ECLI:NL:RBLIM:2021:4904

Rechtbank Limburg

Datum uitspraak
16 juni 2021
Publicatiedatum
18 juni 2021
Zaaknummer
8177757 CV EXPL 19-7804
Instantie
Rechtbank Limburg
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake onbetaalde facturen, opschorting en ontbinding van overeenkomst

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Limburg op 16 juni 2021 uitspraak gedaan in een geschil tussen Tisaco Wonen B.V. en twee gedaagden, die in conventie en voorwaardelijke reconventie betrokken waren. Tisaco Wonen vorderde betaling van een bedrag van € 6.423,75, dat voortkwam uit onbetaalde facturen voor de levering en plaatsing van rolluiken en horren. De gedaagden voerden verweer en stelden dat zij een opschortingsrecht hadden, omdat de geleverde rolluiken niet voldeden aan de overeenkomst. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagden inderdaad een geslaagd beroep op opschorting konden doen met betrekking tot de rolluiken, maar dat zij wel een bedrag van € 630,00 aan Tisaco Wonen verschuldigd waren voor de horren. De kantonrechter wees de vordering van Tisaco Wonen voor het overige af, inclusief de gevorderde rente en buitengerechtelijke kosten, omdat de algemene voorwaarden niet op de juiste wijze waren meegedeeld aan de gedaagden. In reconventie werd de vordering van de gedaagden afgewezen, omdat Tisaco Wonen niet in verzuim was met betrekking tot de levering van de horren. De gedaagden werden veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de zijde van Tisaco Wonen.

