Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De verdere procedure
- het tussenvonnis van 17 juli 2019;
- de eenstemmige akte na tussenvonnis van 4 december 2019, waarbij partijen hebben laten
- de akte uitlating van 28 oktober 2020 van [gedaagde in hoofdzaak, eiser in voorwaardelijk incident] ;
- de akte uitlaten na tussenvonnis inclusief eisvermindering van 28 oktober 2020 van
- [kadasternummer 1] - [adres 1] te [plaats] (een verhuurd huis),
- [kadasternummer 2] - [adres 2] te [plaats] (een niet verhuurd huis),
- [kadasternummer 3] - [straatnaam] te [plaats] (grond),
- [kadasternummer 4] - [straatnaam] te [plaats] (grond),
- [kadasternummer 5] - [straatnaam] te [plaats] (grond),
- [kadasternummer 6] - [adres 3] te [plaats] (bouwval Paulussen),
- [kadasternummer 7] - [adres 3] te [plaats] (voorstuk).”
- i) [gedaagde in hoofdzaak, eiser in voorwaardelijk incident] € 85.884,00 aan [eiseres in hoofdzaak, gedaagde in voorwaardelijk incident] voldoet,
- ii) [gedaagde in hoofdzaak, eiser in voorwaardelijk incident] een stuk grond van circa 398 m2 aan mw. [naam dochter] (een van de dochters van [eiseres in hoofdzaak, gedaagde in voorwaardelijk incident] ) overdraagt
- iii) de aan de VOF toebehorende registergoederen volledig aan [gedaagde in hoofdzaak, eiser in voorwaardelijk incident] zullen worden toebedeeld. Aangezien partijen zijn overeengekomen dat van registergoed [kadasternummer 2] een gedeelte van 409 m2 aan de VOF toebehoort en van registergoed [kadasternummer 7] een gedeelte van 981 m2, zijn deze registergoederen gesplitst: het registergoed [kadasternummer 2] is gesplitst in [kadasternummer 8] (632 m2) en B6584 (408 m2) en het registergoed [kadasternummer 7] is gesplitst in [kadasternummer 9] (844 m2) en [kadasternummer 10] (981 m2).
- [kadasternummer 11]
- [kadasternummer 12]
- [kadasternummer 13]
- [kadasternummer 3]
- [kadasternummer 14]
- [kadasternummer 4]
- [kadasternummer 10] (afsplitsing van [kadasternummer 7] )
- [kadasternummer 9] (afsplitsing van [kadasternummer 2] ).
3.De beslissing
binnen twee wekenna de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak,
- de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie),
- de deskundige het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van
- de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn,
- de deskundige partijen bij een onderzoek van een object ter plaatse gelegenheid dient te
twee maandenna deze beslissing een schriftelijk en ondertekend bericht in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie,