Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.Het procesverloop
- de moeder;
- een vertegenwoordigster van de raad.
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Limburg op 19 november 2020 een beschikking gegeven met betrekking tot de ondertoezichtstelling en uithuisplaatsing van een minderjarige, hierna te noemen [minderjarige]. De Raad voor de Kinderbescherming heeft op 4 november 2020 een verzoek ingediend tot ondertoezichtstelling van [minderjarige] voor de duur van twaalf maanden en tot uithuisplaatsing in een pleeggezin voor zes maanden. De moeder van [minderjarige] is momenteel in voorlopige hechtenis en kampt met ernstige ontwenningsverschijnselen door cocaïnegebruik, ondanks eerdere ontkenningen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [minderjarige] opgroeit in een instabiele en onvoorspelbare leefsituatie, wat haar ontwikkeling ernstig bedreigt. De moeder heeft aangegeven bereid te zijn tot opname in een detox-programma, maar de kinderrechter oordeelt dat de huidige thuissituatie onvoldoende veilig is voor [minderjarige]. De kinderrechter heeft daarom besloten om de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing te verlenen, met als doel de veiligheid en stabiliteit voor [minderjarige] te waarborgen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk van kracht is, ook al kan er hoger beroep worden ingesteld.