Uitspraak

RECHTBANK LIMBURG

Burgerlijk recht
Zittingsplaats Maastricht
Zaaknummer: 8177757 CV EXPL 19-7804
Vonnis van de kantonrechter van 16 juni 2021
in de zaak van:
TISACO WONEN B.V.,
gevestigd te Nuth, gemeente Beekdaelen
eisende partij in conventie, verwerende partij in voorwaardelijke reconventie,
gemachtigde mr. A.P.C. Houben,
tegen
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie sub 1]
en
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie sub 2],
beiden wonend te [woonplaats] ,
gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie,
gemachtigde mr. C.M.G. Tholen.
Partijen zullen hierna Tisaco Wonen en [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in voorwaardelijke reconventie
  • de conclusie van repliek in conventie, tevens conclusie van antwoord in voorwaardelijke reconventie
  • de conclusie van dupliek in conventie, tevens conclusie van repliek in voorwaardelijke reconventie
  • de conclusie van dupliek in voorwaardelijke reconventie
  • de akte van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie]
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[middellijk bestuurder] (hierna: [middellijk bestuurder] ) is (middellijk) bestuurder van Tisaco Wonen, Tisaco Bouwen B.V. en Verf Limburg B.V. (voorheen Tisaco Nuth B.V.; hierna te noemen: Tisaco Nuth).
2.2.
Aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] zijn twee offertes gestuurd van 27 juni 2017. Bovenaan de offertes staat “Tisaco Groep Bouwen en Wonen” en onderaan op iedere bladzijde van de offertes staat “Tisaco Nuth B.V.. Op de laatste bladzijde van de offertes staat: “Met vriendelijke groet [middellijk bestuurder] Tisaco Bouwen en Wonen”.
2.3.
Eén van de twee offertes heeft betrekking op de levering en plaatsing van rolluiken onder de vermelding “elektrisch afstand- en domotica bediening”, alsmede op de levering en plaatsing van twee horren. Deze offerte sluit op een totaalbedrag van € 4.734,00 (inclusief btw).
2.4.
De tweede offerte is gelijk aan de hiervoor genoemde offerte maar dan zonder plaatsing en levering van horren. Deze offerte vermeldt een totaalbedrag van € 4.104,00.
2.5.
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] zijn met één van beide offertes akkoord gegaan.
2.6.
Daarna zijn bij [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] rolluiken geleverd en geplaatst.
2.7.
Bij factuur van 15 december 2017 is aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] een bedrag van € 4.734,00 in rekening gebracht. Bovenaan de factuur staat wederom “Tisaco Groep Bouwen en Wonen” en onderaan staat “Tisaco Wonen B.V.” De factuur vermeldt een betalingstermijn van 8 dagen.
2.8.
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hebben de factuur van 15 december 2017 niet betaald.
2.9.
Bij exploot van dagvaarding van 6 juli 2018 hebben [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] in conventie gevorderd Tisaco Bouwen en Tisaco Wonen te veroordelen tot betaling van (onder meer)
€ 14.345,70 schadevergoeding. De vordering is (onder andere) gebaseerd op het betoog dat deze ondernemingen zijn tekortgeschoten in de nakoming van de overeenkomst ter zake de plaatsing en levering van de rolluiken en de horren. In voortgezet debat in conventie hebben [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] het standpunt ingenomen dat zij uitsluitend met Tisaco Bouwen hebben gecontracteerd.
2.10.
In reconventie heeft Tisaco wonen toen gevorderd [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hoofdelijk te veroordelen tot betaling van (onder meer) € 4.734,00. Tisaco Wonen heeft toen ter onderbouwing van deze vordering aangevoerd dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] de overeenkomst hadden gesloten met Tisaco Nuth en dat Tisaco Nuth haar vordering op [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] had gecedeerd aan Tisaco Wonen.
2.11.
Bij vonnis van 19 juni 2018 (zaaknummer 7081141 CV EXPL 18-4465) heeft de kantonrechter de over en weer ingestelde vorderingen afgewezen. De vordering in conventie is afgewezen omdat (voor zover hier van belang) [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] niet voldoende onderbouwd hebben gesteld dat tussen hen en Tisaco Bouwen een overeenkomst is gesloten. In een overweging ten overvloede heeft de kantonrechter (onder meer) geoordeeld dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] onvoldoende hebben gesteld om tot het oordeel te komen dat sprake is van immateriële schade door (gestelde) vertraagde levering en onjuiste installatie van rolluiken en het nodeloze wachten op de horren. De vordering in reconventie heeft de kantonrechter afgewezen omdat niet vast stond dat tussen Tisaco Nuth en [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] een overeenkomst was gesloten op grond waarvan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] aan Tisaco Bouwen en Tisaco Wonen het gevorderde bedrag van € 4.734,00 verschuldigd was.
2.12.
Tegen het vonnis van 19 juni 2018 hebben partijen geen rechtsmiddelen aangewend. Dat vonnis is inmiddels in kracht van gewijsde gegaan.
2.13.
Bij brief van 25 juni 2019 heeft de gemachtigde van Tisaco Wonen en Tisaco Bouwen [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] gesommeerd tot betaling van € 4.734,00 (vermeerderd met rente en buitengerechtelijke kosten) omdat uit voornoemd vonnis blijkt dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] heeft gecontracteerd met Tisaco Wonen en/of Tisaco Bouwen.
2.14.
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hebben daarna niets betaald aan Tisaco Wonen en/of Tisaco Bouwen.

