ECLI:NL:RBLIM:2020:9507

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
2 december 2020
Publicatiedatum
3 december 2020
Zaaknummer
8544005 \ CV EXPL 20-2404
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake vordering tot betaling door ING Bank N.V. tegen gedaagde partij

Op 2 december 2020 heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg, zittingsplaats Maastricht, een vonnis gewezen in de zaak tussen ING Bank N.V. en een gedaagde partij. ING Bank N.V., vertegenwoordigd door Incassobureau Fiditon B.V., had een vordering ingesteld tegen de gedaagde partij, die niet verder bij naam is genoemd in het document. De vordering betrof een bedrag van € 25.000,00, met het voorbehoud van het recht op het meerdere. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de vordering van de eisende partij niet of onvoldoende werd betwist door de gedaagde partij. Hierdoor was de kantonrechter bevoegd om van de vordering kennis te nemen en heeft hij de vordering toegewezen.

De kantonrechter heeft de gedaagde partij veroordeeld om aan de eisende partij een bedrag van € 25.000,00 te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 14 mei 2020 tot de dag van volledige betaling. Daarnaast is de gedaagde partij veroordeeld in de kosten van de procedure, die aan de zijde van de eisende partij zijn begroot op een totaal van € 1.586,67. Dit bedrag omvat onder andere de kosten van de dagvaarding en het griffierecht. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de eisende partij het vonnis kan laten uitvoeren, ook als de gedaagde partij in beroep gaat.

Dit vonnis is openbaar uitgesproken door de kantonrechter R.H.J. Otto, die de zaak heeft behandeld. De verdere procedure is verlopen via een rolbeschikking en diverse akten van beide partijen, waarbij de gedaagde partij in de gelegenheid is gesteld om te reageren op het voorlopige oordeel van de kantonrechter.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 8544005 \ CV EXPL 20-2404
Vonnis van de kantonrechter van 2 december 2020
in de zaak van:
de naamloze vennootschap
ING BANK N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eisende partij,
gemachtigde Incassobureau Fiditon B.V.,
tegen:
[gedaagde] ,h.o.d.n.
[handelsnaam],
wonende [adres] ,
[woonplaats] ,
gedaagde partij,
gemachtigde mr. R.H.L. van de Laar.

1.De verdere procedure

1.1.
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
- de rolbeschikking van 26 augustus 2020
- de akte uitlating
- de antwoordakte van gedaagde partij.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De verdere beoordeling

2.1.
Bij rolbeschikking zijn partijen in de gelegenheid gesteld zich uit te laten omtrent het voorlopige oordeel van de kantonrechter met betrekking tot de absolute bevoegdheid.
2.2.
Nu eisende partij haar vordering heeft beperkt tot € 25.000,00 met voorbehoud van het recht op het meerdere is de kantonrechter bevoegd om van de vordering kennis te nemen.
2.3.
Uit het antwoord van gedaagde partij is de kantonrechter gebleken dat de vordering van eisende partij niet althans onvoldoende wordt betwist. De vordering dient daarom te worden toegewezen.
2.4.
Gedaagde partij zal als de in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de kosten van deze procedure. De kosten aan de zijde van eisende partij worden begroot op:
  • dagvaarding € 110,67
  • griffierecht € 996,00
  • salaris gemachtigde €
totaal € 1.586,67

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
veroordeelt gedaagde partij om aan eisende partij tegen behoorlijk bewijs van kwijting te betalen een bedrag van € 25.000,00, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf 14 mei 2020 tot de dag van volledige betaling,
3.2.
veroordeelt gedaagde partij in de kosten van de procedure aan de zijde van eisende partij gevallen en aan die zijde tot op heden begroot op een bedrag van € 1.586,67,
3.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.H.J. Otto en in het openbaar uitgesproken.
type: JEC