Op 10 december 2020 heeft de Rechtbank Limburg uitspraak gedaan in de zaak van eiseres tegen FMMU Advies BV, waarbij de aanvraag van eiseres voor een Hoog Persoonlijk Kilometerbudget (HPKB) werd afgewezen. Eiseres had bezwaar gemaakt tegen het besluit van verweerder, dat op 26 mei 2019 was genomen, waarin haar aanvraag om een HPKB werd afgewezen. De rechtbank oordeelde dat niet aannemelijk was geworden dat eiseres op basis van objectieve medische redenen niet in staat zou zijn om met begeleiding en in een rolstoel met de trein te reizen. De rechtbank erkende dat de lange treinreis vermoeiend kan zijn, maar dit op zichzelf rechtvaardigde geen afwijking van het protocol voor het HPKB. De rechtbank baseerde haar beslissing op de criteria die zijn vastgelegd in het Indicatieprotocol HPKB, waarbij werd vastgesteld dat eiseres niet voldeed aan de vereisten voor toekenning van het budget. De rechtbank concludeerde dat de aanvraag terecht was afgewezen en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking van het protocol rechtvaardigden. De uitspraak werd gedaan door mr. M.M.L. Goofers, met mr. M.H. Vonk-Menger als griffier, en werd openbaar uitgesproken op 1 december 2020. Partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan tegen deze uitspraak.