3.Het geschil

in conventie
3.1.
Tisaco Wonen vordert [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hoofdelijk te veroordelen tot betaling van:
€ 6.423,75, te vermeerderen met primair de contractuele rente van 1,5% per maand althans subsidiair de wettelijke rente over € 4.734,00 vanaf 1 oktober 2019, alsmede te vermeerderen met de wettelijke rente over € 598,40 vanaf 9 juli 2019,
de proceskosten,
de nakosten.
3.2.
Het in de voorgaande alinea gevorderde bedrag van € 6.423,75 is als volgt opgebouwd:
hoofdsom € 4.734,00
contractuele rente 23-12-2017 t/m 30-9-2019 € 1.091,35
buitengerechtelijke incassokosten € 598,40
3.3.
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] voeren verweer.
in (voorwaardelijke) reconventie
3.4.
Indien de kantonrechter van oordeel is dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] “opdracht hebben verstrekt tot het bestellen en plaatsen van de horren”, dan vorderen zij:
primair de overeenkomst tussen partijen gedeeltelijk (ten aanzien van de horren) te ontbinden, althans subsidiair Tisaco Wonen te veroordelen tot nakoming van de overeenkomst door de horren te leveren,
Tisaco Wonen te veroordelen tot betaling van de proceskosten en de nakosten binnen twee dagen na dagtekening vonnis “bij gebreke waarvan Tisaco Wonen B.V. zonder nadere aankondiging over deze kosten de wettelijke rente is verschuldigd”.
3.5.
Tisaco Wonen voert verweer.

