Uitspraak
RECHTBANK LIMBURG
1.De procedure
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
- dagvaarding € 106,01
- griffierecht € 507,00
- salaris gemachtigde €
Rechtbank Limburg
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 12 mei 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen de stichting Weller Wonen en de bewindvoerder van een onderbewindgestelde. De stichting vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning vanwege een huurachterstand van € 4.176,38 tot en met 31 januari 2021. De bewindvoerder erkende de huurachterstand en betwistte de vordering niet. De kantonrechter oordeelde dat de huurachterstand de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigde en wees de vorderingen van Weller Wonen toe. De bewindvoerder werd veroordeeld om het gehuurde binnen twee weken na betekening van het vonnis te ontruimen en de achterstallige huur te betalen, inclusief de wettelijke rente en proceskosten. De totale kosten aan de zijde van Weller Wonen werden begroot op € 1.111,01. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.