenaar niet alleen zijn arbeidsplicht niet nakwam, maar ook zijn informatieplicht veronachtzaamde, wat leidde tot een boedelachterstand en nieuwe schulden. De rechtbank besloot daarom het verzoek tot tussentijdse beëindiging van de schuldsanering toe te wijzen, met als gevolg dat de schuldsanering zonder schone lei werd beëindigd. De rechtbank stelde ook het salaris van de bewindvoerder vast op € 0,00, gezien het ontbreken van baten voor de schuldeisers.