4.De beoordeling

in conventie
4.1.
Tisaco Wonen voert ter onderbouwing van de gevorderde hoofdsom aan dat
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] akkoord zijn gegaan met de offerte voor levering en plaatsing van rolluiken en horren. Op grond daarvan is volgens Tisaco Wonen een overeenkomst tussen haar en [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] tot stand gekomen zodat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] een bedrag van € 4.734,00 aan haar verschuldigd zijn.
4.2.
Primair doen [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] een beroep op art. 236 Rv. Dit beroep doen zij tevergeefs. Het is weliswaar juist dat in het vonnis van 19 juni 2018 afwijzend is beslist op een vordering van Tisaco Wonen om [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] te veroordelen tot betaling van dezelfde factuur, maar dit omdat Tisaco Wonen de vordering had ingesteld op basis van een door Tisaco Nuth aan haar gecedeerde vordering, terwijl Tisaco Nuth volgens de kantonrechter geen contractspartij was (geweest) van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] De vraag of Tisaco Wonen zelf contractspartij is en uit dien hoofde betaling van de factuur kan vorderen, is nog niet aan de rechter voorgelegd. Dat dit wel in de eerste procedure voorgelegd had kunnen worden, staat aan het instellen van de vordering in deze procedure niet in de weg (zie het arrest van de Hoge Raad van 18 december 2020, ECLI:NL:HR:2020:2099, r.o. 3.1.4).
4.3.
De kantonrechter stelt vast dat partijen het erover eens zijn dat de overeenkomst is gesloten tussen [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] en Tisaco Wonen. De kantonrechter neemt dit dus als vaststaand feit aan. Partijen twisten wel over de vraag of zij zijn overeengekomen dat Tisaco Wonen naast de levering en plaatsing van de rolluiken ook zijn overeengekomen dat Tisaco Wonen horren zou leveren en plaatsen. [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] betwisten dit, maar deze betwisting is ongeloofwaardig aangezien [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] in de vorige procedure (onder meer) € 500,00 immateriële schade hebben gevorderd voor het “nodeloos lange wachten en het ontbreken van horren”.
Hieruit volgt dat vast staat dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] op grond van de met Tisaco Wonen gesloten overeenkomst voor het leveren en plaatsen van rolluiken en horren een bedrag van € 4.734,00 aan Tisaco Wonen verschuldigd zijn.
4.4.
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] voeren aan dat zij (nog) niet verplicht zijn tot betaling van het overeengekomen bedrag.
4.4.1.
Voor wat betreft de rolluiken doen zij een beroep op een opschortingsrecht. Zij stellen in dat verband dat:
de rolluiken niet op afstand via iPad of smartphone bedienbaar zijn, terwijl dat wel overeengekomen is,
het rolluik in de keuken niet goed functioneerde, door Tisaco Wonen is opgehaald, waarna Tisaco Wonen geen nieuwe geplaatst heeft,
de rolluiken van de slaapkamer en de keuken op dezelfde programmaknop zitten, waardoor deze alleen samen bediend kunnen worden, hetgeen uiteraard niet de bedoeling is,
de rolluiken niet tegelijk omhoog of omlaag worden gebracht.
4.4.2.
Tisaco Wonen voert hiertegen tevergeefs aan dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] niet hebben voldaan aan de klachtplicht. Zij hebben immers reeds in/omstreeks november 2017 (zie productie 3 conclusie van antwoord in reconventie) en ook in de hiervoor gevoerde procedure geklaagd over het niet goed functioneren van de rolluiken. Anders dan Tisaco Wonen kennelijk veronderstelt hoefden [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] niet opnieuw te klagen nadat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] bij brief van 25 juni 2019 (zie 2.13) werden gesommeerd de factuur van 15 december 2017 te betalen.
4.4.3.
Het verweer van Tisaco Wonen tegen klacht 1. valt niet goed te volgen. Zij stelt enerzijds dat met [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] niet overeengekomen is dat de rolluiken op afstand via iPad of smartphone bedienbaar moesten zijn. Anderzijds voert zij aan dat de rolluiken met een motorsysteem van Somfy zijn geleverd en dat deze allemaal op afstand, via wifi en een afstandsbediening kunnen worden bediend. Het moet er naar het oordeel van de kantonrechter dan ook voor gehouden worden dat met de vermelding op de offerte “elektrisch afstand- en domotica bediening” partijen hebben bedoeld dat de rolluiken via afstandsbediening en via wifi bediend moeten kunnen worden. Hieruit volgt dat de bediening van de rolluiken via wifi met behulp van een smartphone of een iPad ook mogelijk zou moeten zijn. Tegen de stelling van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] dat de rolluiken met deze apparaten niet bediend kunnen worden, heeft Tisaco Wonen geen specifiek verweer gevoerd. Het moet er dus voor gehouden worden dat bediening met iPad of smartphone niet mogelijk is, terwijl uit de overeenkomst volgt dat partijen die mogelijkheid wel zijn overeengekomen. Op dit onderdeel voldoen de rolluiken dus niet aan de overeenkomst.
4.4.4.
Klacht 2. omtrent het rolluik in de keuken faalt. Vast staat immers tussen partijen dat Tisaco Wonen een nieuw rolluik wilde leveren en plaatsen en dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] dit geweigerd hebben. Het argument van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] dat zij eerst een oplossing van het geschil wilden afwachten wordt verworpen. Het geschil zag immers onder meer op het rolluik van het keukenraam. Dit deel van het geschil zou opgelost zijn als Tisaco Wonen dit rolluik kon leveren.
4.4.5.
In de stellingen van Tisaco Wonen ziet de kantonrechter geen specifiek verweer tegen klacht 3. Het moet er dus voor gehouden worden dat de rolluiken van de slaapkamer en de keuken alleen samen bediend kunnen worden en dat dit niet de bedoeling van partijen is geweest.
4.4.6.
Niet is komen vast te staan dat partijen overeengekomen zijn dat de aangebrachte rolluiken tegelijk omhoog en omlaag gebracht moeten kunnen worden (klacht 4.). Tisaco Wonen heeft dat betwist en uit de offerte(s) blijkt niet dat partijen dit zijn overeengekomen. Het enkele feit dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] , daar om gevraagd hebben bij e-mail van 28 september 2017 en dat Tisaco Wonen daar niet op gereageerd heeft, is onvoldoende om tot de conclusie te komen dat dit onderdeel van de overeenkomst uitmaakt.
4.5.
Omdat de rolluiken (nog) niet voldoen aan de overeenkomst, doen [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] een geslaagd beroep op opschorting. De gevorderde hoofdsom zal op grond daarvan worden afgewezen met uitzondering van de gevorderde betaling voor wat betreft de horren. De tekortkomingen ten aanzien van de rolluiken rechtvaardigen namelijk geen opschorting van de betalingsverplichting ten aanzien van de horren (art. 6:262 lid 2 BW). Hieruit en uit het feit dat de vordering in voorwaardelijke reconventie zal worden afgewezen (zie hierna vanaf 4.11.) volgt dat een bedrag van € 630,00 zal worden toegewezen.
4.6.
De contractuele rente van 1,5% per maand over € 630,00 zal worden afgewezen. Deze rente wordt vermeld in de algemene voorwaarden, maar [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] doen met succes een beroep op algehele vernietigbaarheid van de gehele algemene voorwaarden en het rentebeding in het bijzonder.
Zo stellen zij dat zij geen redelijke mogelijkheid hebben gehad van de algemene voorwaarden kennis te nemen. Daartegen voert Tisaco Wonen aan dat de algemene voorwaarden makkelijk zijn te raadplegen op haar website. Hiermee doet Tisaco Wonen kennelijk een beroep op het bepaalde in art. 6:230c aanhef en onder 3 BW. Tisaco Wonen heeft echter niet voldaan aan het bepaalde in dit artikel. In de offerte wordt immers in het geheel niet vermeld dat haar algemene voorwaarden zijn te raadplegen op haar website. Het moet er dus voor gehouden worden dat Tisaco Wonen aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] geen redelijke mogelijkheid heeft geboden om van de algemene voorwaarden kennis te nemen.
4.7.
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] betogen verder met succes dat de bedongen rente van 1,5% per maand zo hoog is dat het beding in de algemene voorwaarden onredelijk bezwarend is. De rente is immers in strijd met het bepaalde in de Richtlijn 93/13/EEG van de Raad van 5 april 1993 betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten. Het rentebeding moet ook op die grond buiten toepassing worden gelaten. Het subsidiaire betoog van Tisaco Wonen dat de rente dan gematigd dient te worden tot de wettelijke handelsrente van 8% wordt eveneens verworpen. Het vernietigde beding kan immers geen grondslag meer bieden voor toewijzing zodat van matiging van de rente die op grond van dit beding gevorderd wordt geen sprake meer kan zijn.
De subsidiair gevorderde wettelijke rente zal eveneens worden afgewezen. Uit HvJ EU van 27 januari 2021, ECLI:EU:C:2021:68, volgt namelijk dat nadat een oneerlijk beding is vernietigd geen aanspraak kan worden gemaakt op de in een bepaling van aanvullend nationaal recht vastgestelde wettelijke schadevergoeding die zonder dat beding van toepassing zou zijn geweest.
4.8.
De gevorderde buitengerechtelijke kosten zouden voor wat betreft de buitengerechtelijke werkzaamheden kunnen worden toegewezen voor zover die werkzaamheden zien op de incassering van het bedrag van € 630,00. Tisaco Wonen heeft echter niet gesteld dat zij in dit verband een brief aan [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] heeft gestuurd die voldoet aan het bepaalde in art. 6:96 lid 6 BW. De brief van 25 juni 2019 waar Tisaco Wonen zich wel op beroept vermeldt een betalingstermijn van zeven dagen, terwijl krachtens art. 6:96 lid 6 BW aan een schuldenaar een betalingstermijn van veertien dagen gegund moet worden. De vordering om [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] te veroordelen tot betaling van buitengerechtelijke kosten zal dus worden afgewezen.
4.9.
Als de deels in het ongelijk gestelde partij zullen [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hoofdelijk worden veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de zijde van Tisaco Wonen. Voor het griffierecht en het gemachtigdensalaris wordt aangesloten bij het tarief dat geldt voor het toe te wijzen bedrag in plaats van het gevorderde bedrag. Aldus worden de proceskosten aan de zijde van Tisaco Wonen tot op heden begroot op
  • dagvaarding € 88,53
  • griffierecht € 231,00
  • salaris gemachtigde
Totaal: € 567,53
4.10.
De nakosten zullen worden toegewezen op de wijze als in de beslissing is bepaald.
in voorwaardelijke reconventie
4.11.
Omdat vast staat dat partijen zijn overeengekomen dat Tisaco Wonen tegen betaling door [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] de horren zou leveren, wordt voldaan aan de voorwaarde waaronder [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] de eis in reconventie ingediend hebben.
4.12.
[gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] vorderen primair gedeeltelijke ontbinding van de overeenkomst, namelijk voor wat betreft de horren. Deze ontbinding baseren zij op de grondslag dat Tisaco Wonen in verzuim is met het plaatsen en leveren van de horren.
Dit onderdeel van de vordering wordt afgewezen. Tisaco Wonen is namelijk niet in verzuim. Vast staat immers dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] het Tisaco Wonen onmogelijk hebben gemaakt de horren te plaatsen en te leveren. Dat blijkt uit de e-mail van 4 december 2017 van [middellijk bestuurder] van Tisaco Wonen met de volgende inhoud:
“Tot slot heb ik ondertussen moeten constateren dat jij de bestelde horren niet hebt laten monteren en de monteurs onverrichterzaken retour hebt gestuurd. Hiermee handel je zelf in strijd met de overeengekomen afspraken. Als jij jouw afspraken niet nakomt, kun je het natuurlijk niet aan Tisaco gaan verwijten dat zij haar afspraken – door jou toedoen – ook niet kan nakomen.”
Het betoog van [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] dat zij levering en plaatsing van de horren mocht weigeren omdat Tisaco Wonen reeds in verzuim was met de nakoming van andere verbintenissen uit de tussen partijen gesloten overeenkomst(en) is dan onnavolgbaar. Het gaat er bij de gevorderde ontbinding namelijk om of sprake was van verzuim ten aanzien van de levering en plaatsing van de horren en daarvan was toen geen sprake. Partijen zijn bovendien geen (fatale) levertermijn overeengekomen want in de offertes staat: “de opgegeven levertijden zijn indicatief”.
4.13.
Er is evenmin grond om Tisaco Wonen (subsidiair) te veroordelen tot nakoming van de overeenkomst voor wat betreft de plaatsing en levering van de horren. Gesteld noch gebleken is dat [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] zelf na 4 december 2017 aan Tisaco Wonen hebben verzocht de horren alsnog te plaatsen en te leveren. Dat vorderen zij kennelijk pas voor het eerst in deze procedure. Tisaco Wonen heeft zich bovendien bereid verklaard de horren te plaatsen en te leveren. De (voorwaardelijke) vordering in reconventie is dus nodeloos ingesteld en zal daarom worden afgewezen.
4.14.
Als de in het ongelijk gestelde partij zullen [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hoofdelijk worden veroordeeld tot betaling van de proceskosten, aan de zijde van Tisaco Wonen tot op heden begroot op € 124,00 (2 x € 124,00 x ½), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na betekening van dit vonnis.

5.De beslissing

De kantonrechter
in conventie
5.1.
veroordeelt [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hoofdelijk tot betaling aan Tisaco Wonen van € 630,00,
5.2.
veroordeelt [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hoofdelijk tot betaling van de kosten van dit geding, aan de zijde van Tisaco Wonen tot op heden begroot op € 567,53,
5.3.
veroordeelt [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hoofdelijk onder de voorwaarde dat zij niet binnen twee weken na aanschrijving door Tisaco Wonen volledig aan 5.1. en 5.2. van dit vonnis voldoen, in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op:
- € 62,00 aan salaris gemachtigde,
- te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van betekening van het vonnis,
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
5.5.
wijst de vordering af,
5.6.
veroordeelt [gedaagde partij in conventie, eisende partij in voorwaardelijke reconventie] hoofdelijk tot betaling van de kosten van dit geding, aan de zijde van Tisaco Wonen tot op heden begroot op € 62,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van betaling,
in conventie en in reconventie
5.7.
verklaart de onderdelen 5.1., 5.2., 5.3. en 5.6 van dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
Dit vonnis is gewezen door mr. G.M. Drenth en is in het openbaar uitgesproken.
Type: RW